GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Op verstrooidenrels

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Op verstrooidenrels

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Te Makassar heb ik behalve het werk onder den eigen kring ook de eenige publieke voorlichtingsvergadering gehouden gedurende mijn verblijf in Indië. Elders ontbrak daarvoor de belangstelling. Te Makassar was er wel belangstelling, juist omdat de valschoecumenische tendenzen zich daar zoo onverhuld hadden geopenbaard. Er waren dien avond ongeveer dertig bezoekers. Als we daar aftellen de vijftien meiischen van onzen eigen kring, mag de opkomst voor Indische begrippen zeker niet slecht worden genoemd. Ik sprak over: , , Waarom vrijmaking ook in Indië? "

Een van de debaters, een synodale jongen, vond, dat de speech van weinig liefde had getuigd, terwijl men in Indië toch leerde juist elkander als broeders zoo lief te hebben. Daarop heb ik maar geantwoord, dat hij met heel zijn kerkgemeenschap mee, ook in Indië, weigerachtig bleef, zich te bekeeren van de gepleegde ambtelijke moorden, en dat het nu eenmaal niet aangaat, dat een moordenaar zich erover beklaagt, dat zijn slachtoffer zoo weinig lieve woordjes voor hem over heeft.

Het waren mooie en vruchtbare dagen daar in Makassar. De situatie daar was zoo, dat vrijwel alle leden onzer kerken, die op Zuid-Celebes waren geplaatst, in de stad of in de onmiddellijke omgeving daarvan hun kampement hadden. Zoodoende was er geen vervoerprobleem op te lossen. De mannen konden, als ze niet door dienst verhinderd waren, allen de kerkdiensten bereiken. Twee Zondagen ben ik in die diensten voorgegaan. Den tweeden Zondag met bediening van het H. Avondmaal. Na de diensten hadden we gezellige en nuttige reunies ten huize van Pronk. We hebben samen heel wat afgeboomd. En met alle leden van den kring werd ook een persoonlijk gesprek gevoerd. Ik denk telkens weer, met groote vreugde en dankbaarheid over wat ik daar doen mocht, aan Makassar terug.

In één van de gesprekken daar gevoerd, ben ik voor de zooveelste maal gestuit op een schoonklinkende drogreden die in Indië telkens weer opgeld doet om de daar algemeen aangenomen houding ten aanzien van de belijdenisgeschriften der Gereformeerde Kerken goed te praten. Om misverstand uit te sluiten zeg ik erbij, dat het hier gold een gesprek met den broeder, die zich niet bij ons had gevoegd, hoewel hij ook ernstige critiek had op den gang van zaken in de Protestantsche Kerk te Makassar en op de camouflagemethoden door de synodocraten in Indonesië toegepast om hun verantwoordelijkheid voor de kerkgeschiedenis in Nederland te verbloemen.

Genoemde broeder dan zeide, wel voor zichzelf de Drie Formulieren van Eenigheid als waarheid te aanvaarden, maar hij achtte ze ondeugdelijk om ze te hanteeren als norm voor leerzufverheid, als daaraan althans de consequentie van leertucht verbonden wordt. Zoo betwijfelde hij of de kerk wel het recht had een predikant te schorsen die ook in zijn prediking liet blijken het leerstuk der Drieëenheid niet te aanvaarden. Hij achtte dat zulk een ambtsdrager ongemoeid moest blijven als maar bleek, dat hij den Heere Jezus liefhad. Temeer klem achtte hij dit betoog te hebben — en nu komt het veel gebruikte argument tegen handhaving van de Gereformeerde belijdenis in Indië — ten aanzien van de inheemsche Christenen. Die hadden toch hun eigen kerkhistorie en die mochten toch niet gebonden worden aan geschriften, die in den loop van de Westersche kerkgeschiedenis waren ontstaan. In het hier gereleveerde betoog van bedoelden broeder sprak duidelijk naar ook werd erkend, de invloed van Dr Bergema. Deze heeft in 1948 op de classis Bandoeng van de gebonden kerken fusie met de Protestantsche Kerk in Indonesië bepleit op den grondslag van een zéér summiere belijdenisfor-

mule, van, zeg maar, een regel of tien a vijftien. Toen ds Oranje daar tegen opkwam en betoogde, dat de Protestantsche Kerk eerst maar eens beginnen moest om de Drie Formulieren van Eenigheid te aanvaarden, gelijk in Nederland althans officieel de Herv. Kerk nog deed, gewerd hem van Protestantsche zijde het antwoord: wij deiflten er niet over om dat te doen, want we mogen de inheemsche Christenen niet binden aan Westersche belijdenisgeschriften.

