Vrije Universiteitsblad 1962 - pagina 88

paald. Dit voorstel van de senaat heeft de hartelijke instemming van directeuren en curatoren verkregen. De bedoelde commissie, waarvan mr. Joh. Meynen het voorzitterschap heeft willen aanvaarden, is op 7 februari 1962 geïnstalleerd en heeft haar werkzaamheden aangevangen. Betrekkingen met het Rijk en andere universiteiten In het bijzonder als gevolg van de subsidie-bepalingen in de wet op het wetenschappelijk onderwijs zijn er vele en intensieve betrekkingen met het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen. De medewerking die bij de uitvoering van de verschillende projecten van de zijde van het Rijk wordt ontvangen is groot. Directeuren spreken gaarne hun erkentelijkheid hiervoor uit. Met de andere bijzondere instellingen t.w. die te Nijmegen, Rotterdam en Tilburg, vindt tot aller tevredenheid regelmatig overleg over zaken van gemeenschappelijk belang plaats. In dit verband dient ook vermeld te worden de installatie van de academische raad, die op 7 nov. 1961 plaats vond. In deze raad hebben vertegenwoordigers van alle instellingen voor hoger onderwijs in Nederland zitting. Voor de Vrije Universiteit werden daartoe als lid, respectievelijk plaatsvervangend lid aangewezen door curatoren ds. P. N. Kruyswijk en dr. J. D. Dengerink en door de senaat de hoogleraren mr. I. A. Diepenhorst en mr. P. J. Verdam. Buitenlandse betrekkingen Ten aanzien van de betrekkingen onderhouden met het universitaire leven in het buitenland worden hier slechts enkele feiten genoemd. Tijdens de cursus 1960-1961 bedroeg het aantal buitenlandse studenten 106. Binnen het kader van het uitwisselingsprogramma met de Potohefstroomse Universiteit vir Ohristelike Hoer Onderwijs gaf Prof. Dr. G. Dekker uit

8

Zuid-Afrika in de winter van 1960-1961 een aantal gastcolleges aan onze universiteit; prof. dr. J. Lever doceerde gedurende de maanden augustus en september te Potchefstroom. De studentenpredikant ds. J. Hessels Mulder en drs. E. de Jong te Winterswijk maakten op verzoek van directeuren een reis langs diverse West-Duitse universiteiten en hogescholen om aldaar breder bekendheid te geven aan het werk van de Vrije Universiteit. In juni werd een zomercursus gegeven voor een groep Amerikaanse studenten van het Gordon College te Beverley Farms, die onder leiding van Dr. Franz een bezoek aan onze universiteit bracht. Vrije Universiteitsdagen Op 5 en 6 juli werden te Groningen de Vrije Universiteitsdagen gehouden. De wetenschappelijke samenkomsten stonden onder voorzitterschap van de hoogleraren dr. R. van Dijk, dr. H. Thierry en dr. P. R. Michael. In de morgenvergadering werd gerefereerd door prof. dr. R. Schippers over „Mythologie en eschatologie in 2 Thessalonicensen 2 : 1—17", en in de afzonderlijke middagvergaderingen door drs. A. J. van der Meer, secretaris van het Verbond van Protestants-Christelijke Werkgevers, over „De taak van de ondernemer in de samenwerking met de ontwikkelingslanden" en door dr. A. C. Lit, zenuwarts aan de stichting „Veldwijk", over „Buiten zinnen". Mevrouw M. J. van der Veen-Duvekot presideerde de vergadering van Vrouwen V.U. - Hulp. In deze vergadering sprak mejuffrouw prof. dr. B. Siertsema over „Het terrein van de algemene taalwetenschap" en mevrouw S. F. Marseille - van Vulpen over „Kostbaar in het oog van God". Aan de avond van de eerste dag werd een bidstond gehouden, waarin voorging dr. M. Feitsma te Emmen. In de jaarvergadering, die stond onder voorzitterschap van prof. dr. J. Waterink, werd nadat de huishoudelijke zaken waren afgedaan in de morgenvergadering het woord gevoerd door ds. J. Hessels Mulder over „De Vrije Universiteit en de student". In de middagvergadering spraken achtereenvolgens prof. dr. J. H. Bavinck en prof. dr. L. W. Kuilman over „De wereld en wij" en „Wij en de wereld", waarna de curator dr. K. van Nes een slotwoord sprak. Muzikale medewerking werd verleend door het studentenkoor onder leiding van de heer Simon C. Jansen. Gebouwen De bouwactiviteiten ondergingen in het afgelopen jaar belangrijke uitbreidingen. Met betrekking tot het ziekenhuis werden stappen gedaan om te komen tot een versnelde afbouw, met name van het zogenaamde beddenhuis. Het streven is er op gericht het oostelijke gedeelte hiervan, met een capaciteit van ongeveer 180 bedden, in de loop van 1963 in gebruik te nemen. De verpleegstersschool ving in oktober haar werkzaamheden aan. In afwachting van het gereedkomen van het definitieve gebouw met bijbehorend internaat, is voor het onderwijs een schoolgebouw in gebruik genomen, dat tijdelijk aan de Vrije Universiteit ter beschikking staat, terwijl de leerling-verpleegsters tijdelijk zijn gehuisvest in een daartoe aangekocht flatgebouw te Amstelveen. In het vorige jaarverslag werd reeds melding gemaakt van de plechtigheid van het slaan van de eerste paal door Zijne Excellentie mr. J. M. L. Th. Cals voor het nieuwe gebouw voor de faculteit der wiskunde en natuurwetenschappen. Inmiddels kon ook de

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen