De Vrije Universiteit in oorlogstijd - pagina 52
48 DE V.U. I N OORLOGSTIJD
kundigen, onder wie 3 van elders overgekomen; en 3 theologen.
Ter voorkoming van eventueele moeilijkheden heb ik aan vele
studenten, die zich niet hadden aangemeld, in geval zij zulks ver-
zochten, verklaringen uitgereikt. En wel van drieërlei aard, te
weten aan degenen, die door het afleggen van hun examen in den
loop van dit academiejaar hun studie voltooid hadden; aan de-
genen, die, hoewel ingeschreven, niet geacht konden worden tot
de gewone studenten te behooren, daar zij als hoofdbezigheid een
bepaalde betrekking vervulden; en aan degenen, die wel inge-
schreven waren, maar in dit jaar geen colleges en practica bezocht
hadden. Ook aan sommige dames-studenten zijn dergelijke ver-
klaringen verstrekt. Dit bleek noodzakelijk, omdat men poogde
ook haar in den „arbeidsinzet" te betrekken.
In dit verband kan ik er meteen op wijzen, dat men hetzelfde
heeft gedaan ten opzichte van het personeel, dat in dienst is van
onze Universiteit. Reeds in Februari zijn daartoe pogingen aan-
gewend, zoowel bij het natuurkundig laboratorium als voor het
administratief personeel op het kantoor aan de Keizersgracht. In
beide gevallen is er mijnerzijds een verzoek uitgegaan naar het
Departement om medewerking, opdat deze vordering voorkomen
zou worden. Wel gewerd mij hierop een mededeeling, dat bij het
Gewestelijk Arbeidsbureau was aangedrongen op het innemen
van een soepele houding in zake de uitzending van ons personeel
naar Duitschland. Maar deze tusschenkomst heeft niet kunnen ver-
hinderen, dat enkelen voor uitzending werden aangewezen. In
Augustus zijn daarna opnieuw pogingen in die richting onder-
nomen. In verband met de „sluiting" der Universiteit verlangde
men opgave van de namen van het geheele personeel. Aan dezen
eisch werd niet voldaan. Maar de onderhandelingen over deze zaak
zijn nog loopende, zoodat ik haar hier verder kan laten rusten.
Aan het einde gekomen van mijn overzicht over de verwikke-
lingen, waartoe het streven om onze academische jeugd in den
„arbeidsinzet" der vreemde overheerschers te betrekken, geleid
heeft, moge ik er nog enkele algemeene opmerkingen aan toe-
voegen. Ook nu wij achter deze gebeurtenissen staan, en ze nog
eens aan onzen geestesblik laten voorbijtrekken, geloof ik te mogen
constateeren, dat onze Universiteit geen andere houding had kun-
nen en mogen innemen dan zij in werkelijkheid heeft gedaan. En
dan denk ik niet vooral aan de instemming, welke deze beslist af-
wijzende houding van buiten, in breede kringen zelfs heeft gevon-
den, hoewel ook deze omstandigheid stellig groote beteekenis heeft.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1946
Publicaties VU-geschiedenis | 200 Pagina's
![De Vrije Universiteit in oorlogstijd - pagina 52](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/publicaties-vu-geschiedenis/de-vrije-universiteit-in-oorlogstijd/1946/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1946
Publicaties VU-geschiedenis | 200 Pagina's