Op het eerste hooren maakt dit argument wel eenigen indruk. Prinöipieel gesproken kan niemand de inheemsche Christenen verhinderen hun eigen weg te gaan in het belijden van de waarheid Gods. Maar de vraag die hier opkomt is een heel andere. Het gaat om de vraag of de Europeesche Christenen, wier hulp wordt gevraagd door (of opgedrongen aan) de inheemsche kerken bij die hulp zichzelf nog wel laten reguleeren door hun eigen belijdenisinhoud, die zij eenmaal met een eed voor Gods aangezicht hebben aanvaard, en waaraan zij hebben beloofd trouw te blijven. Dan hoeven zij geen enkelen inheemschen Christen te dwingen de Drie Formulieren van Eenigheid a]s kerkelijk actestuk over te nemen. Maar zij kunnen dan wel helpen verhinderen dat in de belijdenisgeschriften der inheemsche kerken iets komt te staan, dat met hun eigen eenmaal bezworen belijdenis in Strijd komt. En daar zit hem de kneep: het argument, dat men de inheemsche Christenen geen westersche belijdenisgeschriften mag opdringen, wordt vaak gebruikt om te bemantelen, dat men zélf onwillig is eigen belijdenis langer te aanvaarden en te handhaven en ten grondslag te leggen aan eigen werk. Waarom willen de predikanten van de Protestantsche Kerk in Indië de Drie Formulieren van Eenigheid niet aanvaarden als grondslag voor de kerk? Niet allereerst omdat zij dan Indische Christenen binden aan Holiandsche leerformules, maar allereerst, omdat ze er zelf niet over piekeren deze geschriften te onderschrijven als zijnde de aan de kerk overgeleverde leer der zaligheid. Niet uit angst voor belijdenisdwang tegenover anderen dus, maar vanwege eigen conflict met de beleden waarheid. En vanwege onwil om het belijdenisconflict te aanvaarden met ieder, die, in welke leerformule ook, deze belijdenis der kerk weerspreekt. Het is dezelfde oorzaak, die ook in Nederland de Herv. Kerk weigerachtig maakt terug te keeren' tot de eenmaal aanvaarde grondslagen der kerk.

Het weigeren van het belijdenisconflict met anderen was uit het betoog van dien broeder, met wien ik over deze dingen sprak, wel duidelijk genoeg. Ook hij wilde, inplants van de geopenbaarde belijdenisinhouden als norm voor rechtzinnigheid l'j aanvaarden, de religieLsiteit van het subject: als iemïind den Heere Jezus maar liefheeft, dan moet zoo iemand als kerklid worden aanvaard en zelfs in het ambt worden gelaten, al weerspreekt hij ook ambtelijk een stuk als de Drieeenheid.

Zoo'n leerstuk wordt dan van klaar geopenbaarden belijdenisinhoud gedevalueerd tot een respectabele theologische meening, die aan een ander niet mag worden opgedrongen.

Je staat er van te kijken welke leerstukken op die manier, (óók door z.g. „Gereformeerden"), als tot de periferie van het belijden te behooren worden aangemerkt. Zoo is het me overkomen, dat iemand (méér dan één trouwens) in ernst tegen me zat te betoogen, dat de belijdenisartikelen over het gezag der Heilige Schrift, als zijnde vruchten van scholastieke theologie, geen norm mochten zijn voor geloof en leven. Natuurlijk niet: als je per sé met Barthianen binnen en buiten de synodocratische gemeenschap in Indië wilt samenwerken en een fusie voorstaat met het instituut der Protestansche kerk, die nog steeds officieel geen belijdenis heeft, en in concreto door Barthianen en Barthianiseerende theologen, wordt geleid en „gediend"!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 10 februari 1951

De Reformatie | 8 Pagina's

Op verstrooidenrels

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 10 februari 1951

De Reformatie | 8 Pagina's