GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

POPULAIR-WETEN-SCHAPPELIJKE SCHETSEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

POPULAIR-WETEN-SCHAPPELIJKE SCHETSEN

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Voetsporen Gods.

V.

Wat is het beeld van Maria Magdalena, door Donatello gemaakt, aangrijpend mooi en wat is de koepel bij ontstoken licht schitterend in glanzende pracht van uiterst teer en schoon mozaiek. Bezienswaardig is ook de reusachtige figuur boven het hoogaltaar: Christus als Rechter der wereld. In den regenboog gezeten strekt Hij de handen uit. De palm der rechterhand open en naar de gelukzaligen gekeerd, de rug der linkerhand wjjst vol afschuw de verdoemden af. En in die groote ruimte, die overal om den Heiland heen zich uitstrekt, ziet men de heerschappijen voorgesteld van Engelen, Tronen, Machten en Krachten. Onder < ien Heiland en naar beide zijden heen blazen Engelen de bazuin van het Laatste Oordeel en vertoonen de werktuigen van het lijden. Nog lager en rechts van den Heiland zijn de Apostelen. Verder ziet men voorop de Maagd en links de heiligen van het Oude Testament. Voorop staat Johannes de Dooper. Aan Christus' voeten speelt zich het laatste oordeel af; de zielen lichten de zware deksels van de doodJüsten en staan op uit de graven; de rechtvaardigen worden door Engelen ontvangen, de onrechtvaardigen door duivels. En naar gelang het oordeel luidt worden de zielen door die Engelen of duivels naar het paradijs of naar de hel heengeleid.

Rechts van den Christus ziet men de drie patriarchen, Abraham, Izaak en Jacob, naast elkander gezeten in de poorten van het paradijs; verscheidene zielen houden zij op den schoot, terwijl Satan, aan den anderen kant staande, uit de veroordeelden een verloren ziel verslindt.

Het overige van den achthoekigen koepel tot in bijzonderheden te vermelden, zou hier te veel ruimte kosten, zoodat ik alleen nog aanhaal, dat die koepel uit vier strooken, elk vijftien paneelen bevallend, is samengesteld. Op die paneelen ziet men de voornaamste geschiedenissen van het Oude Testament van de Schepping af tot aan den Zondvloed; de geschiedenis van Jozef en zijn broeders; het leven van Christus en ten slotte het leven van Johannes den Dooper.

Na het bezoek aan de Doopskerk wandelen wij de kerk van Lorenzo voorbij, naar de kapel der Medici, een vermaard vorstengeslaeht, dat over Florence den scepter zwaaide en waarvan Caüiarina zich het meest berucht gemaakt heeft en nog steeds met afschuw tot onze geschokte verbeelding spreekt.

De koepelkerk zelve is prachtig, maar bij het zien van de weelde, verkwist aan de „Capella dei Medici", waar de veelkleurige marmeren tombes der Medici zich in den glanzenden vloer spiegelen, wordt men stil van verrukking. En de beeldengroepen, die zich daar bevinden, zijn schitterend, te veel om op te noemen. Vooral de groepen, voorstellend de morgen- en avondschemering, onder het beeld van den veldheer Lorenzo de Medici, is indrukwekkend. Zie de mannenfiguur, forsch als een rotsblok, naar voren gebogen, met een gelaat dat fascineert door scherpen blik der oogen. Eji daarnaast de nacht, een vrouwenfiguur. Zeldzaam is de afwerking hiervan. Zeldzaam is voorts ook de pracht die verder in de kapel te zien is en wij zouden wenschen er dagen achtereen in te kunnen doorbrengen. Het merkwaardige van deze beeldengroep treft ons nog des te meer als wij weten, dat de wereldberoemde beeldhouwer Michel Angelo in den tijd, dat hij hem maakte, een oud man was, zestig jaren, lijdende aan duizeligheid en hoofdpijnen, moe en vol van zorgen. En deze man maakt in zulk een zorgvoUen tijd zulk een heerlijk beeld. Maar Michel Angelo vreesde God en diende óór alles Hem in zijn kunst en daarom wist hij hoe 's Heeren kracht in zijn zwakheid volbracht werd. Nooit wilde Michel Angelo persoonlijke eerbetuigingen aannemen; hij gaf steeds God alleen de eer en schakelde zichzelf volkomen uit. Vandaar dat hij in zijn tijd niet de volle waardeering genoot, die hij verdiende, en dat Rafael zich meer in de volksgunst mocht verheugen. De beeldengroep van dag en nacht symboliseert aangrijpend de smart, die Michel Angelo in de ziel greep ten tijde dat hij er aan werkte.

