GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1996 - pagina 368

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1996 - pagina 368

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

W o e d e in de zandbak

Dr F.H.L. Beyaert: één onwankelbare premisse

"Homeopathische middelen zijn daarom als placebo zo populair: geen patiënt wenst van degelijke middelen een verklaring over de werking of vraagt om een bijsluiter bij de apotheek. Als ook de dokter 'gelooft' in deze therapeutische onzm is de cirkel rond: beide partijen tevreden. Zelf denk ik weleens: kon ik maar geloven in onzin. In die zin ben ik wel jaloers op alle 'zekerwetende' collegae en alternatieve genezers." Huisarts f. Bolt in HN Magazine, zj juli.

Talenknobbels De puzzel 'Talenknobbels' in het juli/augustusnummer van wcs leverde een groot aantal inzendingen op. Een ruime meerderheid daarvan bevatte de juiste oplossing: januari - Sandra - Thais - zaken februari - Alex - IJslands - wonen april - Vivian - Maleis - familiebezoek juni - Piet - Welsh - hobby juli - Harry - Fins - verliefd De tien cd's gaan naar: A. Roskam in Hellevoetsluis, J. Eigeman in Vries, W.B. Drees in Baarn, H.G. van GelderPafort in Purmerend, F. Veldeman in Strohbeek-Bever (B), T. Goedhart in Reeuwijk, L Diepstraten in Helmond, E. Damen in Groningen, R. Brandon in Den Haag en H. Pels in Bennekom.

w c s SEPTEMBER

Soms lijkt de wetenschap het stadium van de koffiedikkijkerij nauwelijks voorbij. Een onderzoeker kan zich een bijzonder aura aanmeten en suggereren dat hij buitengewone, voorspellende gaven bezit. Waarom bijvoorbeeld begeeft de ene mens zich op het verkeerde pad, en leidt zijn sociale evenbeeld een vlijtig en deugdzaam leven? Er valt, vinden genuanceerd denkende criminologen, niet al te veel over te zeggen. Het ligt nogal ingewikkeld. Voor sommige wetenschappers ligt het allesbehalve ingewikkeld. De voormalig hoogleraar forensische psychiatrie Frank Beyaert weet het precies. Hij kan, blijkens een interview in Het Parool eind juli, nauwkeurig voorspellen wie later crimineel wordt en wie niet. Kinderen die in homo-gezinnen opgroeien en kinderen die op jonge leeftijd naar de crèche gaan, zijn de criminelen van de toekomst. "Als we die heel jonge baby's massaal in crèches stoppen, krijgen we daar over een paar decennia ongetwijfeld de rekening voor gepresenteerd in de vorm van stijgende criminaliteit." De hoogleraar haalt ze er precies tussenuit, die crimineeltjes in spe. Hij ziet de woede van een kleuter m de zandbak en weet waar dat op duidt. De woede ontstaat namelijk als een kmd bij een ongelukje niet getroost wordt door de moeder, waarna het een ongeremde driftaanval ontwikkelt of depressief wordt. En dat zegt genoeg voor later. Een gevangenisklantje. Het is het bekende misverstand van de treinbestuurder die denkt dat de spoorwegovergangen altijd gesloten zijn omdat hij nooit anders ziet. Beyaert was directeur van het Pieter Baan Centrum dat delinquenten psychiatrische hulp biedt. In die hoedanigheid moet hij met massa's criminelen te maken hebben gekregen, die onvoldoende liefde en aandacht in hun jeugd hebben ontvangen. Vervolgens moet hij dat gebrek aan aandacht gezien hebben als noodzakelijkerwijs leidend tot misdaad. Hij heeft immers nooit iets anders gezien. En dan is het ook mogelijk in

de boosheid van de peuter de vanzelfsprekende voorbode te zien van het aftuigen van weerloze vrouwen. Het kennersoog kan de tekenen moeiteloos lezen. Maar hoe, luidt een eenvoudige tegenwerping, kan de wetenschapper weten of het opgroeien in een homogezin of het bezoek van een crèche zelfs maar de statistische kans op misdaad vergroot? Zoveel volwassen kinderen die opgroeiden in een homogezin zijn er immers nog niet. Vooralsnog is weinig bekend over ontsporingen op grote schaal. Het wetenschappelijk onderzoek waarin het verband wordt aangetoond, kan nog niet bestaan. Over een andere risicogroep is veel meer bekend: jongens. In vergelijking met meisjes en vrouwen nemen jongens en mannen het leeuwendeel van de misdaad voor hun rekening. Zij vormen een groot maatschappelijk gevaar. Het wachten is op deskundige aanbevelingen waarbij het adopteren van jongens ontraden of zelfs verboden wordt. Dat lijkt, wie de wetenschappelijke redeneertrant van Beyaert wil doortrekken, slechts een kwestie van tijd. De veiligheid op straat is immers een groot goed. Het betoog van Beyaert berust op één onwankelbare premisse: een kind dat naar een crèche gaat of opgroeit in een homogezin, krijgt een slechte opvoeding. En waarom is dat zo? Omdat een jongen nu eenmaal identificatie zoekt met een vaderfiguur, en een meisje met een moederfiguur, luidt het antwoord. Nog een vraag: is dat echt waar? Daar houdt iedere argumentatie op. Het is nu eenmaal zo. Het is vanzelfsprekend omdat het vanzelfsprekend is. De wetenschapper acht zich van iedere toelichting of bewijsvoering ontslagen. We moeten hem geloven. Hij is toch niet voor niets de deskundige? (KN)

Redactie: Mark Traa Bijdragen: Peter van de Beek Koos Neuvel

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1996

VU-Magazine | 568 Pagina's

VU Magazine 1996 - pagina 368

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1996

VU-Magazine | 568 Pagina's