Dictaten dogmatiek. Locus de Providentia, Peccato, Foedere, Christo - pagina 119
college-dictaat van een der studenten
§
De Providenüa
4.
ad creaüonem
relata
il9
rationaleni.
en lucht op, groeit, heeft tijden van verzwai<king en opbloeiing van het leven, plant
ook
dan
Op
hetgeen
dingen
niet
van de
de plant geschiedt het sine
mensch ding
weer het denken, vandaar lubentia
We
gevoelen
zonder dat Ontstaat
en
van
van
D
dat
C
bij
Hiermee
zijn
we
Achter het willen
zit
hipyax
zijn actie
de
die actie zijn kan,
in
eerst
door de cogitatio
de causa sec, dan kan er nooit een retorqueering
in
op God plaats hebben. en
er echter
nog
genomen moest worden
A
niet bij
C op
ethische schuld kan overgaan van
tisch
de
daad aan God toegeschreven mag worden.
die
mensch
den
alleen
bij
alleen die modaliteit, die het willen.
immers het ethische karakter van een daad
schuld
Daarom
wordt,
causa prima (B) met
als
ondersteunen, met Zijn
van
slechte
van het subject
vol.
geven,
mensch
het
zelf subject
hij
den mensch
bij
subject.
rationalis.
daarom God
hoe
nu,
den
van
actie
maar
zelf zit
eraan geeft door denken en
c.s.
hij
zichzelf beteekent het geheele ethische karakter der
het
in
acties, wijl
vol.,
wordt
die functies vW/ uitvoeren,
den
bij
plant alleen functies.
subject
bij
mensch
Wijl de
vol.
het
zijn
Echter
zich voort.
cum.
een
duidelijk aan te
we
dat nooit een
B.
Indien de vol. van den
niet.
als
Door
komt, begrijpen
mensch atomis-
buiten verband met zijn
geïsoleerde,
persoon
staande, in de lucht hangende beslissing, dan zou de actio zelf door
die
gewijzigd worden, dan zou die causa sec. reageeren tegen de causa
vol.
pr. en we zouden we den menschel.
Wanneer nemen als een afzondert, locomotor, die naar willekeur aan de actie kan worden aangespannen of afgedaan, zoodat die wil iets is, waardoor de mensch als een rad kan draaien, zooals hij wil dan zou de vol. des menschen een verandering in de actie zelf brengen dan zou deze botsing krijgen tusschen de actio Dei en hominis.
wil
;
;
daardoor een
niet
wijziging
tusschen de
c.
niets wijzigt in
de modaliteit van het ethische krijgen, dan zou
alleen
aanbrengen en de
sec.
de
en pr.
c.
actie, alleen
voor zich er aan kleven doet.
daad de c.
pr.
actie
zelf
is
dus
:
is
zijn
terugwerken
Was
het den
dan zou
als c.
s.
de mensch zijn
wils-
reageeren tegen de
tusschen den mensch en God.
het willen van den
van een rad, waarover hij de
in ^4
dat de volitio of voluntas
subj. kwalit. die
mensch mogelijk door hij
C
en alzoo conflict ontstaan
Daarom zeiden we, wordt gewijzigd de
veranderen,
te
en er dus conflict
De vraag
B
op
vrije
mensch een naar willekeur bewegen
beschikking heeft, zoodat
hij het
kan aanbrengen
of aanhouden aan een actie en aldus de actie zelf veranderen, of is de vol. organisch met het geheele wezen van den mensch samenhangend ? Daartoe behoeft
men den handelenden persoon
in
Staat het met den wil aldus, dat de
de ervaring. Dan zou er
in
zijn
opgroeien en leven maar na
mensch zus
of
te
gaan.
zóó kan doen ? Neen, zegt
den mensch geen continuïteit van karakter bestaan.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 1028 Pagina's
![Dictaten dogmatiek. Locus de Providentia, Peccato, Foedere, Christo - pagina 119](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/abraham-kuyper-collection/dictaten-dogmatiek-locus-de-providentia-peccato-foedere-christo/1910/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 1028 Pagina's