E voto Dordraceno - pagina 111
ZONDAG chismus eerst
in
VI.
HOOFDSTUK
99
I.
Vraag 18 en volgende. Voorshands echter wordt
er
nog
niet over gesproi<en, hoe de Middelaar was, maar nog altijd over de vraag,
En wel
moest
hoe
hij
wij,
zondaren, goed mochten vinden vast
zijn moest.
zijn
naar bedingen of conditiën, die
niet
maar overeenkomstig
te stellen,
de onomstootelijke vastigheden van Gods heilig recht en de even vaste,
daarop gefundeerde wetten, die heerschen in zijn rijk der genade. Want wel is de vleeschwording een gansch ondoorgrondelijk mysterie, maar in anderen zin dan dit niet 'zelden wordt opgevat. Sommigen toch verstaan hier onder een mysterie een hun geheel vreemde en ganschelijk in
hun bewustzijn
niet
indringende zaak. Vandaar dat ze
bij
zulk een
mysterie dan ook maar ganschelijk niet nadenken. Het buiten zich laten liggen.
voor
Er zelven buiten
allerlei
blijven.
En
juist
daardoor zoo ontvankelijk
zijn
gevaarlijke ketterij.
Doch alzoo
niet. Vooreerst niet, omdat ze met de wijsheid Gods, en om die reden met de door Gods wijsheid gestelde ordeningen. Maar ook ten tweede, omdat de Heere zelf ze in zijn Woord ons ontsloten en ver-
alle
in
zijn
de goddelijke mysteriën
volmaakte overeenstemming
zijn
klaard heeft.
Ondoorgrondelijk en onnaspeurlijk
hoe
God
Drieëenig de zaak die
maar de vraag waarom
in
blijft
het en zal het eeuwig blijven,
deze mysteriën
ligt,
tot
stand brengt,
ze zóó en niet anders tot stand moesten gebracht
worden, kan bijna altoos beantwoord.
Zonder dat zou
ook geen godgeleerdheid, zou er geen godsdienstig onderricht en zelfs geen godvruchtig nadenken kunnen bestaan, en de heerlijke gave van ons bewustzijn en de nog heerlijker gave der verlichting zoudt ge moeten wegnemen uit uw Christelijk geloof. er
Vandaar dat de Catechismus,
die deze treffende
gave
eert en waardeert,
waarom? voor den dag komt. Overvroomheid zegt: ,,Dat mag een mensch niet vragen!"; maar echte vroomheid blijft dat heilig „waarom" op ieders ziel werpen, zoo dikwijls God zelf ons het antwoord op dat „waarom" gegeven heeft. En dit waarom" is hier nu tweeledig. Waarom moet zulk een persoon
hier
zoo
stellig
met
zijn
,,
die ons verlossen zal, een waarachtig en rechtvaardig
waarom moest
hij
tevens waarachtig
God
zijn?
De
mensch wezen; en
vraag, die toen heel
den stroom der beweeglijke mystiek dreigde weg te zinken, door Anselmus met Christelijke veerkracht onder de half ontChristus'
kerk
in
Waarom belijders was geworpen, zijn Cur Deus homo? d. i.: moest God mensch worden?" is door deze dubbele vraag van den Catechismus in gesplitsten vorm herhaald. Maar herhaald met schier nog
zenuwde
heiliger
,,
ernst,
v/ant het „moeten"
spreekt de Catechismus even beslist
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892
Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's
![E voto Dordraceno - pagina 111](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/abraham-kuyper-collection/e-voto-dordraceno/1892/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892
Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's