GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1985 - pagina 254

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1985 - pagina 254

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

de uiteindelijke beslissing in handen geven. Kinderen hebben leiding noding, duidelijke regels. En daar ontbreekt 't vandaag de dag aan. De kwaliteit van de gezinnen gaat achteruit. De onzekerheid van de ouders neemt zienderogen toe. Maar toch ligt daar de verantwoordelijkheid: bij de ouders. Scholen zijn er om onderwijs te geven. Naar school gaan moet weer vanzelfsprekend worden. Spijbelen hóórt niet! En dan kun je me wel een autoritaire zak vinden, maar dat vin d ik gezond. Dan hebben jullie weer iets om tegenaan te schoppen. Hebben jullie ten minste weer een reden om ontevreden en onbegrepen rond te lopen!" Elitair Ook Yvonne Bernard gniffelt nog wat na over de uitlaingen van Choy: "Helemaal ongelijk had-ie niet, zéker nietop dat punt van de medezeggenschap van scholieren. Een meerderheid van de leerlingen is namelijk niet zo bijster gesteld op inspraak in het schoolgebeuren. Dat blijkt ook uit mijn onderzoeken. Slechts zeseneenhalve procent van de leerlingen wil meer inspraak en iets meer dan vier procent meer vrijheid. Dat is echt heel weinig. En als je daarbij optelt dat maar één op iedere vijf leerlingen de schoolregels te streng vindt en bijna één op de tien zelfs te soepel, dan kun je misschien best concluderen dat een strakkere regelgeving binnen de school de problemen voor een deel zou kunnen oplossen. Maar je moet niet denken dat je er met een zorgvuldige registratie van de gespijbelde uren al bent. Daarmee los je de achterliggende problemen niet op.

Het feit blijft bij voorbeeld, dat leerlingen met bepaalde vooropgezette ideeën naar school gaan die de school dan vaak niet waar maakt. Dan raakt de motivatie zoek. Wil je dit onderwijssysteem overeind houden, met het bestaande onderscheid tussen LBO, Mavo, Havo, VWO, dan zul je je binnen deze schooltypen meer moeten gaan richten opdie verwachtingen. De grootste groep leerlingen binnen het LBO zit daar bij voorbeeld om een vak te leren. Die groep bestaat voor zestig procent uit 'allochtonen'; Turken en Marokkanen. Hun grootste ideaal is een eigen bedrijfje beginnen. Zij schatten hun eigen kansen echter heel somber in. Ze beheersen hun Nederlands on voldoen de —ook al omdat de eigen cultuur en taal zo nodig beschermd moet worden — en werk is er, zeker voor die groep, nauwelijks. Het LBO moet weer een volwaardige opleiding worden die deze leerlingen iets te bieden heeft, in plaats van een afvalbakvoorkinderen die hetin andere schooltypen niet redden, zoals nu hetgeval is. Hetzelfde geldt voor de Mavo. Wil die opleiding haar bestaansrecht behouden dan moetde Mavo weer, hetzij een eindopleiding worden, hetzij een doorstroomopleiding waarbij die doorstroomfunctie ook voldoende gegarandeerd is. Bijna niemand gaat na de Mavo nog naar het middelbaar beroepsonderwijs, zoals aanvankelijk wél de bedoeling was. Maar met alleen Mavo kun je nergens meerterecht. Voor de Havo-opleidingen geldt, dat de kloof ten opzichte van de Mavoleerlingen weer veel te groot is. Die opleidingen zouden meer op elkaar afgestemd moeten worden. Maar daarvoor is nodig dat die schooltypen

eerst eens wat meer waardering voor elkaar gaan kweken. Het dédain waarmee men vanuit Havo en VWO neerkijk op Mavo en LBO is buiten alle proporties. Voor een goede oplossingenstrategie zou men verder eens moeten kijken naar het feit dat kleinere, categorale scholen beter functioneren dan die grote scholengemeenschappen. Maar er blijven natuurlijk maatschappelijke factoren die je niet in de hand hebt, zoals de enorme jeugdwerkeloosheid die voor veel scholieren heel deprimerend werkt, net als sommige invloeden vanuit het sociale milieu. Wat je je wel kunt afvragen is: moet je het onderwijs langzamerhand niet meer de 'a//ocaf;e\/e'functie teruggeven die het vroeger had. Lange tijd was het onderwijs volledig afgestemd op de te verwerven plaats in desamenleving, op de beroepssituatie vooral. Dat mocht ineens niet meer. Het onderwijs moest bovenal 'algemeen vormend' zijn. Het aanleren van heel specifieke, beroepsgerichte vaardigheden verdween daarmee grotendeels uit het gezicht. Maar je ziet dat leerlingen juist met die verwachting naar school komen en dan teleurgesteld afhaken.

Misschien is het onderhand tijd om te bekennen dat het eigenlijk heel elitair was — ook al werd 't dan vaak in een progressief jasje naar voren gebracht — om de school die voorbereidende taak, gericht op de latere werksituatie, af te nemen. Een herwaardering van het beroepsonderwijs, dat altijd als 'tweederangs' is beschouwd, lijkt me daarom van 't allergrootste belang."D

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1985

VU-Magazine | 530 Pagina's

VU Magazine 1985 - pagina 254

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1985

VU-Magazine | 530 Pagina's