Drie-en-twintigste Jaarverslag van de Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerde Grondslag - pagina 19
XIX
» 5 . de benoeming en instructie van eene commissie, die toezicht houdt op het geldelijk beheer, de jaarlijksche rekening en verantwoording van het bestuur naziet en beoordeelt, en van hare bevind i n g verslag doet i n de gewone jaarvergadering, aan wier goedkeuring die rekening en verantwoording onderworpen i s ; »6. de beslissing over voorstellen van het bestuur tot het aangaan van eene overeenkomst, als i n art. 3 [van de Statuten] bedoeld is, en voorts over alle voorstellen tot verandering i n de statuten of tot ontb i n d i n g van de Vereeniging, met i n a c h t n e m i n g van hetgeen te dien aanzien bepaald is i n art. 10, art. 11 en art. 12 [van de S t a t u t e n ] ; »en 7. het geven van c o n s i d e r a t i ë n en advies over alle andere zaken, die door het bestuur, of met vergunning van de vergadering, worden ter sprake gebracht." ART.
10.
De orde van werkzaamheden wordt voor elke vergadering door het bestuur der Vereeniging vastgesteld; behoudens het recht der vergader i n g zelve, om door aanneming eener voorgestelde motie van orde daarin wijziging aan te brengen. N a afloop der werkzaamheden zal telkens aan de leden der vergader i n g nog gelegenheid gegeven worden tot het vragen van i n l i c h t i n g e n , het m a k e n van opmerkingen en het doen van voorstellen; alles voor zooveel het zaken betreft, die door of i n de algemeene vergadering mogen worden behandeld of ter sprake gebracht.
ART.
11.
H e t jaarverslag loopt over het laatstverloopen burgerlijk jaar. Bij de behandeling daarvan k a n i n elke jaarvergadering, tot handhaving van het i n art. 2 van de Statuten der Vereeniging uitgesproken beginsel, besloten worden tot het benoemen eener commissie van e n q u ê t e , indien een daartoe strekkend voorstel door minstens t w a a l f leden der vergadering wordt gedaan, met schriftelijke en nauwkeurige opgave van de zaak waarover onderzoek verlangd wordt. Zoodanige commissie bestaat uit negen leden, waarvan twee door het bestuur der Vereeniging en twee door de curatoren van de scholen der Vereeniging uit hun midden benoemd worden, en de overige vijf gekozen worden door de vergadering zelve u i t de leden of begunstigers der Vereeniging, welke door eene i n l i c h t i n g voor Hooger Onderwijs gegradueerd zijn en l i d zijn van eene kerk, behoorende tot het k e r k verband der Gereformeerde K e r k e n i n Nederland. Voor de laatstbedoelde benoeming doen de voorstellers der e n q u ê t e eene voordracht v a n vijf personen, die echter door de vergadering, op voorstel van é é n of meer harer leden, k a n worden uitgebreid. A l l e i n l i c h t i n g e n , die aan deze commissie noodig of wenschelijk voorkomen, worden haar door directeuren, curatoren en hoogleeraren
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1903
Jaarboeken | 232 Pagina's