Tractaat van de reformatie der Kerken - pagina 222
VAN DE NU TE ONDERNEMEN REFORMATIE.
196
over,
dat
zichzelven dit
ook velen destijds uittraden uit zoodanige kerken, die in nog volstrekt niet derwijs gedeformeerd waren, en die
deden alleen
overmits deze kerken het kerkverband niet braken
met andere dieper gezonken kerken. En nu zien we niet in, dat of op grond der Schrift, of op grond der geschiedenis, ooit kan worden volgehouden, dat eenige kerk, alleen om het ongerechtig kerkverband, waarin ze staat, zoo maar voetstoots als val SC h e kerk, d. i, als Synagoge des Satans, mag verworpen. Gaat men na hoe ontzettend de afval en verbastering van de kerk onder Israël geweest is, en evenzoo hoevele tientallen van jaren, ja eeuwen, onze vaderen gewacht hebben, eer ze het verderf in Rome's kerk hoog genoeg geklommen achtten, om breuke geoorloofd te doen schijnen, dan ontvangt men onwillekeurig den indruk, dat de nu uitgetreden broederen de kranke wel wat spoedig hebben opgegeven, en moeilijk aan den schijn kunnen ontkomen, van reeds de begrafenis voor menige kerk besteld te hebben, die door s' Heeren goedheid weer bijkwam en nog leeft.
§ 64.
Ook
Van de reformatie die in de Gereformeerde kerken dezer landen thans dient ondernomen. de Gereformeerde kerken dezer landen wachten wederom op
doortastende reformatie,
om
in beteren kerkstaat hersteld,
Gode weer
aan zijn uitverkorenen de genieting zijns heils, en aan ons volk en vaderland steun tegen inzinking in dieper zedelijk verval
zijne
eere,
te bieden.
Dat deze reformatie noodwendig is, blijkt uit droeve feiten, die, dat de godzahelaas, door niemand worden ontkend. Als daar zijn ligheid onder 'sHeeren volk beneden het gewone peil zonk. Dat de :
sleutel der kennisse, enkele zeer kleine
kringen
uitgenomen,
weg
is.
Dat wereldgelijkvormigheid onder de leden der kerken niet slechts doordrong, maar bij de massa de overhand kreeg. Dat de grootste meest drieste ketterijen, tot godloochening voorten straffeloos door de kerken worden geduld. Dat valsche leer onder de leeraars is doorgedrongen. Dat in veel kerken de Sacramenten worden ontheiligd. Dat de liefde onder de broederen week voor twist en verdeeldheid. Dat er onder de kerken scheuring is ontstaan, doordien tal van kleinere groepen als afzonderlijke kerk zijn opgetreden. En eindelijk, dat de meesten dier kerken in een kerkverband staan, dat steeds onheiliger karakter vertoont en al meer nadert aan de pauselijke hiërarchie.
zedeloosheden gaande,
en
openbaarlijk
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1883
Abraham Kuyper Collection | 240 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1883
Abraham Kuyper Collection | 240 Pagina's