Het klooster San Marco, dat wij daarna bezochten, zet ons in vervoering door de schoone schilderstukken van Fra Angelico. Wie heeft nooit van Savonarola gehoord en van de boetpredikaties die hij hield. Welnu, treden wij dan den vredigen kloosterhof binnen; het is of de geest van den grooten Dominicaner monnik, die in. de veertiende eeuw om den ijver dien hij betoonde bij zijn poging om zijn landgenooten nader tot God te brengen, verbrand werd, hier nog rondwaai-f en onS te meer in vervoering brengt over het schoone, dat onze oogen te zien krijgen. Zie daar dat fresco „Stilte", een monnik, met den vinger op den mond. Onvergelijkelijk schoon is de Christus aan het Kruis; de Christus als Pelgrim; de tronende Madonna; het jongste gericht; Zacharias, den naam an Johannes schrijvend; de vlucht naar Egypte; a, wat is er niet schoon daar?

Als verwezen loopen wij rond en vallen van de eene vervoering in de andere. „Wat is God groot!" oepen wij ten slotte met dankbare verbazing uit.

De onvergelijkelijk schoone Piazza della Signoia, het plein, dat eenmaal het centrum was der epubliek Florence, met het groote ruiterstandeeld van Cosimo I, de groote fontein met den armeren Neptunus van Ammanati, de plaat die e plek aanwijst waar Fra Girolamo Savonarola n 1498 verbrand werd, de groote hal van de loggia ei Lanzi met zijn schoone beeldhouwwerken, het erd alles door ons met innerlijke ontroering beichtigd en wij zouden gaarne nog veel meer van eze schoone stad Florence vertellen, maar mogen iet uit het oog verliezen, dat Rome van onzien itstap het hoogtepmit vormt en daarom gaan Wij

maar weder verder en aanvaarden de reis naar de eeuwige slad, Rome aeterna. Echter niet zonder even te vermelden, dat mijn slaapkameraad een ontdekldng deed, die hem tot aan het einde der reis pleizierig bezig hield. .Zijn steeds speurend oog ontwaarde namelijk heerlijk uitziende vruchten, van dat edele Italiaansche ooft en 'fruit, dat Iemand het water in den mond doet loopen. En onder die vruchten ontdekte mijn. vriend aldra welke het meest naar zijn gading waren en toen hij bovendien vernam hoe ongeloofelijk goedkoop in het land van Mussolini de vruchten zijn, toen sloeg hij een gat in de lucht van pleizier en was na dien 'tijd op straat altijd te herkennen, — want hij was nog al eens zoek ook, — aan een schuifelende figuur in de verte, met een grooten zak in de eene hand, terwijl de andere steeds bezig was den mond werk te verschaffen met het verslinden van perziken en pruimen. Maakte ik de opmerking, dat hij licht een ingewandsaandoening kon opdoen van het eten van zulk een ongeloofelij ken berg fruit, dan klonk het onveranderlijk: „Ik ben hier in Italië, vind er vruchten zóó heerhjk als ik niet wist dat er bestonden en bovendien zóó goedkoop, dat mijn vrienden in het vaderland van verbazing zullen omvallen als zjj het hooren; bovendien weet ik niet, of ik ooit van mijn leven in deze contrij terugkeer; zou ik dan de kans niet waarnemen om mijn hart eens flink op te halen? " Met een lichte ongerustheid sloeg ik hem dikwijls gade als dozijnen perzik- en pruimepitten telkens met een bevallige spuwbeweging naar den grond verdwenen, maar ik heb nooit kunnen ontdekken, dat hem iets in de spijsvertering hinderde. •

Wij hebben nog juist den tijd om in het hotel het avondeten te gebruiken en vertrekken dan om acht uiu: naar Rome, waar wij na middernacht aankomen, en dus niet verwonderd behoefden te wezen dat het twee uur was eer wij op bed lagen. Immers, ons gezelschap moest weder van kamers worden voorzien en dat kan soms geweldig veel tijd kosten. Gelukkig, dat wij in de eeuwige stad •vijf dagen blijven en dus, althans den eersten morgen, niet vroeg op hoeven.

