Het fysiologisch labaratorium VU/VUmc - pagina 15
Feiten en gebeurtenissen 1950-2005
Fysiologie en Inet begin van de medische faculteit
en kondigt aan dat hij twee student-assistenten gaat zoeken en een gewoon assistent.
Daarop worden A.A. Knoop en A.J.C. Spoelstra, beiden behorend tot het eerste cohort
studenten na de "doorstart" van de faculteit in 1951, als student-assistent aangesteld
per 1 maart 1953.
Verder geeft Hoitink in een brief van 7 mei 1953 gericht aan Directeuren in zes
punten de argumentatie om prakticum te geven aan medische studenten (de voor
dit praktische onderwijs aanwezige apparatuur is dan onvoldoende); ook presenteert
hij een bescheiden onderzoeksprogramma voor zowel fundamenteel als toegepast
onderzoek; het geheel zal leiden tot een spoedig in te dienen begroting. In een aan
het Faculteitsbestuur gerichte brief van Directeuren was een groot aantal zaken op de
begroting voor 1953, nog van Knoppers, aangehouden.
Op 1 juni is er een bijeenkomst voor de gehele wetenschappelijk staf. Aanwezig
zijn zes personeelsleden: Diepenhorst - de enige uit de Knoppers-periode -, Westhoff,
Knoop, Spoelstra, C. van Dijk, analiste, en A. van Riessen, secretaresse; overigens be-
hoort een aantal personeelsleden in het gebouw Valeriusplein 11 tot de "gezamenlijke
dienst", o.a. D. Verbeek, instrumentmaker en hoofdtechnicus (in dienst 23-8-1943), J.L.
Brosky (in dienst 1-4-1951), W van der Hoek, glasblazer (in dienst 1-8-1945), enkele
laboratoriumbedienden, vaak begonnen als jeugdig knecht, en anderen waaronder twee
werksters. Op de bijeenkomst van 1 juni legt Hoitink het werkplan voor de afdeling neer.
Op het fundamenteel onderzoekgebied wijst hij aan Knoop de ballistocardiografie toe,
aan Spoelstra de stofwisseling, met name invloed van adrenaline daarop; Westhoff gaat
de doorstroming bij het geïsoleerde kikkerhart onderzoeken, waarvoor Hoitink in 1956
subsidie aanvraagt bij ZWO, Diepenhorst zal zich bezig houden met zuurstofverbruik
in bloed en weefsels. Het onderzoeksprogramma bevat uiteindelijk in totaal ongeveer
tien onderwerpen, breed opgezet naar Angelsaksisch model. In latere jaren komen erbij
o.a. bioelectriciteit van het hart (Brooijmans), de milt (Ester), electroretinografie (Van
den Bos) en de invloed van vitamine C op het rendement/ arbeid (Hoogerwerf). Veel
later, als in de instrumentmakerij
onder leiding van D. Verbeek een
ballistocardiograaf is geconstru-
eerd die voor honden en uitein-
delijk ook voor mensen gebruikt
kan worden, gaat onderzoek
door middel van de ballisto-
cardiografie een steeds grotere
plaats innemen. Daarmee wordt
de bloedsomloop geleidelijk het
centrale onderzoeksthema.
De eerste jaren vormen begro-
tings- en inrichtingszaken en de-
Prof, dr. A.W.J.H. Hoitink in zijn
liamer op Valeriusplein 11
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 2007
Publicaties VU-geschiedenis | 52 Pagina's
![Het fysiologisch labaratorium VU/VUmc - pagina 15](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/publicaties-vu-geschiedenis/het-fysiologisch-labaratorium-vu-vumc/2007/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 2007
Publicaties VU-geschiedenis | 52 Pagina's