GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Vrije Universiteitsblad 1949 - pagina 67

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vrije Universiteitsblad 1949 - pagina 67

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

gen voor Zijn ganse schepping te onderzoeken, zowel in de wijsbegeerte als in de vakwetenschappen. Feiten zijn feiten, maar het geloof — of dat nu een waar geloof naar de Schrift of een afvallig geloof in ongehoorzaamheid is — bepaalt niet alleen de interpretatie der feiten, maar zelfs de erkenning der 'feiten' als feiten. De zogenaamde objectiviteit der 'gangbare'wijsbegeerte en vakwetenschap is een waan. Waarom op dit alles zo zeer de aandacht gevestigd ? Niet het minst om op drie zaken te wijzen. I n de eerste plaats om er toe op te wekken, dat het ganse corpus docentiimi et discentium (docenten en studenten) aan onze Vrije Universiteit zich zich blijve bezinnen op den eis ener Christelijke wetenschap (wijsbegeerte en vakwetenschap). Christelijke wetenschap is niet: feiten plus Christendom, maar een totaoZ-Christelijke visie op de geschapen werkelijkheid. Stellig niet alleen daar, maar toch wel ia het bijzonder met betrekking tot de natuurwetenschappen en de medicijnen staan wij hier nog maar aan het begin onzer radicaal-Christelijke wetenschappelijke bezinning. I n de tweede plaats, die visie wordt nog steeds niet met betrekking tot alle vakken aan de V.U. gedoceerd. Verdere uitbreiding blijft urgent. I n de derde plaats: onze maatschappij vraagt om vakwetenschappeHjk geschoolde mannen en vrouwen. Onze Christen-roeping is: die maatschappij

zulke mannen en vrouwen te leveren, die niet naast maar in hun vakwetenschap en de beoefening daarvan Christenen zijn. Daarvoor is onderwijs in Christelijke wetenschap nodig. Maar nu kunnen niet allen die aan de V.U. ontvangen. Er zijn wetenschappen, die daar niet worden gedoceerd. Wie daarin wil studeren is op de openbare universiteiten en hogescholen aangewezen. E n daar is de scholing zeker ni^t totaal — Christelijk —• wetenschappelijk. Het naakte ongeloof moge er niet meer heersen als vroeger, het is niet meer zo, dat wie gaat studeren, bijna 'noodwendig' het geloof verliest, maar de bezetting der leerstoelen aan de openbare instellingen leidt er nu toe, dat de studenten worden 'gevormd' tot 'synthese-mensen' of tot 'spannings-mensen'. Maar ook daarmede is Christus als de Koning der wereld niet gediend! Ook hier ligt voor het Christenvolk een taak. In den uitbouw van de V.U. en daarnaast in de beïnvloeding dergenen, die noodgedwongen aan de openbare universiteiten studeren. Zij behoeven een correctie op hun vorming. Daartoe heeft zich aangegord de Stichting tot oprichting en instandhouding van bijzondere leerstoelen voor Calvinistische Wijsbegeerte en verwante vakken aan openbare en andere universiteiten en hogescholen, bij verkorting: Stichting Bijzondere Leerstoelen voor Calvinistische Wijsbegeerte. Deze stichting is geen concurrentie van de V.U.! Integendeel, zij is als het ware het verlengstuk der V.U. aan de openbare universiteiten teneinde ook daar te doen schijnen het licht der radicaal-Christelijke visie aangaande de grondslagen der wetenschap. Daarmede wordt de openbare universiteit niet tot •V.U. Maar haar studenten worden toch mede gevoed uit de bronnen der V.U. Daarin verbreedt en verdiept de V.U. haar betekenis voor ons volksleven. Mr K. Groen

Toch meen ik dat het aanbeveling verdient eens iets over een uitvoering van dit declamatorium te schrijven, aangezien hier door een<der ringen een voorbeeld is gegeven dat zeker navolging verdient. De ring Beverwijk besloot in het begin van dit jaar een uitvoering te organiseren en heeft dit zo grondig gedaan, dat men over het resultaat eenvoudig verbaasd staat. Hier heeft men nu eens een voorbeeld van wat met goede wil en samenwerking te bereiken is. De liederen werden vrijwel allemaal meerstemmig gezongen en buitengewoon goed gezongen, zowel door het gemengde als door het kinderkoor. De heer Slinks van Beverwijk, onder wiens leiding de liederen werden ingestudeerd .en die ook de uitvoeringen leidde, had

het geheel goed in de hand, zodat van een goed verzorgde uitvoering kan worden gesproken. Ook voor de heer Kohier, als organist, en de heer Visser, als declamator, niets dan lof; zij hebben zich op uitnemende wijze van hun t a a k gekweten. W a t ook zeer te waarderen viel was het feit dat aan het voornemen, om op verschülende plaatsen in den ring een uitvoering te geven, kon worden gevolg gegeven; het werk werd vier maal ten gehore gebracht, tot grote voldoening van idtvoerenden en luisteraars. Hulde aan Beverwijk! Een prachtig staaltje van wat goede samenwerking vermag. C. K.

als krachtbron

2015

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1949

VU-Blad | 109 Pagina's

Vrije Universiteitsblad 1949 - pagina 67

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1949

VU-Blad | 109 Pagina's