Leven en arbeid van Dr. A. Kuyper - pagina 164
Thorbecke Dr.
KUYPER ALS STAATSMAN.
DR.
142
Kuyp
geleden,
bij
om
teruggaan,
in
dit
opzicht een voorlooper van
Thorbecke
e r te vinden. Mr.
verklaarde een 75 jaar
gelegenheid van zijn voorstel tot afschaffing der vleesch-
jammer dat het niet werd aangenomen) „de Middenstand, ware bolwerk tegen een overhand toenemende armoede. Zoo
accijns (hoe is
het
:
wij dat gedeelte des volks bevestigen; zoo wij beletten dat er
geen
inbreuk op worde gemaakt door de laagste klassen der armen,
door opneming
zal het allengs
in
zich,
nauwe
die klassen binnen
grenzen brengen, die zich van hare zijde uitbreidende, een kanker
wordt der maatschappij".
Doch de middenstand werd door de opvolgende regeeringen over het hoofd gezien. Toen een Staatscommissie benoemd werd voor den handeldrijvenden en industrieelen middenstand, hebben velen niet be-
grepen wat eigenlijk die stand
is.
Sommigen denken
bij
woord
dat
aan de gegoede burgerij, anderen aan den winkelstand. Thorbecke heeft de grenzen naar beneden
scherp als
dit in
van
die klassen aangegeven, zoo
een land, waarin geen eigenlijk geregelde klassen
of standen bestaan, mogelijk
lede door arbeid en
vlijt,
is.
Die grens
ligt
zóó laag dat van liever-
de laagste klasse der armen, er
in
kan op-
genomen worden. Neem die treden weg en aan de armen is alle kans ontnomen om hooger op te komen. Het behoud van dien stand is daarom niet enkel een belang voor een bepaalde klasse van menschen. Daarom is het behoud van dien stand een Staatsbelang. Vorige regeeringen zagen dit over het hoofd omdat de arbeidersquaestie niet genoeg uit Nederlandsch oogpunt is bezien. De hervormers beoordeelden onze toestanden naar die in Duitschland en Engeland, en zagen niet in dat de groot-industrie in ons land zich niet krachtig heeft ontwikkeld
weegt. Het eerste wat
noodig
is,
n.1.
de arbeiders op
om
te heffen,
middenstander, die die
en de kleine nijverheid
in zich
bij
ons over-
beoordeeling van arbeiderstoestanden
eene beroepstelling heeft hier
gehad. Het denkbeeld
en
tot
te
lande geen plaats
door den middenstand als tusschentrap
kwam
niet op.
De
kleine kapitalist, de
vereenigt den arbeider en den kapitalist,
werkt èn met de handen èn met het hoofd, die kapitaal waagt lijf; de kleine timmerman, de kleine smid, de kleine bakker, met
die allen
dogma
werd haast
stelt,
niet
gerekend
—
denkelijk,
omdat men
als
een
dat de middenstand toch ten slotte voor naamlooze
vennootschappen met groote kapitalen zal moeten verdwijnen.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1919
Abraham Kuyper Collection | 362 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1919
Abraham Kuyper Collection | 362 Pagina's