GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Wereldoorlog en theologie - pagina 8

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Wereldoorlog en theologie - pagina 8

Rede uitgesproken ter gelegenheid van den Dies Natalis der Vrije Universiteit

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

zegt aan menschelijkheid niet genoeg te hebben, die zegt dit, omdat hij aan de ware menschelijkheid nog niet toe is." Hij is er van overtuigd, dat „alleen dit idealisme der menschelijkheid nog met zuiveren glans lichten blijft over de wereld en dat slechts aan die kracht der ziel de menschheid weerom zich op kan heffen." Wanneer we zulke woorden lezen, slaan we nieuwsgierig de titelpagina op en letten op het jaartal. 19215). Dat bewijst wel, hoe het humanisme allerlei stormen over de wereld kan trotseeren. In elk dieptepunt kan men weer pogen de lijn om te buigen naar omhoog en zoeken naar een vast vertrouwen in de krachten, gaven en talenten van den autonomen mensch. Wie herinnert zich niet het slotwoord van Huizinga's „In de schaduwen van morgen", waarin aan de jeugd de taak wordt toegekend „deze wereld opnieuw te beheerschen, zooals zij beheerscht wil zijn, haar niet te laten ondergaan in haar overmoed en verdwazing, haar weer te doordringen met geest" 6). Er ligt in alle humanisme een diep, onuitroeibaar vertrouwen. Om nog eenmaal Havelaar te citeeren: hij is er van overtuigd „dat het pessimisme als levensleer door ons geslacht overwonnen is." Dit humanisme bleef in geheel de periode tusschen den eersten en tweeden wereldoorlog z'n plaats opeischen en ook in 1945 heeft het zich opnieuw als één der eersten op het appèl gemeld. Met des te meer belangstelling gaat dan echter onze aandacht uit naar die tendenzen, die onder den invloed staan van den catastrophalen eersten wereldoorlog. We beluisteren den roep om een „antihumanistisch" dogma. Tegenover het humanisme, dat — om met Banning te spreken — gelooft in de loutering der cultuur, die door der menschen arbeid komen moet '^), vraagt men zich af, wat van deze loutering in de werkelijkheid is terecht gekomen en dringt men tot een „Umdenken": van de concentratie op het humanum in de richting van concentratie op het divinum. De bezinning op wat de levende God doet en doen zal, dringt zich naar voren. Dat zal dan de crisis zijn voor het rationalistisch humanisme of voor het hominisme, zooals Banning het in navolging van Windelband noemde s) en waarin het redelijk denken van den mensch werd verheerlijkt en zelfs vergoddelijkt. Deze zwenking, die parallel loopt met die van het anthropocentrische naar het theocentrische, heeft een diepen invloed uitgeoefend op het Godsbeeld van den mensch der 20e eeuw. Er komt een diepere 5) JusT HAVELAAR, Humunisme, 1921, pag. 49—50. Vgl. ook zijn: De nieuwe mensch, 1928. ^) J. HtriziNGA, In de schaduwen van morgen, 1935, pag. 230 en zijn laatste werk: Geschonden wereld. Een beschouwing over de kansen op herstel van onze beschaving, 1945, pag. 187 v. en 242. '') W. BANNING, Wat dunkt u van den mensch? 1936, pag. 204. 8) Idem, pag. 168.

6

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 22 oktober 1945

Rectorale redes | 52 Pagina's

Wereldoorlog en theologie - pagina 8

Bekijk de hele uitgave van maandag 22 oktober 1945

Rectorale redes | 52 Pagina's