Aardwetenschappen aan de Vrije Universiteit 1960-2001 - pagina 142

Het AWS-rapport kwam uit op een moment dat de feitelijke situatie van de

aardwetenscliappen aan de Nederlandse universiteiten als gevolg van de

TVC-operatie aan sterke veranderingen onderhevig was. Van Hoeflaken, die

bij de totstandkoming van het AWS-rapport betrokken was geweest, kreeg de

opdracht om geactualiseerde aanbevelingen te ontwerpen. Vooralsnog

gebeurde er weinig met zijn Knooppunt-rapport. Maar medio 1986 pakte de

minister de aanbevelingen op en nodigde de instellingen uit om aan te geven

op welke wijze deze een rol zouden spelen in hun beleid. De VSF reageren

nors. Zij wensen geen verantwoording af te leggen op basis van een rapport

waarvan de representativiteit onduidelijk is en waarvan de wortels bovendien

inmiddels meer dan 5 jaar oud zijn. In het algemeen geeft de subfaculteit te

kennen het belang van een toenemende exacte benadering in onderwijs en

onderzoek te onderkennen, maar dat niet te willen verabsoluteren. Met

betrekking tot de (landelijke) fysische geografie onderschrijft de VSF de stel-

ling dat deze zich, geschoold op een natuurwetenschappelijke basis, verder

zou moeten ontwikkelen in relatie tot de andere aardwetenschappelijke disci-

plines. Maar de

verwijzing die het Knooppunt rapport in dat verband doet naar de "paleogeo-

morfologie" (ongetwijfeld op instigatie van Koster, die als hoogleraar fysische

geografie m 1985 de UvA voor Utrecht verruilde) illustreert dat voor wat

betreft de fysische geografie het rapport het klok-en-klepel niveau niet ver te

boven gaat.

Tegen het eind van de jaren '80 dreigen de aardwetenschappen aan de VU onzacht

in de werkelijkheid te moeten terugkeren. Studentenaantallen blijven achter bij de

prognoses en de formatiebescherming loopt ten einde. Maar de dreiging wordt

afgewend. Met de onverwachte overname van het ZWO/NWO-Laboratorium voor

Isotopengeologie (1989/1990) en vervolgens een vanaf 1990 snel aantrekkende

studenteninstroom zijn de zorgen voorlopig van de baan. Materieel kan de facul-

teit het zich tot ver in de jaren '90 veroorloven op relatief grote voet te blijven

leven. Omstandigheden die gemakkelijk als maatgevend en als structureel zullen

worden ervaren.

Het onderwijs - de eerste-fase opleiding

Onderwijsopzet en de subsidieregeling voor veldwerk en excursies

In september 1982 ging in het kader van de introductie van de 2-fasen structuur

de gemeenschappelijke propedeuse geologle-fysische geografie van start. Het aan-

tal eerstejaars studenten was in vergelijking met voorafgaande jaren minimaal (in

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen