GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

KUYPER-BIBLIOGRAFIE.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

KUYPER-BIBLIOGRAFIE.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

XXXVII.

33. Kerkeraads-Protocollen der HoUandsciie Gemeente te Londen, 1569—1571. Werken der Marnix-Vereeniging. Serie I. Deel I. Utrecht, Kemink en Zoon, 1870.

De wrijving van verschillende richtingen op kerkelijk en theologisch gebied had in 1868 de be-' hoefte doen gevoelen om de geboorteacten der Reformatie te herzien. Betrekkelijk gebrekkig toch was de kennis, d!e men nog had van de allereerste geschiedenis der Hervorming in ons vaderland En dit was te verklaren uit de omstandigheid, dat de oorkonden, waaruit die Kennis moet worden geput, weinig bekend, bijna ontoegankelijk en nagenoeg onbearbeid waren.

Hoe noodig een verzameling van zulfce officiëele stukken is ter juiste beoordeeling van het verleden, hebbeii onze vaderen zelve ingezien, daar op de Synode te Emden van het jaar 1571 - aan Mamix van St.-Aldegonde reeds die taak werd opgedragen. In de artikelen 48, 49 en 50 toch staat als besluit vermeld, dat Mamix namens de Synode verzocht zou wo; den een historie te schrijven van wat op het gebied der Nederlandsche Gereformeerde Kerken sedert eenige jaren was voorgevallen, inzonderheid van die dingen, die betroffen de stichting der kerken, haar vervolging, de a.^werping en wederoprichting der beelden, de volstandigheid der martelaars, Gods oordeelen tegen de vervolgers, de veranderingen der politiën, enz.

Alle predikanten en anderen, die dit werk - ondersteunen en bevorderen konden, zouden naarstig uitvorschen èn onderzoeken alles wat tot zoodanige historie diende, en dit schriftelijk toezenden aan hen, die hiertoe verkozen waren, die het vervolgehs aan Marnix zouden doen toekomen.

Aldegonde heeft aan den hem opgedragen last evenwel niet kunnen voldoen. Ën de niet-verwezen. lijking van dat plan, aan zoo bekwame handen als die van den groeten Marnix toevertrouwd, moet als een onherstelbaar verlies voor de Nederlandsche kerkgeschiedenis ten hoogste betreurd worden.

Men zal nu echter beseffen, waaraan de Marnix-Vereeniging, die in 1868 onder het eerevoorzitterschap van Groen van Prinsterer te Utrecht opgericht werd, haar naam ontleende. Zij stelde zich ten doel om de oorkonden van de vroegste periode der Nederlandsche Hervormingsgeschiedenis op te sporen, te verzamelen, en in bruikba'-e uitgaven ter beschikking van het belangstellend publiek te stellen.

In een keurig gestileerd programma, gedateerd November 1868, werden breedvoerig de redenen ontvouwd, waarom aan de uitgave van deze oorkonden behoefte bestond, waarom thjans het oogenblik voor die uitgave gekomen scheen, en waarom een taak, als deze uitgave bedoelde, alleen door een Vereeniging kon worden ondernomen.

De Marnix-Vereeniging beoogde dus iets dergelijks als de Parker-Society m Engeland, en de Société du Protestantisme in Frankrijk. Haar Hestuur bestond uit de iieeren: G. Groen van Prinsterer, Eere-voorzitter; A. W. van Beeck Calkoen, Secretaris-Penningmeester; W. O. Brill, B. ter Haar, A. Kuyper en J. J. van Toorenenbergen. De wericen der Vereeniging waren niet in den handel, 'maar werden gratis aan een ieder toegezonden, die zich tegen een jaarlijksche contributie van f 10 bij. den secretaris, den heer Mr A. W. van Beeck Calkoen te Utrecht, als lid der Vereeniging aanmeldde.

Aangemoedigd door de ondersteuning, Jiaar van meer dan ééne zijde geboden, stelde de Vereeniging zich voor een aanvang te maken met de publiceering van hetgeen in de Londensche en Emdensche archieven belangrijks werd gevonden, om allengs tot do openbaarmaking van de kerkelijke archieven in ons eigen land over te gaan. Tot 1600 wenschte men de verzameling uit te strekken.

De uitgave der werken zon, naar het voorloopig vastgestelde plan, in drie Seriën geschieien, waarvan de eerste Kerkeraads-protocollen, de tweede Synodale Acten en de derde Memoriën en Brieven zou bevatten.