Onze leiders echter dachten er anders over; die dachten aan het spreekwoord „de morgenstond heeft goud in den mond" en daarom joegen zij ons om acht uur reeds de auto's in om de stad te gaan bezichtigen. Er werd ons geen tijd gelaten om eenigen wrevel over ons korte slaapje in ons te voelen opkomen, want reeds onmiddell^k voelden wij ons gegrepen door het oude Rome, dat Rome, dat aan haar ver verleden den naam van Rome aeterna — het eeuwige Rome —- dankt, en waar wij onze voeten zetten mochten op dezelfde plek, waar ook die van den grooten heidenapostel Paulus den bodem drukten, dien bodem, waarvan de aarde weldra zou verzadigd worden met het bloed der Christenmartelaren, geworpen voor wilde dieren in de arena, in de circussen, tot vermaak der toeschouwers, bij duizenden opgekomen om van dit gruwzaam schouwspel te kunnen genieten.

En bij het zien van het Colosseum, dat ongehoord kolossale steenen gevaarte, met zijn arena, plaats biedend aan wel honderd, duizend bezoekers, konden wij eën inwendigen kreet van deernis niet weerhouden bij de gedachte aan de duizenden Christenen, die hier als martelaren een gruwzaam einde vonden en met een glimlach om de lippen dien dood tegemoet gingen, omdat zij wisten, dat dit niet het einde was, maar integendeel het begin en de overgang naar een beter, een zalig, eeuwig leven, dicht bij den Heiland, dien zij tot aan het gruwelijke einde trouw dienden.

Maar hoe gaarne wij die gedachte verder zouden willen uitwerken, wij vinden het toch beter onzen gang door het heidensche Rome in geregelde volgorde te verhalen, des te meer krijgen wij gelegenheid op te merken welk wonderlijk Bouwmeester onze God is, die deze stad van afgoderij en beeldendienst gebruikte om er het middelpunt van Zijn Kerk te bouwen. Dit is zeker, hier zien wij niet enkel den liefdevollen Heiland, die vol err barmen de armen naar ons uitstrekt, ons noodigend onszelven daarin te werpen, ons oude zondige leven vaarwel te zeggen en Hem voortaan te dienen, neen, veelmeer zien wij hier onzen Heere Jezus Christus, de Triumfator, de Overwinnaar van dood en graf, de Overwinnaar van het Hein dendom, de Sterke Held, gekomen in Zijn eeuwige kracht om de \yereld te oordeelen.

Het allereerst kwamen wij op de Piazza di Venezia, het middelpunt der eeuwige stad, de plaats waar, men He drie Rome's het meest indrukwek-' kend bijeenziet. Aan de Westzijde begrensd door het in s.treng-soberen stijl gebouwde Palazzo dj Venezia, sinds 1929 dooi- den Duce als ambtsrwoning betrokken, vindt men daartegenover het Palazzo delle Assicurazioni Generali, met den Leeuw van Veneüë. ZiUidwaarts, rechts voor ons uit op het Foro Italico, praalt in prachtig marmer het machtige monument voor Victor Immanuel II, dat ruim 60 Meter hoog en 135 Meter lang is. Blank en blinkend verheft het zich tegen den ouden heuvel van het kapitool, symbool den eenheid van Italië en van het derde Rome. 'Jammer, dat er geen ouderwetsche ganzen meer zijn. die de wacht betrekken op het kapitool, wellicht zouden zij in tijd van nood dit „Altare della Patria" — het Altaar voor het Vaderland — kunnen beschermen, evenals zij het zoo dapper gedaan hebben in den tijd van het eerste Rome. Het betreden der breede trappen is op zichzelf een genot, , geboeid als het oog wordt door dè schoonheid van het beeldhouwwerk, de overweldigende pracht, waarmede de ingangen zijn uitgevoerd, de zeldzame krachtsuitbeelding in de paarden, voor de triomfwagens, en 'ten slotte, boven gekomen, het uitzicht op den weg vóór ons, een beeld zonder wederga op de gansche wereld, in één woord een onnoembaar rijk gezicht. Het is de Via dell' Imperoi — Keizerlijke weg — een breede en statige weg van het Foro Italioo naar het Colosseum, die verder zal worden doorgetrokken naar de Castelli Romani.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 augustus 1940

De Reformatie | 8 Pagina's

POPULAIR-WETEN-SCHAPPELIJKE SCHETSEN

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 augustus 1940

De Reformatie | 8 Pagina's