VU Magazine 1986 - pagina 387
Bladluizen (links) zijn gevreesd bij tuinders en houders van kamerplanten. Ze komen massaal voor, maar hebben gelukkig ook veel natuurlijke vijanden, zoals het lieveheersbeestje dat zich bij voorkeur met deze beestjes voedt. Binnen de insektenwereld is de bladluis een van de weinige soorten die het nageslacht levend ter wereld brengen.
demstructuur voltrokken, als gevolg waarvan de verhouding tussen de aantallen springstaarten en bosmijten gaat veranderen. Deze veelvuldig voorkomende bodemdiertjes kunnen daarom uitstekend als bio-indicator dienst doen: waar hun samenstelling plotseling verandert is er iets grondig mis met de bodem en loopt, op langere termijn, de bebossing gevaar. De onderzoekers concluderen dit op basis van het gegeven dat zij bij twaalf dennenbossen op de Veluwe wél gezonde bomen op slechte grond, maar nooit het omgekeerde — zieke bomen op een gezonde bodem — tegenkwamen. Springstaarten en mijten vormen een belangrijk deel van de bodemfauna en spelen een onmisbare rol bij de afbraak van dood organisch materiaal. Dat de beestjes minder vaak voorkomen in niet-gezonde bossen, blijkt veel sterker samen te hangen met de chemische samenstelling van de bodem, dan met de uiterlijke kenmerken van de bomen. Bodemonderzoek, gericht op het vóórkomen van deze groe-
341
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986
VU-Magazine | 496 Pagina's