E voto Dordraceno - pagina 170
ZONDAG
158
zijn
zal",
—
is
VIII.
de ontaarding en
HOOFDSTUK
III.
de
verbastering,
zelfverblinding
stekeblindheid steeds erger geworden, zoodat er onder de
menschen
en
1400 millioen
op deze aarde wonen, stellig 1000 millioen zijn, die letterlijk niets hoegenaamd meer van den levenden God afweten, en niets dan een ongeloovig of bijgeloovig spel drijven met de uitdenkselen of inbeeldselen van hun eigen verzinning. Vandaar dat zonder Openbaring van Gods zij de zondaar er nooit meer achter kon komen, wie en hoe de wezenlijke, levende God was en bestond. De kennisse was weg; de heugenis zelfs der kennisse vervalscht; en de die
vatbaarheid voor deze kennisse der verdwijning nabij.
En daarom
heeft
Heere een werk van eeuwen lang, een arbeid der genade van ondoorgrondelijke ontferming gekost, om allengs, om van lieverlee die het den
kennisse van den levenden
God weer zoo
in
die wereld
in
hem bewoog.
dat de zondaar er vat aan kon krijgen, zoodra de Geest
En zoo
is
toen eindelijk de belijdenis van den Drieëenigen
wereld gekomen. Niet, juist in
dit
versta
men
wel, alsof
Adam
brengen,
te
in
God
het
dezen vorm der Drieëenigheid de heerlijkheid van Gods
in
de
paradijs
Wezen
zou beleden hebben, uitgewerkt in al onze onderscheidingen en geformuleerd naar den inhoud van al onze artikelen. Dit kon natuurlijk niet, en
ware ongerijmd. Zelfs mag men
Gods
zich niet inbeelden, alsof in den hemel
nog met onze formules van de Eeuwige Wezen loven zouden.
zalige engelen of zalige martelaren
heilige Drievoudigheid het
Dit is er mee als met drinkwater uit een genezende bron. Uit die bron hebben de kranken eerst zonder nader onderzoek het water gedronken, en het heeft hun gesmaakt, en het heeft hun goed gedaan. Maar sinds rees er bedenking. De bron wierd verdacht gemaakt. De wateren dezer fontein zouden niet zoo deugdelijk zijn als men zich had ingebeeld. Zie daar ginder groef of boorde men een andere bron, en de wateren van die bron waren, naar men voorgaf, veel beter. En nu gaat men natuurlijk onderzoeken. Nu komt de scheikundige en schift. En zoo komt men er toe om deze wateren te gaan ontleden, om de bestanddeelen er van vast te stellen, en om de formule te vinden die juist het gehalte van dit water uitdrukt. En als dan straks de tegenstander weer opdaagt, dan verslaat men hem, niet door hem water te laten drinken, want dat weigert hij, maar door deze juistere formule. Zoodra daarentegen deze strijd afliep, en een ieder het water weer vertrouwt, dan hecht niemand meer aan de formule, maar drinkt ieder er gerust van, en is alle vreeze weg.
En zoo nu ook verging
het
springader des eeuwigen levens.
met de Fontein
Ook
aller
goeden en met de
over die bron heeft
men
eerst niet
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892
Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892
Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's