Allereerst werd nu de uitgave ondernomen van het archief der Hollaridsche Gemeente te Londen. En zoo bevatte dan Serie I, Deel I de Kerkeraads-

Protocollen der Lóndensche Gemeente yan 10 No^ vember 1569 tot Mei 1571; uitgegeven naar het oorspronkelijk handschrift, berustende in het .arcihief van den Kierkeraad der fiollandsche Gemeente te londen, in de consistoriekamer van Austin-frLars bewaard. De bewerker van dit deel was Dr Kuyper, die zich door de uitgave van a Lasoo's werken reeds een eersten rang onder de gesohiedvorsohers verworven had. De archiefstukken werden zonder aanteekeningen uitgegeven. Slechts worden hier en daar enkele verouderde woorden verklaard. Een alphabetisch Register, dat voor de genealogie van talrijke iSfederlandsche geslachten goede diensten kan bewijzen, is aan het slot van het werk toegevoegd.

Toen de belangrijkste stukken uit de archieven der Nederlandsche kerkelijke gemeenten te Londen, Emden, Keulen en Delft door hare zorg het li< "ht hadden gezien, meende de Marnix-Vereeniging haar werk te kunnen besluiten. Het laatste deel was de uitgave der Acta van de Nederlandscha Synoden der zestiende eeuw, verzameld en uitgegeven door F. L. Rutgers, 1889.

De belangstelling in het archief der Hollandsche Gemeente te Londen is echter sedert Dr Kuyper's studie blijven aanhouden Zie o.a. Kerker a ad s-Protocollen der Nederduitsche Vluchteling? nkerk te Londen, 1560—1563, bewerkt door A. A. van Schelven, Amsterdam, Johannes Muller, 1921.

5. De Hollandsche Gemeente te Londen in 1 1570/1. No 8 en 9 van „Voor Drie-Honderd Jaren". Volksbladen ter herinnering aan de schoonste bladzijden uit onze geschiedenis, jaargang 1870. Har derwijk, M. C. Bronsveld.

Nadat van Roomsche zijde hét bezielend beginsel van onzen opstand tegen Spanje op erge'-lijkewijze miskend was (zie Groen van Prinsterer: H e i-ligerleeen Ultramontaansche Kri"tiek) vereenigden in 1869 eenige bekwame en beyoegi: le mannen zich, om de heerlijke gebeurtenissen, die voor 300 jaren in ons vaderland waren voorgevallen, in het geheugen van ons volk terug te roepen door het schrijven van volksbladen ter herinnering aan het lijden en strijden onzer vaderen in de 16e eeuw. Het waren O'.a. de heerea: Prof. W. G. Brill, Dr G. D. J. Schotel, H-J. van Lummel, Dr L. R. Beijnen, Prof. J. J. van Oosterzee. Ds A. van Toorenenbergen, Prof. J. I. Doedes, Dr A. W. Bronsveld, Dis J. J. van Toorenenbergen, Dr A Kuyper e. a.

Dr Kuyper, die reeds in de Tafereelen van ter Haar en Moll de lezers in de Lóndensche Vluchtelingengemeente had binnengeleid, en die vervolgens uit de oorspronkelijke bescheiden, door de M a r n i x-Veieeniging uitgegeven, de wederwaardigheden dier gemeente in den loop van 1570 vrij nauwkeurig had leeren kennen, trachtte nu op pi> piilaire wijze het leven en streven dier gemeente in dat jaar in vluchtige trekken te. schetsen.

„Het zal onzen lezers niet slechts een gewichtige bladzijde uit de geschiedenis der belangrijkste gemeente onzer Hervorming doen kennen, maar hen tqgelijfc een blik gunnen in geheel den toestand van de Hervormde gjemeenten uit die dagen. Mocht er tevens Uit blijken, dat de „Marnix-Vereeniging" werkelijk documenten van blijvende waarde aan het licht brengt, en de deelneming aan haar arbeid er door bevorderd worden, dan zou hiermee een uitkomst verkregen zijn, die aan de bedoeling! van dit stukske niet geheel vreemd is. We veroorloven ons daarom de herinnering, dat deze Vereeniging te Utrecht is opgericht met het doel, om achtereenvolgens de belangrijkste handschriften te doen drukken, waaruit het dor geraamte onzer Kerkgeschiedenis tot vleesch en bloed moet komen."

Levendig teefcent nu de schrijver den toestand der Lóndensche gemeente, en hij laat ons gevoelen, hoezeer onze lauwheid van geest door de nooit wüjiende volharding onzer vaderen wordt be­ schaamd.

Aan de Hollandsche Vluchtelingengemeente te Londen werd later tot tweemalen toe een proefschrift gewijd, in 1908 door Dr M. Woudstra en in '1909 door Dr A. A. van Schelven.

Over de Ned. Herv. Gemeente te Londen in de 19e eeuw schreef DT Van Nes in Stemmen voor Waarheid en Vrede, 1889.

Een afbeelding van haar kerkgebouw (van binnen en van buiten gezien) vindt men opgenomen in Eig, en Haard, 1876, blz. 216.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 juni 1922

De Reformatie | 8 Pagina's

KUYPER-BIBLIOGRAFIE.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 juni 1922

De Reformatie | 8 Pagina's