Uit de diepte - pagina 566

560

was wel het sterkste bewijs, dat Hij waarlijk ons bloed heeft aangenomen, en onze zonden in zijn lichaam gedragen, en alzoo tot de zijne gemaakt heeft. Door dien doop heeft Hij zijne gemeenschap met zijn volk bezegeld. Hg heeft hen, beladen met den vloek des toorns Gods gelijk zy daar in hun diepen val ternederlagen aangegrepen met de almacht zijner Goddelijke liefde, en met hen in die oogenblikken gekampt, gezwoegd, geleden en gebeden, om zich met hen en voor hen in den di"epsten ootmoed voor God beeft, het vleesch en

,

,

neer te buigen in belijdenis van zonden. Reeds hier stond Hij als de biddende Hoogepriester voor zyn volk, die hunne schuld beleed voor het aangezicht zijns Vaders en voor hen de reinigmaking hunner zonden verwierf, door zichzelf voor hen te heiligen en de Vader zelf heeft daarop het zegel van zijn Goddelijk welbehagen gedrukt. Maar wie zou het wagen een blik te slaan in die machtige werkingen, dien arbeid, dien strijd, dat lijden, die de ziel van -Jezus vervuld moeten hébben, eer Hij dat werk, dat Hij hier vrijwillig aanvaardde, de verlossing van zijn volk, volbracht had Want zoo diep als de zonde was ingedrongen in de ziel des menschen, zoo machtig als de weerstand was, die het zondig hart biedt aan die verlossing, zoo ontzettend moeten ook die inwendige worstelingen geweest zijn, waarmede Hij zijn volk zich onderworpen heeft, om hen uit den dood weder te brengen tot het leven, en in zichzelf terug te leiden tot God. Daarom was ook dat welbehagen des Vaders in die zelfovergave des Zoons tegelijk eene bezegeling van zijn welbehagen in zijn volk van den glans, die hier den Eeniggeborene des Vaders omstraalde, zou ook op hen afdalen. Ja, om hunnentwil ontving Hij dat getuigenis; omdat Hij hunne zaak tot de zijne gemaakt had, daarom had Hem de Vader lief In Hem zag God het beeld van den mensch, zooals Hij hem alleen kon liefhebben, vergeven en opnieuw tot zijn kind aannemen; wanneer de zondaar alzoo in gemeenschap met Christus, ja door het geloof in Hem ingegaan, zijne schuld aanvaarden en belijden zou dan zou die doop des Zoons voor hem een bad der wedergeboorte, des nieuwen levens worden door den Heiligen Geest. Zietdaar wat die doop van Christus is voor zijn volk, en wat hij behoort te zijn voor een iegelijk onzer, zullen wij deel aan Hem hebben en met Hem gerekend worden; wij die eenmaal ook in zijn Naam gedoopt, en door dien doop op Hem ,

;

!

;

,

geworpen

zijn.

Gelijk wij onzen

mede

te

kennen

naam te

voorin een boek schrijven, om daardat het ons toebehoort, zoo ook

geven

,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen