Onnauwkeurig? Aan "Het vaderland" in zake Mr. W.H. de Beaufort's verweerschrift - pagina 20

16

omdat

woord voerders, denk slechts aan

liberale

(Ie

Prof.

Opzoonur,

xich sinds jaren tegen het voortbestaan eener Theologische faculteit

hadden uitgesproken; de meerderheid der Kamer ontwerp-Geertsema afgekeurd

;

in het

Verslag op het

de inrichting ecner vijfde faculteit had

(zie § 15)

en zelfs de llaagsche Synode (toen nog geheel in liberale

handen) in 1869 in haar adres aan den Minister Fock het denkbeeld

om

de Theologische faculteit op te heffen,

in beginsel

Terecht speurde dan ook de Minister, dat er na gebeurd moest

De

zijn.

liberale partij liet vrij

onverhoeds haar standpunt

varen zag af van de consequentiën, die ze zelve vroeger ;

selen had afgeleid.

aanvaard had.

het eerste Verdarj iets

uit

haar begin-

De hoofden waren blijkbaar bij elkaar gestoken en het ;

resultaat dier besprekingen (die tussclicn het eerste Verslag en de indie-

ning van het

amendement

rale zijde, zeer tegen faculteit toch

tot een beslissing leidden) was, dat

Wel vonden

wierd aanbevolen endoorgezet.

leden deze volte face wel

wat

al

men

te

kras

,

dit verlies

waarop

enkele leden der Rechterzijde te rekenen

bij

oore

toe,

wat

kon

mij,

kwam, dan vraag

mijne voorstelling, dat

danken.

zich

ik

vijf liberale

schadeloosstellen door de hulp,

gelijk ik zei, later in ernste,

we aan

vijfde

en deden daarom niet mede,

maar voor nu hieraan

nu van libe-

den zin van den Minister, de instelling eener

wat

van

viel.

Voegt

men

liberale zijde ter

er af te dingen

zij

op

de Liberalen deze faculteit hebben te

>)

') Van de onderhandelingen tusschen den Minister en de Commissie van Rapporteurs wordt in de Bijlagen 30. 5. p. 50 o. a. dit gemeld: „Bij de behandeling van het tweede punt herinnerde de Minister, dat de Commissie vroeger de vraag had geopperd, of het niet verkieslijk ware, de vakken, die de faculteit der godsdienstwetenschap zouden vormen, bij de faculteit van wijsbegeerte en letteren in te deelen dat bij het samen;

stellen

van

het

gewijzigde

wetsontwerp

advies

dit

was gevolgd;

dat

evenwel thans de Commissie de indeeling verwierp, en zulks op grond van een revirement bij vele leden der Kamer, en dat zü thans voorstelde, om oen afzonderlijke faculteit, hetzij van godsdienstwetenschap, hetzy van godgeleerdheid, by elke der Rijkshoogescliolen te vestigen. Hy wenschte te weten, waarom de gevoelens zich op dit punt hadden gewijzigd, en kon tevens niet ontkennen, dat

er,

naar

zijn inzien,

groot onderscheid bestond

tusschen godsdienstwetenschap en theologie." „Vau de zyde der Commissie werd geantwuord,

dat, indien by vele leden

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen