GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1980 - pagina 260

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1980 - pagina 260

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

1 ^ magazine 38

Een veelzijdig gesprek

Een conferentie over de dia loog met ctndersgelovigen en andersdenkenden door prof. dr. mr. D.C. Mulder Van 9 tot 16 april 1980 vergaderde de werkgroep van de onderafdeling voor dialoog (DFI) van de Wereldraad van Kerken in Matrafüred in Hongarije. Elke onderafdeling van de Wereldraad heeft naast de staf in Geneve een vk'erkgroep, samengesteld uit leden die uit de hele wereld komen. Zij vormt een klankbord voor de staf, hoort rapporten over het werk aan en smeedt plannen voor de toekomst. De DFI-werkgroep had haar vorige voltallige vergadering in 1978 gehouden in Trinidad. Thans vergaderden we in Hongarije, ook omdat DFI niet alleen een gesprek voert met andersgelovigen maar ook met aanhangers van ideologieën. Welke situatie troffen we in Hongarije aan en wat bespraken wij op de bijeenkomst? De situatie in Hongarije

Begrijpen

We vergaderden in een hotel in het Matra-gebergte, uitgekozen door onze gastheer, de Oecumenische Raad van Kerken in Hongarije. Zo"n vergaderplaats draagt altijd een zekere afgeslotenheid mee tegenover de omgeving. Maar èn onze gastheren èn wijzelf hebben ons best gedaan om zoveel mogelijk kontakt te krijgen met de plaatselijke situatie en de plaatselijke kerk. Dat neemt niet weg dat mijn indrukken uiteraard zeer beperkt zijn. Op woensdagavond 9 april werd de konferentie geopend door bisschop Bartha (voorzitter van de Raad van Kerken en tevens belangrijk politiek figuur in Hongarije, lid van parlement en presidium). Donderdag hield Dr. Harmati een lezing over de verhouding van kerk en staat in Hongarije. Zondagmorgen woonden we allen een hervormd-lutherse kerkdienst in Gyöngyös bij en hadden daarna een ontmoeting in de pastorie. Maandagmorgen hield Dr. Horvath, een marxistische filosoof van de universiteit van Boedapest, een verhaal over de dialoog tussen marxisten en christenen. Nadat de konferentie op dinsdag 15 april was afgesloten, bezocht een kleine afvaardiging op woensdagmorgen het ministerie van godsdienstzaken en had daarna een lunch met Dr. Karoly Toth, mij welbekend van het Centrale Comité van de Wereldraad van Kerken.

Om de toestand van de kerken in Hongarije te begrijpen, moet men rekening houden met de volgende faktoren: - in de elfde eeuw aanvaardde het Hongaarse volk onder koning Stephanus I het christendom; - in de zestiende eeuw had de hervorming groot succes in Hongarije: - in diezelfde tijd kwam Hongarije voor een groot deel onder Turkse heerschappij; -vanaf het einde van de zeventiende eeuw viel Hongarije onder de Habsburgse vorsten en bereikte de kontrareformatie dat de R.K. kerk de grootste macht in het land werd: vanaf het eind van de achttiende eeuw heerste er een zekere verdraagzaamheid in het land: - na de eerste wereldoorlog werd Hongarije eindelijk weer een eigen staat (met verlies van Zevenburgen) maar stond onder een tamelijk dictatoriaal bewind; - na de tweede wereldoorlog namen al snel de communisten de macht over.

Tamelijk positief Naar mijn indruk was de relatie van de communistische staat en de kerk aanvankelijk moeilijk, zij het minder moeilijk voor de protestanten dan voor de katholieken. De eersten aanvaardden sneller de nieuwe situatie en

zochten eerder samenwerking met de regering. Na de crisis van 1956 en vooral sinds 1963 kwam Hongarije er economisch bovenop. Het land maakt nu een betrekkelijk welvarende indruk. De regering-Kadar stelde zich tegenover de kerken gematigd op en de kerk lijkt nu over een zekere mate van vrijheid te beschikken, maar dan wel op voorwaarde dat de kerk zich mede beijvert voor de opbouw van een socialistische staat. Bisschop Bartha. bisschop Toth en andere christenen lieten zich tamelijk positief over de situatie uit. Op het ministerie van religie zei men ons dat aanvankelijk kerk en staat beide fouten hadden gemaakt, maar dat nu de samenwerking goed was. Wel merkten sommige Hongaarse vrienden op dat de situatie nog niet ideaal is, maar dat er toch sprake is van verbetering én dat hetgeen er nu aan positiefs over de verhouding van regime en kerk gezegd wordt, goede kans heeft over een aantal jaren werkelijkheid te worden.

Geen taktiek Het opmerkelijkst vond ik de toespraak van en de diskussie met de marxistische filosoof. Uit zijn mond tekende ik de volgende uitspraken op: In vroeger jaren was de verhouding tussen marxisten en gelovige mensen moeilijk. De gelovigen verwierpen het marxisme op fanatieke wijze, de laatsten zagen de eersten als vertegenwoordigers van de kapitalistische wereld. Dat is nu veranderd door een nieuwe openheid aan heide zijden. Marxisten zijn gaan beseffen dat hun ideologie nooit de enige kan zijn en dat de doeleinden van het socialisme niet louter voor marxisten bedoeld zijn maar gezien moeten worden als universeel-menselijk. Christenen kunnen ze zonder gespleten geweten aanvaarden . Marxisten moeten beseffen dat socuilisme niet tot doel heeft om de burgers van het land tot atheïsten te maker.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1980

VU-Magazine | 514 Pagina's

VU Magazine 1980 - pagina 260

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1980

VU-Magazine | 514 Pagina's