GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1989 - pagina 415

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1989 - pagina 415

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

O

p de juffrouw achter de kassa na, valt er in de immense ronde ruimte geen sterveling te bekennen. Een handleiding is niet te krijgen. De informatiebalie blijkt onbemenst. Wèl ligt er een papiertje voor het grijpen dat als wegwijzer fungeert en de mededeling bevat dat de tentoonstelling van boven naar beneden bekeken dient te worden. Op naar de derde verdieping dus, in de royaal bemeten, transparante liftkooi. De bovenste ring van de vliegende schotel staat in het teken van 'techniek en samenleving'. Beginnen bij 't begin: de aarde - woest en ledig aanschouwelijk voorgesteld door een diorama waarin licht- en geluidseffecten voortdurend noodweer suggereren. Maar, melden teksten aan weerskanten, "Het vernuft van de mens is niet te stoppen" en "We maken onze wereld zelf!" Deze opbouwende visie op de onbaatzuchtige dienstbaarheid van wetenschap en techniek, blijkt de dragende gedachte achter vrijwel al het hier geëxposeerde. Of het nu om communicatie, verkeer of voedselvoorziening gaat, de techniek staat voor niets en zal een oplossing voor het probleem zoeken of heeft er zelfs al een gevonden. En de bezoeker die de uitkomst van al dat vernuft desondanks beangstigend vindt, ziet zich tot tweemaal toe geconfronteerd met een bezwerend citaat van de historicus Huizinga: "Een algemeen terug is er niet. Er is enkel vooruit, al duizelt het ons voor onbekende diepten en verten." Op zoek naar die diepten en verten in de ontwikkeling van wetenschap en techniek, vindt de argeloze Evoluon-bezoeker echter voornamelijk oude kost, achterhaalde feiten en historisch curiosa op zijn pad: de morse-sleutel, de eerste philishave en de kristalontvanger bepalen sterker het beeld dat deze rondgang ten slotte op het netvlies achterlaat, dan die ene verdwaalde computer en de wervend bedoelde uitstalling van moderne Philipsfabrikaten.

H

et 'lichttheater' bijvoorbeeld, blijkt een kopie van een kleinburgerlijke huiskamer uit de jaren vijftig, waarin het nut van gloei- en tl-lamp wordt gedemonstreerd, maar waarin de hedendaagse halogeen-verlichting VU-MAGAZINE—NOVEMBER 1989

schittert door afwezigheid. Deze attractie dóet het dan tenminste nog, al is het begeleidend commentaar van Alexander Pola door ruis en tik soms nauwelijks meer te volgen. Dat kan van veel andere apparaten en instructief bedoelde attributen niet eens worden gezegd. Zoals de machine die op kleurenblindheid test, maar die, zonder op antwoord te wachten, al na de eerste vraag de séance afbreekt. Of de apparaten die met behulp van een driedimensionale diashow de milieuvervuiling in beeld behoren te brengen: bij de eerste is de projectielamp stuk, de tweede geeft geen commentaar, en bij de derde lopen beeld en geluid niet synchroon. Even verderop gaat het exposé over kernfusie héte, want koude zoekt men hier vergeefs - de mist in als gevolg van een ernstig gehandicapt geluidsbandje; steeds opnieuw breekt het commentaar voortijdig af, midden in een zin over de praktische toepasbaarheid in een verre toekomst. Het indrukken van de startknop van menig apparaat blijft zonder resultaat. Van de attracties die het nog wél doen geven sommige anderszins aanleiding tot ergernis. Zo is de danig bekraste rolprent over de ontwikkeling van het wegverkeer van een slopende traagheid; ergens tussen begin - de uitvinding van het wiel - en eind - de file, inderdaad ~ zullen de meeste toeschouwers deze film vermoedelijk wel voor gezien houden. Vermoedelijk, want bezoekers zijn er nauwelijks om deze gedachte aan de werkelijkheid te toetsen. De enige lotgenoten die ik tijdens mijn omloop tref zijn twee giechelende meiden van een jaar of zestien die, om de beurt gezeten in een gehalveerde, opengewerkte auto, via een rempedaal hun reactiesnelheid meten. Qua aankleding is dit een overigens nogal onzinnige vermakelijkheid: een paar meter verderop kan men zich aan exact dezelfde test onderwerpen, maar ditmaal met behulp van een simpele drukknop en een digitale chronometer. Men hoeft geen helderziende te zijn om na één enkel bezoek te beseffen dat het Evoluon als technisch museum, in de huidige vorm z'n langste tijd gehad heeft. Steeds hardnekkiger geruchten doen de ronde: een definitieve sluiting zou aanstaande zijn.

De firma Philips - eigenaar van het gebouw en het daarin ten toon gestelde - zou er niet langer geld op toe willen leggen, maar alleen nog twijfelen over alternatieve bestemmingen voor de betonnen ovenschotel.

D

at het Evoluon zichzelf niet zou kunnen bedruipen was overigens van begin af aan bekend. Maar er school iets ideahstisch in het plan van meneer Frits, telg uit het succesvolle Philipsgeslacht, dat in 1966 werkelijkheid werd. Geen verkapte reclamestunt, deze gift van de toen 75-jarige gloeilampenfabriek, maar een permanente tentoonstelling die aan een leergierig publiek de verworvenheden van wetenschap en techniek zou tonen. Een onbegrensd optimisme lag eraan ten grondslag, en een nog ongekreukt vooruitgangsgeloof: problemen voorzag men al wel - de afvalberg, de filevorming en vertraging - maar ook daar zouden wetenschappers en techneuten wel weer wat op vinden. Ontwikkelingen in wetenschap en techniek gaan echter snel. Zo snel dat het voortdurend up to date houden van de expositie kapitalen zou gaan kosten. De aanvankelijk vrij omvangrijke wetenschappelijke staf van het Evoluon heeft inmiddels elders in het bedrijf emplooi gevonden of zit in de vut; meer dan een caissière, een onderhoudsmonteur en een juffrouw voor de broodjes, loopt er niet meer rond. En het tentoongestelde verstoft en vergrijst met de dag. Toch moest het Evoluon maar blijven, niet zozeer vanwege het tentoongestelde, maar omwille van de gedachte die destijds achter de opzet heeft gestoken. Want wie gelooft er nou vandaag de dag nog in vooruitgang? Laten staan daarom, dat zendstation, die meccano-constructies en die gehavende maquettes; dan kunnen onze kinderen straks nog eens op hun gemak bekijken, hoe opgeruimd hun grootouders de toekomst zagen. Maar dat recent geplaatste, wat obligate paneeltje over de verzuring van het milieu kan dan maar beter weer verdwijnen. D Het Evoluon, Noord-Brabantlaan la. Geopend: maandag tot en met vrijdag 9.30-17.30 uur, zaterdag en zondag 10.30-17.00 uur. Toegangsprijs: f 12,50, 65-plussers en kinderen tot en met 12 jaar f 10,-.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1989

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1989 - pagina 415

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1989

VU-Magazine | 484 Pagina's