Zions roem en sterkte - pagina 39

!

!

VAN DES MENSCHEN VERLOSSING.

31

11. Dit was hun 18. 1 Kron. 17 eigen naam van zaad, Gen. 22 56. Abraham, uw vader heeft met tot blijdschap in God, Joh. 8 verheuging verlangd opdat hij Mijnen dag zien zou en hij heeft hem gezien, en is verblijd geweest. 3. Joden en Heidenen raakte deze belofte, want het zaad der vrouw was de hope der stammen Israëls, Hand. 26 7. en telkens een licht 1. Hierom sprak de engel in de velden van der Heidenen, Jes. 60 Bethlehem, Luc. 2 10, 11. Ziet, ik verkondig u groote blijdschap, die allen volke wezen zal namelijk dat u heden geboren is de Zaligm.aker, welke is de Christus, de Heere in de stad Davids. Vraag. In wat staat waren Adam en Eva toen zij deze belofte :

:

:

:

:

:

:

:

hoorden ? Anfw. 1. Zij waren toen in een staat van ellende als zondaren, die Gods verbond verbroken en zichzelve geheel ellendig gemaakt 1. hadden, dood door zonden en misdaden, Ef. 2 Groote zondaren waren ze Adams zonde was geene geringe 2. maar daarin lag hoovaardij, ongehoorzaamheid, en gemeene zonde ongeloof aan Gods bedreiging, geloof aan den duivel boven God, gulzigheid, ondankbaarheid, en vele andere zonden meer. Zij toch moesten roepen de kroon onzes hoofds is afgevallen o wee nu onzer, 16. dat wij zoo gezondigd hebben Klaagl. 5 Auteurs waren ze van alle volgende zondaren, die de gansche 3. wereld onder de schuld der verdoemenis gebracht hebben, Rom. 5: 18. Door eene misdaad is de schuld over alle menschen tot verdoemenis. 4. Verwezen zondaren over wie de sententie des doods was uit17. Ten dage als gij daarvan eet, zult gij den gesproken. Gen. 2 :

:

;

:

;

:

!

:

dood sterven

Benauwde en verlegene zondaren waren ze. Adam durfde voor verschijnen, maar liep weg; hij was als wanhopende over

5.

God

niet

Gods gunst; en vond geen troost, dan dit ellendige, wat te schuilen onder de bladeren der boomen en daar was hij nog niet veilig. Gen. 3. Onbekeerde zondaren waren ze nog op dezen tijd Adam kwam 6. wel tot God, doch viel niet op de knieën biddende om genade, maar :

tegendeel, hij zocht uitvluchten, legde de schuld op zijne vrouw, en bekeef God, die hem de vrouw gegeven had. O wonder van genade, dat God aan zulken zijn zoon tot een Middelaar en Verlosser geeft dat zij die op het punt stonden, om eeuwig verstooten te worden, de eerste blijmare van genade en zaligheid hooren in

;

Wat dunkt

u van die belofte ? eene ruime belofte. Zij is de ziel des Evangelies zij behelst de leer van het verbond der genade, begrepen in de boeken des O. en N. Testaments.

Vraag. Antw.

1.

Het

is

;

Vraag. Hoe betoogt gij dit ? Antw. In deze belofte liggen al deze volgende waarheden. 1. Dat de mensch van nature een vijand Gods, en een vriend des duivels is. 2. Dat het vrouwenzaad vrienden Gods worden, niet door hun eigen kracht, maar door Gods kracht, alzoo Hij de vijandschap stelt. 3. Dat de onbekeerden uit hun natuur gewillig het slangenzaad zijn maar de bekeerden door Gods wil •

.

.

:

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen