Aardwetenschappen aan de Vrije Universiteit 1960-2001 - pagina 88
fisch synthetisch onderzoek van het landschap als onderdeel van een nü functio-
nerend ecosysteem. Dat sluit aan bij de toegenomen belangstelling voor en het
besef van verantwoordelijkheid jegens natuurlijk milieu en landschap. Anderzijds
is aan de VU geen pendant aanwezig van de sterk op de studie van actuele proces-
sen aan het aardoppervlak gerichte stroming binnen de fysische geografie.
In meer algemene zin mag gezegd worden dat het onderzoek zich gericht heeft op
twee soorten van laaglandgebieden, allereerst op de genese en structuur van
mariene en peri-mariene gebieden en de reconstructie van zeespiegelbewegingen
en in de tweede plaats op de genese van glaciale en periglaciale gebieden, waarbij
de rol van het landijs en het subarctische klimaat een belangrijke plaats innemen.
Hydrogeologie en geografische hydrologie
Het Internationaal Hydrologisch Tienjarenplan en het daarop aansluitende perma-
nente Internationaal Hydrologisch Programma van UNESCO hebben veel bijgedragen
tot een versnelde ontwikkeling van de hydrologie als zelfstandige tak van natuur-
wetenschap. Aan de basis daarvan staat de toenemende vraag naar hydro(geo)-
logisch onderzoek in verband met de watervoorziening, zowel in ontwikkelingslan-
den als in de geïndustrialiseerde wereld. Inspelend op deze situatie wordt onder
leiding van Engelen aan de VU een universitair hydrologisch centrum opgezet,
naast de reeds lang bestaande centra voor toegepast hydrologisch onderzoek aan
86 de Wageningse en Delftse hogescholen.
In het kader van de landelijke herstructurering der aardwetenschappen wordt de
hydrogeologie exclusief aan de VU toegewezen. De richting wordt in nauwe
samenhang met de hydrologische specialisatierichting binnen de fysische geogra-
fie ontwikkeld.
Het onderzoek richt zich op de, regionaal sterk variërende, samenhang tussen
allerlei geologische en fysisch-geografische aspecten en de hydrologische situatie.
Het beweegt zich, gezien de eisen van de opleiding in deze fase, over het algemeen
meer in de breedte dan in de diepte. Het regionale onderwijsgebonden onderzoek
speelt zich af in Nederland, Noord-ltaliè, Zuid-Portugal en Ierland. Daarnaast vinden
er regionale en thematische studies plaats in ontwikkelingslanden, met name in
Indonesië waar wordt samengewerkt met de Gadjah Mada Universiteit in
Yogyakarta. Ook dit type onderzoek, gericht op zeer concrete problemen, gaat
eerder breed dan diep. Meer thematisch gerichte studies houden zich bezig met
waterkwaliteit, grondwaterbeweging en bijvoorbeeld de samenhang tussen atmos-
ferische processen en het afvoergedrag van stroomgebieden. In dit kader kan het
nodige contractonderzoek worden verricht. En tenslotte vindt er onderzoek plaats
ten behoeve van de ontwikkeling van meetsystemen voor het verzamelen van kwa-
litatieve en kwantitatieve hydrologische gegevens in het veld en in het laboratori-
um, juist bij het hydrologisch onderzoek speelt het moderne rekentuig een steeds
belangrijkere rol.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Publicaties VU-geschiedenis | 268 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Publicaties VU-geschiedenis | 268 Pagina's