VU Magazine 1980 - pagina 192

1^ magazine 14 der natie" o m zich (weer) achter de Vrije Universiteit te stellen. De VU dient opnieuw duidelijkte maken, dat het Evangelie het enige antwoord is op alle God-loze machten. De relatie tussen VU en achterban dient meer gestalte te krijgen in de v o r m van daden. Er dienen buiten bezwaar van 's Lands schatkist bijzondere leerstoeten te w o r d e n ingesteld, waar met name het grondslagenonderzoek ter hand w o r d t genomen. ( . . . ) 3. De VU zou met kracht de ontwikkeling van een christelijice wijsbegeerte ter hand moeten nemen. Velen zien uit naar antwoorden op gebieden, waarop in onze tijd grote onzekerheid bestaat. Hierin kan de VU ook internationaal een belangrijke rol vervullen. In dit geheel dient positie te w o r d e n gekozen tegenover zogeheten neutrale of anderszins antichristelijke filosofieën. 4. De VU zou, bewuster dan in het verleden het geval was, jonge mensen moeten opleiden, die als christenen in politiek, wetenschap en cultuur verantwoordelijke posten kunnen bekleden. Indien nodig, dienen hiervoor aparte financiële middelen ter beschikking te komen. 5. De VU dient, meer gericht dan tot nu toe het geval was, studenten aan te trekken uit,christelijke achterg r o n d die zich kunnen vinden in de doelstelling van de Universiteit. Er dient daartoe een betere afstemming en contact met ouders en scholen te komen. 6. De VU zou, sterker dan tot op heden, een plaats kunnen zijn, waar jonge mensen uit de derde wereld, met name van christelijke gemeenschappen, zich kunnen voorbereiden op verantwoordelijke posities in hun thuisland. 7. De medewerkers en studenten van de VU dienen hun taak te verstaan tegenover hun collega's en medestudenten, die nog onbekend zijn met de liefde van Christus. Tegenover allen, maar zeker tegenover hen, die nolens volens op de VU komen studeren, dienen w i j „ t o t verantwoording b e r e i d " te zijn. 8. De VU kan niet louter bestaan als organisatorische eenheid, als zij niet vooral een zaak van het hart is. Honderd jaar Vrije Universiteit dient daarin ook duidelijkheid te scheppen. Er is alle reden, o m vooruitblikkend en de uitdagingen in onderwijs en onderzoek onderkennend, een nieuwe en geïnspireerde start te maken. Daarvoor dient er beweging te komen binnen VU en Vereniging. ( . . . )

w i j s " , betoogt prof. Berkhof. „Tenslotte de beleidsaanbevelingen - een te groot w o o r d voor wat een buitenstaander kan doen. Ik noem enkele dingen die me als instrumenten voor het zojuist gesuggereerde belangrijk lijken: 1. Bij de benoeming van docenten naast specialistische bekwaamheid letten op hun neiging en durf o m de bredere verbanden van hun vak onder het oog te zien, en die in hun onderwijs aan te roeren. Een onderwijsinstelling staat en valt met de persoonlijke inbreng van de docenten. 2. In elke faculteit en vakgroep een stukje wetenschap en de daarop gebouwde beroepsuitoefeningen, liefst voor postcandidaten. ( . . . ) 3. In elke faculteit en vakgroep werkgroepen opzetten over de ethische implicaties van de betreffende wetenschap en de daarop g e b o u w d e beroepsuitoefeningen, liefst voor postcandidaten. ( . . . ) 7. Confrontaties op wetenschappelijk niveau tot stand brengen tussen de grote geestelijke bewegingen van onze tijd en in ons land: christendom, j o d e n d o m , humanisme, marxisme. 8. Zorgen voor een universitair orgaan dat het werk in het kader van de zinvragen en de maatschappelijke vragen aan de orde stelt op een wijze die v o o r een breder publiek toegankelijk is. De VU heeft dat al in zijn unieke en voortreffelijk geredigeerde VU-Magazine! 9. De niet-subsidiabele kosten van deze activiteiten door nieuwe en op een breder publiek dan vroeger gerichte VU-acties trachten te dekken. Want misschien moet de VU wel in plaats van de 4 jaren van Pais, curricula van 5 jaren opzetten. Er moeten in Nederland mensen te vinden zijn die voor dit „ b i j z o n d e r e " geld over h e b b e n " .

Vereniging en Universiteit zouden een groep mensen moeten bijeenbrengen, die dit van harte onderschrijven en suggesties in deze richting willen d o e n " . .

1. Het bezinningscentrum VU dient openbare discussies te organiseren over religie-wetenschap-maatschappij. Meningsverschillen behoren grondig te worden doorgepraat, zeker niet w o r d e n weggewerkt. Groeperingen die buiten dit centrum o m VU-faciliteiten willen gebruiken voor activiteiten rond deze thema's dienen daarvoor alle ruimte te krijgen.

Prof. dr. H. Berkhof (kerkelijk hoogleraar dogmatiek en bijbelse theologie RU, Leiden):

VU moet nieuwe „vulling" geven aan haar „bijzondere'. " positie „De VU moet een nieuwe vulling geven aan haar „ b i j zondere" positie en wel ten dienste van het geheel der Nederlandse instituten voor wetenschappelijk onder-

Prof. dr. E. Boeker, (hoogleraar theoretische natuurkunde V.U.)

Studie naar „kwade toepassingen van wetenschap

2. De diverse VU-activiteiten op het gebied van onderwijs „Wetenschap en S a m e n l e v i n g " en verwant onderzoek dienen gecoördineerd te w o r d e n . Uitbreiding van goed onderbouwde wetenschapsvoorlichting ten behoeve van de democratische besluitvorming is daarbij op zijn plaats. Daarvoor dient hetzij een apart Centrum voor de Vraagstukken van Wetenschap en Samenleving te w o r d e n opgericht, hetzij een bezinningscent r u m in deze richting w o r d e n u i t g e b o u w d . 3. Het bezinningscentrum VU organiseert een studie naar de oorzaken van de vele „ k w a d e " toepassingen

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen