GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1972 - pagina 531

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1972 - pagina 531

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

m

magazine

den vielen. De uitbreiding van de Europese Gemeenschap maakt op hen de indruk dat enkele van die rijke tafels vanaf 1 januari aanstaande aaneen worden geschoven, zodat er in de toekomst nog minder kruimels zullen gaan afvallen. In deze decembermaand, waarin bij tal van gelegenheden onze eigen dis rijkelijk gevuld zal zijn, is het goed om er ons rekenschap van te geven dat onze Europese éénwording niet zonder gevolgen is voor de armsten in de Derde Wereld.

Voorbeelden De uitbreiding van de Gemeenschap raakt deze landen, evenzeer als zij in het verleden hebben moeten ervaren dat de integratie van onze zes landen nadelen voor hun economieën teweegbracht. Ik zal daarvan in het volgende enkele voorbeelden geven, die zijn opgehangen aan de volgende vragen: 1) wat zijn de gevolgen die de Europese economische integratie heeft gehad en in de toekomst nog zal hebben voor de handelspositie van de ontwikkelingslanden? 2) welk beleid heeft deze gemeenschap tot nu toe gevoerd tegenover de ontwikkelingslanden en welke plannen bestaan er met het oog op het toekomstig beleid? Eerst in het kort de gevolgen die de Europese integratie heeft gehad voor de handelspositie van de ontwikkelingslanden. De samensmelting van de economieën van de zes Udstaten is in de afgelopen 15 jaar een zeer moeizame en gecompUceerde zaak gebleken. In een aantal fasen werden de onderlinge handelsbelemmeringen afgebroken en werd tegenover de buitenwereld een gemeenschappelijke tarievenpolitiek in de praktijk gebracht. Het grootste zorgenkind was de landbouw. De zeer verschillende omstandigheden van de landbouwgebieden in de Gemeenschap, elk met hun eigen nationale landbouwpolitiek, moesten worden samengesmeed in één gemeenschappelijk landbouwbeleid. Het kon bijna niet anders dat het vinden van een evenwicht tussen de uiteenlopende en vaak tegenstrijdige belangen van de lidstaten op dit gebied zó moeilijk was, dat eventuele belangen van buitenstaanders (bijvoorbeeld ontwikkelingslanden) in dit complexe afwegingsproces geen rol konden spelen. En zo is het dan ook gegaan.

Beschermen Om onze boeren een redelijk inkomen te geven was het nodig de binnenmarkt te beschermen tegen produkten uit de buitenwereld, omdat deze anders de gewenste vraagen aanbodverhoudingen zouden verstoren. Een direct gevolg hiervan was, dat de afzet-

mogelijkheden voor concurrerende landbouwprodukten uit de ontwikkelingslanden, die als gevolg van de koloniale arbeidsverdeling nog altijd hevig afhankelijk zijn van de landbouw, sterk terugliepen vaak zelfs in absolute zin. Een tweede gevolg was dat de beschermde Europese landbouw een steeds groter deel van de eigen behoefte van de Gemeenschap ging dekken, en in sommige gevallen zelfs méér dan dat. Deze overschotten (suiker, boter en tarwe zijn daarvan beruchte voorbeelden) werden dan met subsidies afgevoerd naar de wereldmarkt, en hadden daar tot gevolg dat de prijzen werden gedrukt. Aldus waren geringere afzet en lagere opbrengsten de prijs die onder andere de ontwikkelingslanden moesten betalen voor de handhaving van een voldoende inkomen van de Europese boeren. Nu straks vanaf 1 januari de Engelse landbouw in een aantal stappen zal worden ingepast in dit Gemeenschappelijke Landbouwbeleid, is de kans zeer groot dat er een serie nieuwe slagen zullen worden toegebracht aan de landbouwexporten van de ontwikkelingslanden. Engeland was namelijk traditioneel een land dat het groot deel van zijn behoefte aan landbouwprodukten importeerde uit het buitenland. Onder het Europese landbouwregime zal dit echter snel veranderen, en de eerste tekenen hebben dit reeds bevestigd: de eigen Engelse landbouw breidt zich uit vanwege de hogere Europese prijzen die de boeren voortaan zullen krijgen, en de grenzen worden dichtgespijkerd voor alle leveranciers van buiten de vergrote Gemeenschap.

Verwijten Het is vooral vanwege dit Gemeenschappelijke Landbouwbeleid dat de Europese Ge-

meenschap al vele malen (onder andere van de VS) het verwijt te horen heeft gekregen van protectionistisch en naar binnen gericht te zijn. Deze beschuldiging geldt echter evenzeer op andere terreinen. Het Gemeenschappelijk Buitentarief is in bepaalde gevallen zeer hoog, en met name geridht tegen de goedkope produkten uit ontwikkelingslanden - goedkoop omdat men daar met lagere lonen kan werken. In enkele gevallen is de invoer tot een bepaalde maximale hoeveelheid beperkt (zoals bij textielprodukten), omdat anders onze eigen industrie de concurrentie met de arme landen niet aan zou kunnen. Het tot nu toe door de EG gevoerde produktie- en handelsbeleid heeft dus nogal wat schadelijke nevengevolgen gehad voor de ontwikkelingslanden. In al deze gevallen, zoals bij het landbouwbeleid en bij de onderhandelingen over de Britse toetreding, blijken de landen van de EG zo gepreoccupeerd te zijn met het veilig stellen van hun eigen belangen, dat de Derde Wereld in de kou bleef staan.

Beleid Het eerste deel van mijn tweede vraag luidde: wat voor beleid heeft de EG tot nu toe gevoerd met betrekking tot de ontwikkelingslanden? Ik moet wederom kort zijn en volstaan met het noemen van enkele punten. Als gevolg van het reeds genoemde Gemeenschappelijke Landbouwbeleid was de EG niet bereid in 1968 mee te doen met de in het kader van de UNCTAD overeengekomen regeling van de internationale suikerhandel, en ook nadien is zij buiten de Internationale Suikerovereenkomst gebleven. Ook bij de 3e UNCTAD-conferentie in Santiago, die enkele maanden geleden plaatsvond, trad de EG weinig positief op. Men kan eigenlijk wel 11

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1972

VU-Magazine | 570 Pagina's

VU Magazine 1972 - pagina 531

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1972

VU-Magazine | 570 Pagina's