GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Een buitengewone plek voor bijzondere kinderen - pagina 63

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een buitengewone plek voor bijzondere kinderen - pagina 63

Driekwart eeuw kinderstudies in het Peadologisch Instituut te Amsterdam (1931-2006)

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

ontstaan van het pi in amsterdam

62

bleemoplossend vermogen, reactievermogen, concentratie, waarneming en het doorzien van structuren. Daarvoor ontwikkelde men op het laboratorium testmateriaal. Daarbij baseerde Waterink zich deels op het werk van onder andere J. Piaget, W. Stern, H. Weber, G. Bauer, W. Beltz en Ph. Kohnstamm, maar daarmee ging hij op een heel eigen wijze om.35 Hij publiceerde daarover in vakbladen en hield er lezingen over. Hij beschreef bijvoorbeeld samen met de geneesheer-directeur Vedder enkele gevallen van kinderen die van de ene op de andere dag hun spraak verloren. Zij confronteerden hun bevindingen met wat in het buitenland over deze problematiek was geschreven.36 Dit artikel is ook in het Frans en Duits vertaald. Wanneer werd een kind opgenomen in het instituut? Allereerst was er een opnameplicht voor kinderen van instellingen van ’s Heeren Loo. Anders dan de oorspronkelijke bedoeling werden kinderen uit deze instelling niet voor opname ter observatie gezonden, maar waren ze al opgenomen aldaar. Doorgaans gingen kinderen bij ontslag terug naar de plek waar ze vandaan kwamen, zo blijkt uit het mutatieboek. Niettemin hield Waterink in jaarverslagen de indruk hoog, dat kinderen ter observatie kwamen om te bepalen waar ze het beste thuishoorden. Die opnameplicht gold ook voor kinderen die door de kinderrechter waren geplaatst. In 1934 werden de eerste zogenaamde regeringspupillen opgenomen. Op grond van onderzoek kon Waterink adviseren wat er met het kind moest gebeuren en voor welke instelling het eventueel geschikt was. De vrije pupillen kwamen op initiatief van de ouders, die daartoe soms waren aangespoord door een huisarts of onderwijzer. Waterink hield voor hen op de dinsdagmiddag en vrijdagmiddag spreekuur. Ouders waren vaak op het spoor van het Paedologisch Instituut gekomen door Waterinks maandblad Moeder (19341961) en de daarin opgenomen correspondentierubriek ‘Vragen van moeders’. Die bevatte brieven van ouders over hun moeilijke kind en het antwoord daarop van Waterink. Soms adviseerde hij ouders met hun kind op zijn spreekuur te komen. Hij luisterde dan naar het verhaal van de ouders, terwijl hij ondertussen de interactie tussen ouder en kind observeerde. Op grond van dit gesprek bepaalde hij of het nodig was dat het kind opgenomen zou moeten worden. Meestal kon behandeling bestaan uit adviezen aan ouders en de school. Waterink nam dan contact op met de school van het kind. Kon hij op grond van de eerste indrukken en het verhaal van de ouders niet direct bepalen

Een buitengewone plek; Perfect Service; pag 62 2e proef

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 2006

Historische Reeks | 247 Pagina's

Een buitengewone plek voor bijzondere kinderen - pagina 63

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 2006

Historische Reeks | 247 Pagina's