Studentenalmanak 1903 - pagina 123

ZIELESTRIJD.

Is ik aanschouw de zachte, volle oogen

W Van het onschuldig, onbedorven wicht,

Die 't, door de booze menschen niet bedrogen,

Met ongeschokt vertrouwen op mij richt;

E n 2ie 'k dan in die onbevangen blikken

Een blanke, oprechte, teedre kinderziel,

Onwetend, veilig nog van 's werelds strikken

Waarin, door Satan en mijn hart, ik viel;

Dan schrik ik schuw terug van mijne zonden

En zie mijn ziel nog zwarter dan den nacht.

Ik heb mijn hart verdwaasd, bevlekt gevonden

En telkens weer, wat schandlijk is, bedacht.

Dan — Heiige God, 'k aanbad U als mijn Vader!

Ja, rein zou 'k leven, heilig als uw kind.

Verleiding weerstand bieden, al te gader

De zonden vliên, uw wetten welgezind.

Zacht wiegelend op schitterende droomen

Vloog tijden ver vooruit en hemelhoog,

Mijn ziel. W a t achter lag, was ik ontkomen

Toen 't leven zich als nieuw vertoonde aan 't oog.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen