Tractaat van de reformatie der kerken - pagina 159
VAN REFORMATIE DOOR BREUKE MET DE ORGANISATIE.
Dan
de
zou
echter
brcuke
I45
reeds verder dan de organisatie der
kerkverband zelf raken, en dus kerk gaan, reeds thuis hooren. onder deze paragraaf niet meer Wel echter hoort hier nog de vraag thuis, in hoeverre, ook waar men ons tot geen ongehoorzaamheid dwingt, noch ons in den weg van gehoorzaamheid belemmert, nochtans de medeschuld aan anderer het
plaatselijke
ongehoorzaamheid breuke wettigen kan. En hier zouden we, uit vreeze voor overspanning en overmoed, ten
manen tot dubbele voorzichtigheid. zoo weinigen, ook onder de teedere kinderen Gods, die deze medeverantwoordelijkheid zoo diep voelen, dat ze er als schuld meê voor den genadetroon gaan. En immers, ware dit schuldbesef niet aanwezig is, ontbreekt de eerste voorwaarde die tot breuke wettigt. dringendste willen
Ze
zijn
Is het
20odat
daarentegen dat de Heilige Geest ook daar de ziele inleidt, niet maar met woorden tegen anderer ongehoorzaamheid
ge
schermt, maar in de gemeenschap van het lichaam van Christus uw medeschuld daaraan u op het harte voelt wegen, zóó voelt wegen, dat
ge
bloed
het
van Christus er over inroept,
o,
gewisselijk,
dan
hebt ge recht en plicht beide, volle recht en onafwijsbare plicht zelfs, om den band met zulk een organisatie te verbreken, doordien ge niet uit uw kerk treedt, noch uw kerk als kerk veroordeelt, en haar dus veel min als valsche kerk op de kaak stelt, maar doordien ge, als stil en ernstig getuige tegen haar, alle gemeenschap met haar
wel
kerkeraad afbreekt.
Deze
plicht
ontvangen
Woord
bij
komt
het eerst en het eenvoudigst
huisbezoek
leeraars
ongehoorzaam
Heeren
des
van
zijn.
uit,
door het niet
ouderlingen die aan het Maar moet, wel verre van
of
daarbij te blijven staan, voortschrijden tot een scheidend protest aan
den kerkeraad, daar deze het kwaad niet lijdelijk mag dulden. Zoo kan reeds de enkele aanwezigheid van ongeloovige kerkeraadsleden oorzaak zijn voor geloovigen, om afzonderlijk te vergaderen. Iets, waaruit voortvloeit, dat ook de kerkeraad als zoodanig hier tot een breuke van Godswege kan geroepen worden. Immers een kerkeraad, die gehoorzaamheid aan Gods Woord wil betrachten, zal niet
mogen
rusten
wijderd
zijn
;
eer
de ongeloovige leden
uit
haar midden ver-
het stemrecht der gemeente weer aan de belijdenis ge-
en de dienst van ongeloovige leeraars is gestuit. Een van den kerkeraad die hierin getrouw wenscht te zijn, zou zulke niet-geloovige leden niet tot de vergaderingen van den bij het oplezen van de naamlijst hun namen kerkeraad oproepen overslaan en weigeren hun het woord te geven.
bonden
is
;
voorzitter
;
;
10
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1884
Abraham Kuyper Collection | 226 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1884
Abraham Kuyper Collection | 226 Pagina's