GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1988 - pagina 222

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1988 - pagina 222

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

ving is ten diepste onpersoonlijk, bevond psychoanalyticus Theodor Reik in 1945: "Twee lichamen verenigen zich en scheiden zich weer. Iets anders is er niet gebeurd." Want de lust-zonder-meer "schept niet alleen vreemde bedgenoten, maar ze maakt ook vaak bedgenoten uit mensen die elkaar volkomen vreemd zijn." Meininger sluit zich daar bij aan: "Persoonlijk wordt de mens eerst in de erotiek, dat wil zeggen in het seksuele gedrag dat tevens communicatieve betekenis heeft." Met die erotiek is trouwens iets vreemds aan de hand. Vaak zegt men dat de mens, anders dan het zoogdier, het hele jaar door bronstig is. Volgens Meininger een misverstand: de mens is juist bevrijd van de bronst. Een bevrijding die niet alleen voordeel biedt. Want om vrijheid te hanteren, moet je verantwoordelijkheid leren, de kunst om 'antwoord' te geven. Met die antwoordmogelijkheid is de menselijke communicatie, de bron van de liefde, geboren, die ons van het dier onderscheidt.

len moeten geven en zij hun liefde moeten verwezenlijken en bewijzen. Van dit leven (..) vernemen wij in de happy end-literatuur echter niets. Sprookjes en bruidwervingsverhalen eindigen vaak met de standaarduitdrukking 'en zij leefden nog lang en gelukkig'. Jammer genoeg vernemen wij dan niet waarin dit geluk bestaat." Ware liefdeskunst blijft blijkbaar een geheim. De klassieke venusladder, die eeuwenlang als het laatste woord gold, kan dat geheim evenmin ontraadselen. Volgens die ladder voltrok de liefde zich langs de volgende lijn: de eerste blik, het eerste gesprek, de eerste aanraking, de kus en tot slot het spel 'opten bedde'. Maar daarna? Vergeefs zocht Meininger het antwoord in de boeken die de venusladder aanprezen. Daarmee valt ze door de mand als "het apparaat bij uitstek voor de versierder. Wat hij nodig heeft is een kort laddertje waarvan de sporten zo dicht mogelijk bij elkaar liggen." Ook Meininger lijkt geen recepten voor bestendige liefde bij de hand te Door heel het boek heen weerklinkt hebben. Maar trouw hoort erbij, en die stelling: liefde is communicatie. je voor elkaar beminnelijk willen ma"Het minnespel is namelijk geen 'ar- ken. Bovenal: je wilt het en hebt er men- en benenbeweeg', geen kans- de moed toe. In feite valt liefdesspel, maar een taalspel." Dat zit nog kunst samen met levenskunst. in een oud woord als liefkozen. Kozen betekent: lief met elkaar praten. n de tweede helft van zijn boek Je hebt elkaar 'iets te zeggen'. Diebegint Meininger weer bij het ren geven signalen, en antwoorden begin van de liefde: het uiterlijk, in reflexen. De mens geeft eigen be- de blik, de gezichtsindruk. Die doen tekenissen en betekeningen aan z'n de liefdesvonk ontvlammen. In de gedrag, en wordt in zijn liefde en woorden van Jacob Cats: "Aensien erotiek tot persoon. Natuurlijke doet vrijen/Het oogh is leytsman lustbeleving wordt tot vertedering, van de min/En brengt voor eerst de ontroering. lusten in/Wat het ooge niet en siet/ Dat begeert het herte niet." oe mooi ook, ook dat Die blik, die liefde op het eerste gebrengt 'beperkingen' met zicht, beduidt nog niet bewuste bezich mee. De Perzische arts geerte of liefde: "Het is meer een beRhazes wist in de negende eeuw dat leving van verwondering, die niet al"één enkel in het wild levend dier leen ontstaat door de aanblik van de meer genot ervaart in eten en paren ander, maar evenzeer door de eigen dan menig mens mogelijkerwijs ooit gevoelens, waarvan men niet weet zou kunnen bereiken." Ook het le- waardoor zij worden opgeroepen." venslang beminnen is geen natuur- Dat is "de blik die het innerlijk begegeven. Je moet het leren, ervoor roert en waarin twee mensen elkaar vechten, en dat begint na de eerste ontmoeten." Als die eikaars blik verliefdheid. Het happy end in ro- "vasthouden" ontstaan aandacht en mans enfilmsis geen eind, maar be- geboeidheid. "Het wisselen van de gin. "Het is het begin van het da- blik, het elkaar in de ogen zien" is gelijks samenleven van gelieven; het "een doorbreken van het slechts begin van een leven waarin hun lief- uiterlijke contact. Het is een elkaar de op de proef wordt gesteld, waarin peilen, een eerste schrede op de weg zij hun liefde inhoud en gestalte zul- tot eikaars innerlijk." In dat ogen-

I

H

32

blik geef je ook jezelf bloot: 'ogen zijn de spiegel van de ziel'. Ibn Quzman dichtte halverwege de Middeleeuwen: "Je ziet twee wonderlijk mooie ogen, als door tovenarij geschapen/Ze willen je het verstand ontnemen en je van je geduld beroven/En je zult je hart zien in de handen van de geliefde/als een gevangene, die zij gevangen houdt." Volgens Bolland zag zo'n verliefdheid "terecht in de aantrekkelijke zichtbaarheid onzeggelijk veel meer dan deze is." Natuurlijke schoonheid speelt in de liefde slechts ten dele een rol: geliefden vallen wel op eikaars uiterlijk maar de schoonheid van de ander verwijst op verhullend-onthuUende wijze naar binnen. Ze moet in haar betekenis worden ontdekt, of, met de woorden van Ortega y Gasset: "Liefde is de keuze voor en bepaalde uitdrukking van het menselijke, dat zich op symbolische wijze in bijzonderheden van het gelaat, van de stem en van de gebaren te vernemen geeft." Let wel: de bijzonderheden van een ondeelbaar geheel, niet de optelsom van mooie stukken uiterlijk. "In deze eenheid nu", betoogt Meininger in een stukje over de lief-

Je wilt het en hebt er de moed toe. In feite valt liefdeskunst samen met levenskunst. de van de man, "is de werkelijke schoonheid van een vrouw gelegen, de schoonheid die ontroert, die in de ander iets losmaakt en die een man 'het hoofd op hol' kan brengen."

A

chterhaald doet Meiningers beschrijving van het belevingsverschil tussen man en vrouw aan. Mannen zouden moeilijk over de grens van de uiterlijkheid kunnen heenkijken, en vrouwen direct 's mans innerlijkheid voor ogen hebben. Dat cliché lijkt toch wel weerlegd: vrouwen zien niet beter of slechter door uiterlijkheden heen dan mannen. Volgens Meininger is de vrouw echter een 'gevoelswezen', met een 'suprematie in de liefde'. Werkelijk? VU^MAGAZINE—MEI 1988

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1988

VU-Magazine | 496 Pagina's

VU Magazine 1988 - pagina 222

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1988

VU-Magazine | 496 Pagina's