GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Vrije Universiteitsblad 1969 - pagina 58

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vrije Universiteitsblad 1969 - pagina 58

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

keiijk om te zien naar een vergroting van de klinische opleidingscapaciteit. Ook al omdat in een eerdere studiefase dan voorheen reeds het onderwijs aan het ziekbed wordt gegeven, zou het aantal patiënten dat in het eigen academisch ziekenhuis kan worden opgenomen (circa 700) niet toereikend zijn om alle medische studenten voldoende en gevarieerd onderwijs aan het ziekbed te geven. In verband daarmede werd in de loop van 1968 besloten een zogenaamde affiliatieovereenkomst te sluiten met het Bestuur van de R.K. Ziekenverpleging te Amsterdam waaronder een tweetal ziekenhuizen ressorteert, te weten het Onze Lieve Vrouwe Gasthuis en het Sint Lucas Ziekenhuis met een totaal van circa 1900 bedden. Een dergelijke overeenkomst houdt in, dat de ziekenhuizen in kwestie systematisch bij de opleiding van medische studenten worden ingeschakeld en onder verantwoordelijkheid van de medische faculteit een deel van die opleiding voor hun rekening nemen. Beide partijen zijn met de ontwikkeling gelukkig. Voor de geaffilieerde ziekenhuizen zal een nauwe relatie -met een medische faculteit van betekenis zijn. ACADEMISCH ZIEKENHUIS

De in 1967 ontstane vacature van medisch directeur kon in het verslagjaar worden vervuld door de benoeming van de heer W. Fokkens, arts te Leerdam. In de verdere ingebruikneming van het ziekenhuis is in 1968 enige vertraging opgetreden welke voornamelijk geweten moet worden aan moeilijkheden bij de werving van personeel, met name medisch en verpleegkundig personeel. Waren ultimo 1967 ongeveer 480 bedden (alsmede 45 wiegen voor gezonde zuigelingen) in gebruik, einde 1968 was dit aantal ondanks genoemde moeilijkheden opgelopen tot 555 (alsmede 55 wiegen voor gezonde zuigelingen). De personeelsbezetting nam toe tot circa 1300 (inclusief personeel verpleegstersschool). Bijzonder verheugend is dat een groot aantal gediplomeerden van de aan het ziekenhuis verbonden verpleegstersschool na voltooiing van de opleiding als 'verpleegkundige bij het ziekenhuis in dienst blijft. Van de in totaal circa 470 in het ziekenhuis werkzame verpleegkundigen zijn er circa 170 in de eigen verpleegstersschool opgeleid. Bijzonder betreurenswaardig is, dat in het verslagjaar nagenoeg geen voortgang kon worden geboekt met de plannen voor de bouw van de poliklinieken. Weliswaar konden de noodpoliklinieken enigermate worden verbouwd en uitgebreid, doch bij de steeds dringender wordende behoefte aan polikliniekvoorzieningen — zowel met het oog op de patiëntenbehandeling als ten behoeve van het wetenschappelijk onderwijs — was dit niet meer dan een druppel op een gloeiende plaat. De reeds verscheidene jaren lopende onderhandelingen met de Gemeente Amsterdam over de beschikbaarstelling van een terrein van 3 ha aan de De Boelelaan tegenover het academisch ziekenhuis ten behoeve van de bouw van de poliklinieken, hebben helaas nog steeds niet tot het gewenste resultaat geleid.

12

In aanmerking genomen dat geen enkel alternatief beschikbaar is, is het duidelijk dat het voor het ziekenhuis van het hoogste belang is, dat de ontstane impasse op zeer korte termijn doorbroken wordt en dat met de bouw een aanvang kan worden gemaakt. SPECIALE PROBLEMEN BIJ DE PERSONEELSWERVING

In het voorgaande werd reeds gesproken over de noodzaak tot een snelle uitbreiding van de medische staven. Aangezien het aantal afgestudeerden van eigen faculteit nog gering is en ook het aanbod van geestverwanten van buiten uiterst beperkt, plaatste deze sterke personeelsbehoefte de besturende colleges de laatste jaren menigmaal voor een moeilijke keuze. Zowel de voortgang van het onderwijs als de zorg voor de patiënten heeft het in verschillende gevallen onvermijdelijk gemaakt niet-geestverwanten aan de faculteit te verbinden. Het spreekt vanzelf dat zij die van buiten de kring der geestverwanten aan de Vrije Universiteit benoemd worden zich loyaal tegenover haar specifiek karakter dienen op te stellen, doch evenzeer dat zij als volwaardige medewerkers aanvaard behoren te worden. Voor allen die bij het benoemingsbeleid betrokken zijn is het intussen een uitgemaakte zaak, dat dergelijke gevallen tot de uitzonderingen zullen moeten blijven behoren willen universiteit en ziekenhuis hun reformatorisch karakter blijven behouden. RAAD VAN BIJSTAND

In het verslagjaar vergaderde de raad van bijstand driemaal. Over allerlei vraagstukken waarin onze universiteit betrokken is, vonden nuttige, verhelderende gedachtenwisselingen plaats. Hoewel de raad nog in een zekere aanloopfase verkeert, is op grond van de ervaring tot nu toe de voorspelling gewettigd, dat de besturende colleges belangrijk profijt van de werkzaamheden van deze raad zullen kunnen trekken. BUITENLANDSE BETREKKINGEN

In het verslagjaar waren in totaal 233 buitenlandse studenten ingeschreven, afkomstig uit 28 landen. Voor de begeleiding van deze studenten — op het gebied van hun studie alsook in sociaal opzicht — zijn aan alle faculteiten contactdocenten en -studenten aangesteld. Dankzij een verruiming van de ter beschikking gestelde middelen konden in 1968 zes buitenlandse studenten met een beurs van de Vrije Universiteit studeren. Ook dit jaar vond de bijna traditioneel geworden zomercursus plaats, welke werd gevolgd door ongeveer 170 deelnemers, afkomstig van meer dan 20 Amerikaanse colleges. Twee wetenschappelijk medewerkers vertrokken naar Karachi voor het verrichten van een — onder auspiciën van het Algemeen Diakonaal Bureau der Gereformeerde Kerken uit te voeren — sociologisch onderzoek in een stadswijk aldaar. In Zambia verricht een andere medewerker in opdracht van de afdeling Bestuurskunde van het Sociaal Wetenschappelijk Instituut onderzoek ten behoeve van het onder-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1969

VU-Blad | 143 Pagina's

Vrije Universiteitsblad 1969 - pagina 58

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1969

VU-Blad | 143 Pagina's