GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Bijzondere chemie?! - pagina 253

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Bijzondere chemie?! - pagina 253

75 jaar scheikunde aan de Vrije Universiteit

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

DE

DE

INSTRUMENTMAKERIJ

INSTRUMENTMAKERIJ

Al snel na de oprichting van de Faculteit Wis- en Natuurkunde kwam er een technische dienst, die in eerste instantie alleen bemand werd door C. E. Mooij. Hij was zowel glasblazer, elektricien als instrumentmaker. Naarmate het onderzoek van de faculteit groeide, werd ook de technische dienst groter en ontstond er een instrumentmakerij. De instrumentmakerij verrichtte werkzaamheden voor natuurkunde, scheikunde en later ook voor biologie. De werkplaats bevond zich op de begane grond van het gebouw aan de De Lairessestraat en was voorzien van een, voor die tijd, moderne inrichting. De instrumentmakers ontwikkelden zeer precieze apparatuur voor het verbrandingswarmteonderzoek van Coops. In de instrumentmakerij waren ook diverse leerjongens werkzaam. Zij konden met hun LTS-diploma op jonge leeftijd tegen een kleine vergoeding in de instrumentmakerij aan de slag. De leerjongens werden aangezet tot verdere studie en gingen in de avonduren en op zaterdag naar school, om zo na enkele jaren een mts- of zelfs HTS-diploma te behalen. Aangezien er geen onderhoudsdienst was voor het gebouw werden veel reparaties en onderhoudswerkzaamheden door de instrumentmakerij verricht, waaronder het ontstoppen van toiletten, het onderhoud van de lift en het verzorgen van gascilinders. Ook moesten de leerjongens van de instrumentmakerij de vuilnis van het gehele laboratorium buitenzetten. Nieuw personeel van de instrumentmakerij werd traditiegetrouw van het kastje naar de muur gestuurd, om de 'kopermagneet', de 'kwikmagneet', het glazen hamertje (om onder de kraan glas mee te repareren) of het 'belazerietpoeder' te halen. Ook een doop behoorde tot de rituelen: de 'nieuwe' werd in het water van de Jan van Goyenkade gegooid. Omdat natuurlijk niet iedereen gewillig meeging, waren de uitvoerders vaak nog natter dan de dopeling. Op initiatief van Coops werd in 1951 een aparte instrumentmakerij voor scheikunde ingericht. De instrumentmakerij scheikunde, onder leiding van A. S. Schüller, verhuisde naar de vierde verdieping van het laboratorium. Onder zijn leiding groeide de instrumentmakerij uit tot een zeer hoogwaardige ondersteuning van het scheikundeonderwijs en -onderzoek. De omvang van het personeelsbestand van de instrumentmakerij hield verband met het aantal medewerkers en studenten in de subfaculteit. Op het hoogtepunt van de Subfaculteit Scheikunde

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 301 Pagina's

Bijzondere chemie?! - pagina 253

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 301 Pagina's