Open brief aan Dr. A. Kuyper, hoogleraar aan de Vrije Universiteit op gereformeerden grondslag, en redacteur van "De Heraut", alsmede aan de "Heraut"-lezers en alle gereformeerden in den lande - pagina 8

— indien althans mij niet een onom— te bereiken. Gi] acht het immers

aansprakelijk stelt

lieid

Avonden dementi geven

zij

bil-

dat het „andi et alteram parteni" door al

lijk

nwe

lezers

worde

beoefend? Welnu, help mij dan een weinig in de verspreiding

van

mijn pleidooi. Dat het tot vrijspraak van den beschul-

dit

digde concludeert, hindere u niet. Laat oordeelde

oordeelen

lezing,

meenen eenmaal

gelijk

na onbevoorGods Woord zal

vrij ieder,

naar

hij

kunnen verantwoorden voor Hem,

te

die de

harten doorzoekt, die de nieren proeft.

Uwe

vlijmende beschuldigingen ga ik weerleggen, \me vra-

gen beantwoorden, en in verband met een en ander spreken over de Geref. Universiteit en uwe verhouding jegens het Gerefor-

meerde en de

Gereformeerde Kerk. Alzoo vind ik

Christelijke

vanzelf ruimschoots gelegenheid

om

tot de kinderen

Gods buiten

de C. G. Kerk, vooral tot hen, die zich onder „de Gereformeer-

den" scharen, een woord hart!

— te

jegens u en

en

richten

uwe

het hart

—

gedragslijn

te

uit

de

het ook: tot het

teekenen,

die

Een korte verantwoording

oordeeld hebt met

Nu

om

het zoo breedvoerig en wel

de

er

gij

zwaarste grieven tegen mij te

iets

zoo.

der zaken ik

is

ietwat duister.

het woord gevraagd heb

aannemen der motie door de vergadering. Dit

z. g.

Na

duurd, hebt

ge-

mogen

meer van weten.

Uwe voorstelling van den loop Men kan den indruk krijgen dat niet

gij

zooveel van hebt gezegd, stel ik er prijs

op dat uwe lezers er nog

na het

eene toespraak,

gij,

er gelegenheid

i.

allereerst over het „incident," dat gij

het ZondngsUad^ „de Heraut", te bespreken, en dat

omlijsten.

m.

volgelingen ons betaamt.

belangrijk genoeg hebt geacht in

zij

die

tot

circa

9^2 ure heeft ge-

zelf als voorzitter fungeerende,

zou

zijn tot

is

spreken voor wie, na

meegedeeld dat al

het gehoorde,

over de zaak der Geref. Universiteit

genoeg nog mochten hebben; dr. Hoedemaker zou dan de sprekers beantwoorden. Nadat een psalmvers gezongen was, kregen wij het niet

licht

inderdaad droevig, ergerlijk, „incident" van het onzinnig geroep en

ijdel

dien

man

gebruik van den uit het

naam

des dierbaren Heilands, door

midden der schare, hetwelk de voorzitter

o.

i.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen