Sociale hervormingen - pagina 172

l62

de hiervorenbedoelde som van f30 wordt dus f7,50 in het invaen ouderdomsfonds gestort en f 2 2,50 aan den verzekerde uitgekeerd verder wordt aan ongevallenrente f 1 80, aan invaliditeits- of ouderdomsrente f75 uitgekeerd. De laatste zinsnede van het vierde hd ziet op gevallen als het volgende. Den trekker eener invaliditeits- of ouderdomsrente van f 1 20 overkomt een bedrijfsongeval, waartegen hij verzekerd is. Hij krijgt geen tijdelijke uitkeering als bedoeld in art. 20 der Ongevallenwet igoi maar na 3 maanden wordt hem een ongevallenrente ten bedrage van f90 toegekend, te rekenen van den dag na het ongeval, zoodat hem over den tijd voorafgaande aan de toekenning V^ van f90, d. i. f22,50 uit het ongevallenfonds toekomt. Ware de ongevallenrente hem uitbetaald van den dag af, waarop zij ingaat, dan zou op de invaliditeits- of ouderdomsrente zijn ingehouden het bedrag, waarmede de ongevallenrente het bedrag van f 60 overtreft, d. i. f 40, zoodat hem rente zou zijn uitgekeerd naar reden van f80, in plaats van naar reden van f120 per jaar. Over die 3 maanden ontving hij dus f 30 in plaats van f 20 invaliditeits-of ouderdomsrente. De te veel betaalde f 10 worden dus van de f22,50 afgehouden en in het invaliditeits- en ouderdomsfonds gestort; de overblijvende f 12,50 worden aan den verzekerde uitgekeerd. In de volgende gevallen heeft storting uit het invaliditeitsen ouderdomsfonds in het ongevallenfonds plaats (laatste lid). Een verzekerde heeft een invaliditeits- of ouderdomsrente van f150 en een ongevallenrente van f200; op de eerstgenoemde rente wordt dus f75 ingehouden. Later blijkt dat het ongeval, ter zake waarvan f 200 ongevallenrente aan den getroffene werd toegekend, aan diens dronkenschap te wijten is. Ingevolge art. 70 j''. art. 28, tweede lid der Ongevallenwet 1901 wordt de ongevallenrente verminderd tot f 100, Ware zij van den aanvang af op f 100 bepaald, dan zou op de invaliditeits- of ouderdomsrente ingehouden zijn, niet f75, maar f50; aan den verzekerde zou dus aan invaliditeits- of ouderdomsrente uitgekeerd zijn f 100 in plaats van f75 per jaar. Het verschil, ten bedrage van f 25 per jaar, wordt uit het invaliditeits- en ouderdomsfonds in het ongevallenfonds gestort. De door de Rijksverzekeringsbank toegekende ongevallenrente van f 200 kan ook op het door den werkgever in den zin der Ongevallenwet igoi krachtens art. 79 dier wet ingesteld beroep aan den getroffene ontzegd worden. Ingevolge het eerste lid van art. 76 dier wet is zij inmiddels uitbetaald. Wordt nu de rente ontzegd, nadat zij over een jaar is uitbetaald, dan is over dat jaar aan invaliditeits- of ouderdomsrente f75 betaald, terwijl de volle f150 zouden zijn betaald, indien de ongevallenrente dadelijk ware ontzegd. De uitbetaalde termijnen der ongevallenrente worden ingevolge art. 76, laatste lid der Ongevallenwet 1901 niet van den verzekerde teruggevorderd. Er bestaat echter geen liditeits-

;

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen