Tractaat van de reformatie der Kerken - pagina 202
ONDERSCHEIDING TUSSCHEN DE WARE EN VALSCHE KERK.
lyÖ
door verderf aangetast. Dat deze verminking wordt in het afsnijden van de tucht deze onzuiverwording in vlekken, die de leer of sacramentsbediening ontsieren dit bederf in het opkomen van valsche leer naast de getrouwe prediking. Dat voorts, waar deze krankheid en verminking doorgaat, de kerk allengs haar wezen als kerk verliest en verbleekt tot een geesteloos gelijk
Calvijn
meest
het
zegt,
gezien
eerst
;
;
genootschap.
En
dat eindelijk waar in dit gestorven lichaam zich giftige gassen
gaan ontwikkelen, overgaan, zoodra
verbleekte kerk in een valsche kerk kan onder Satans invloeden, de waarheid en haar
deze ze,
belijders vervolgt.
Ten
zouden we daarom op het voetspoor van Calvijn, een vermanen willen, om toch wel toe te zien of de kerk, die
ernstigste
iegelijk
verlaten wil, metterdaad zooverre door
hij
God
verlaten
is,
dat ze het
maar ook het wezen eener kerk verloor. Omdat uw kerk krank, omdat ze verminkt is, moogt ge haar uw liefde nog niet onthouden. Eer mag ze juist om die krankheid op meerdere deernis van uwe zijde aanspraak maken. Eerst als ze gestorven is, hield ze op uw kerk te zijn, en eerst waar de giftige gassen der valsche kerken u doodelijk bedreigen,
welwezen,
niet alleen,
ge van haar aanraking en trekt ge uw liefde van raar af. Vooral lette men er op, dat de vraag nooit is, of ge eenig kerkg
vliedt
nootschap,
maar
uitsluitend of ge
kerk het
is
lid
van
genootschap
een
verlaten,
kerk. Wel weten
e-
Een
in
leden
uit
zult verlaten.
den nu meest gangbaren zin uit k e r k e n, Gij zijt dus lid van uw kerk, en uw kerkgenootschap. Uw kerk kan dus
kerkgenootschap bestaat en die kerken
uw kerk
i).
maar wat g
we, dat er kerken
ij
alleen verlaten kunt
zijn,
die
is
u
w
ook een lidmaatschap
van het „genootschap" hebben aangenomen, zonder dat men lid van een kerk is, maar deze ongerijmdheid houdt ons niet op. Voor u, voor mij, voor een iegelijk is het alleen maar de vraag Moet, mag ik de kerk van Amsterdam, van Rotterdam, van Utrecht verlaten ? Ik heb dus volstrekt niet te letten op wat elders plaats grijpt, maar alleen te letten op mijn eigen kerk. De solidaire verantwoordelijkheid voor hetgeen elders geschiedt, komt voor rekening van den :
kerkeraad,
niet van de enkele leden, en kan er wel toe leiden, den band tusschen mijn kerk en die andere kerken af te snijden, maar kan nooit aan mijn kerk het wezen van kerk ontnemen.
om
l)
Dit gebruik
schap
is
intusschen onhistorisch.
één locale kerk.
Oorspronkehjk beteekent
kerkgenoot-
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1883
Abraham Kuyper Collection | 240 Pagina's
![Tractaat van de reformatie der Kerken - pagina 202](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/abraham-kuyper-collection/tractaat-van-de-reformatie-der-kerken/1883/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1883
Abraham Kuyper Collection | 240 Pagina's