GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1986 - pagina 8

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1986 - pagina 8

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

deel in de onafhankelijkheidsstrijd te benadrukken. Gekleurd Dit aspect van de zaak blijft, zoals gezegd, wat onderbelicht in het boek van Bosscher en Waaldijk. Zij verklaren de opstelling van de diverse Nederlandse stromingen in de RMS-kwestie vooral uit het politieke oordeel dat men had over Indonesië. Ook het juridische oordeel over de rechtmatigheid van de RMS-proclamatie werd daardoor gekleurd, zo betogen zij. Terecht. Maar onjuiste informatie speelde daarin ook een rol. Zo ging de Vereniging voor Internationaal Recht er in de befaamde uitspraak van 24 juni 1950 geheel ten onrechte vanuit dat de ,,Zuid-Molukse Raad" (de preciese naam van dit lichaam kende men niet eens) op 24 april 1950 de RMS had uitgeroepen. Hiervan is geen sprake geweest. De ZuidMolukkenraad is in het geheel niet bijeen geweest en gezien de overwegend roodwitte samenstelling van dit gekozen college mocht een afscheidingsproclamatie daarvan ook in het geheel niet worden verwacht. Ir. Manusama zal men deze blunder dan ook nooit horen maken; hij spreekt van een proclamatie door „het volk der Zuid-Molukken", een moeilijker te controleren gegeven. De nogal impulsieve uitspraak van de Vereniging voor Internationaal Recht dat de RMS-proclamatie rechtmatig zou zijn geweest o.a. omdat de Zuid-Molukkenraad daartoe de bevoegdheid zou hebben gehad, heeft niettemin een rol gespeeld in latere uitspraken van rechters. Niemand wist in die dagen precies wat zich op Ambon had afgespeeld; niemand kon dus ook de juistheid betwisten van de feiten waarvan Van Rijckevorsel c.s. uitgingen. Maar dat de toedracht nogal verschilde met de gang van zaken, waarvan een aantal juristen in Nederland uitging, is later wel duidelijk geworden. Curieus is overigens dat in kringen van de stichters van Door de Eeuwen Trouw men niet aanstonds zo zeker was van de onaanvechtbaarheid van deze uitspraak. Zo schrijft oprichter A. van Rossum op 7 juli 1950 in een brief aan mr. Erik Hazelhoff Roelfsema (de soldaat van Oranje), die aangeboden had het in Amerikaanse militaire kringen voor de RMS op te nemen, dat de RMS-zaak er in Nederland moreel gezien sterk voorstaat. „Het lijkt me echter verstandig dat je 't bericht van genoemde vereniging voor Int. Recht eerst eens in Amerika door een jurist (volkerenrecht) laat checken in hoeverre het werkelijk steekhoudend is. Voor binnenlands gebruik hier is het uitstekend geschikt." Het zou allemaal nog niet zo'n ramp zijn geweest als de politiek gekleurde opvattingen over de gang van zaken in Indonesië en het gebrek aan goede informatie niet diepingrijpende gevolgen had opgeleverd.

De christen-Ambonees, Urbanus Pupella, in de jaren veertig de belangrijkste politicus op Ambon. In de studie van Bosscher en Waaldijk wordt zijn naam eenmaal genoemd, namelijk als de indiener van de motie in het Oost-Indonesische parlement, die het federalistisch georiënteerde kabinet-Diapari ten val bracht

Via deze poort van het kamp Berenlaan in Djakarta vertrokken Molukse KNIL-militairen naar Nederland

„Een tragisch voorbeeld van de wijze waarop in de zaak-Ambon politieke en juridische percepties in elkaar overvloeiden, leverde de rechtsgang met betrekking tot de demobilisatie van de op Java verblijvende Molukse ex-KNIL-militairen ", schrijven Bosscher en Waaldijk. „Tragisch omdat, ware deze kwestie in een nuchterder sfeer gepresenteerd en afgehandeld, het niet tot „opzending" van de Molukkers naar ons land zou zijn gekomen." Deze veronderstelling lijkt me juist. Er is een directe samenhang tussen het dekolonisatie-trauma van met name rechts Nederland, de vijandige beeldvorming over de Republiek-lndonesia, de gebrekkige informatie over de politieke werkelijkheid in Oost-lndonesië en de overbrenging naar Nederland van Molukse KNIL-militairen. Na de Madiun-affaire in 1948, waarbij de Republiek een slachting aanrichtte onder de communistische nationalisten, wisten de VS beter, maar in Nederland bleef menigeen in 1950 nog uitgaan van het beeld van een door communisten beheerste republiek! Ook DDET-oprichter Van Rossum doet dat in zijn eerder aangehaalde brief en vergeefs zal men jarenlang proberen steun in rechtse Amerikaanse kringen te verwerven met dit eveneens door de Nederlandse

oorlogspropaganda bedachte verhaal. De nuchtere werkelijkheid van het Indonesië van 1950 was dat de regering de christen-Ambonese KNIL-soldaten uitstekend in de TNI kon gebruiken, enerzijds om de — o.a. door de minister van Defensie, de Sultan van Yogja gevreesde — communisten in bedwang te houden, anderzijds als betrouwbare troepenmacht tegen fanatieke islamitische groeperingen. Na het neerslaan van de RMS zien we tal van voormalige KNIL-Ambonezen alsnog overgaan naar de TNI (men krijgt zelfs soldij met terugwerkende kracht!), waar ze o.a. ingezet zijn tegen de Daroel Islam. Er is weinig reden om aan te nemen dat de Molukse KNIL-militairen, die naar Nederland zijn overgebracht, een andere toekomst zou hebben gewacht dan hun collega's die na de Ronde Tafel Conferentie naar Ambon zijn getransporteerd. Terugkomend op het boek „Ambon, eer en schuld": het is een degelijke en zeer leesbare studie van de wijze waarop in Nederland begin jaren vijftig is gereageerd op de RMSproclamatie, maar om zich een beeld te vormen van deze hele geschiedenis mag men zich niet beperken tot deze deelstudie. Het is een stukje vaderlandse geschiedenis van Nederland, niet van de Molukken. D

Een groot deel van de Indonesische KNIL-militairen ging over naar de TNI Zij paraderen hier voor de toenmalige chef-staf Simatupang. Ook Ambonese KNIL-militairen kon de TNI goed gebruiken als betrouwbare troepen tegen communisten en fanatieke Islamieten. Ex-KNIL-lers die op Ambon voor de RMS vochten, gingen nadien alsnog over naar de TNI. in het bataljon 330

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986

VU-Magazine | 496 Pagina's

VU Magazine 1986 - pagina 8

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986

VU-Magazine | 496 Pagina's