Jaarboek 1925 - pagina 69

72

het.Schriftwoord, dat de gedachtenis des rechtvaardigen tot zegening zal zijn. Bij de gewone jaarlijksche wisseling in het College van Directeuren werd ditmaal de plaats van den Heer Joh. Krap ingenomen door den Heer Tijo H. van Eeghen. Twee goede hebenden, van welke we slechts ongaarne den een missen ter wille van den ander. Twee namen, ons zoozeer vertrouwd, dat we bijna het afscheid en het welkom zouden vergeten. Want feitelijk rekenen we hen altoos meê, ook al is een van beiden momentaan afgetreden. Ik roep dan ook van gaxischer harte den Heer Van Eeghen toe : „Welkom thuis !" En den Heer Krap : „Voorspoedige terugkeer !" Maar niet alleen van de gewone jaarlijksche wisseling valt ditmaal melding te maken. In den loop van dit academiejaar werd het aantal Directeuren uitgebreid van vijf tot zeven. Als zesde Directeur trad op de Heer G. Wolzak Hz., die reeds eenigen tijd als plaatsvervangend Directeur had gefungeerd. En als zevende Mr. G. H. A. Grosheide, wiens arbeid voor onze Hoogeschool in het Amsterdamsche Locaal Comité we dankbaar herdenken. We twijfelen niet, of de notarieele nauwkeurigheid van den een en de juridische scherpzinnigheid van den ander zullen aan ,onze Hoogeschool ten goede komen. Aan beiden roepen we een oprecht „Welkom" toe. In het College van Curatoren ontstond eene ledige plaats. Dr. D. Schermers zag zich door gezondheidsredenen genoopt ontslag te nemen. We zien hemi noode gaan, den man wiens vriendelijk oog altoos van toewijding en trouw getuigde. Moge Gods gunst hem bestralen op zijn verder levenspad. En worde ons weldra de man geschonken, die zijne plaats op waardige wijze inneemt. De Commissie van Toezicht, benoemd volgens Art. 201 der H.O.W., behoort weliswaar niet tot de bestuurscolleges onzer Hoogeschool. Maar door jarenlange aangename samenwerking zijn we haar toch feitelijk als een integreerend deel van onze organisatie gaan beschouwen. En het heeft ook ons verblijd, dat een harer leden, Mr. R. H. A. M. Romme, benoemd werd tot lid van den Raad van State. Namens den Senaat is aan den Heer Romme een schriftelijke gelukwensch gezonden. Een gelukwensch, dien ik gaarne op dit oogenblik accentueer. Onze Theologische Faculteit staat niet onder toezicht van de Commissie volgens Art. 201. Aan haar wordt bijzondere aandacht gewijd door „Deputaten voor de oefening van het verband tusschen de Gereformeerde Kerken in Nederland en de Theol. Faculteit der Vrije Universiteit". Gedurende den loop van het academiejaar kwam in de samenstelling van dit college geene verandering. Komende tot den kring der hoogleeraren constateer ik allereerst met vreugde, dat de ledige plaats van onzen onvergetelijken Dr. J. Woltjer eindelijk werd vervuld. Bijna zeven jaar na het verscheiden van den Nestor onzer Literarische Faculteit trad als hoogleeraar op Dr. H. J.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen