Jaarboek 1929 - pagina 71

69 gaarsche gebieden, daarvan door den vrede van Trianon tijdelijik afgevscheurd, waar hiji een aantal voordrachten hield. De wetensohapipelijke samenkomst in Juli 1.1., waar mijn ambtgenoot Pos leen onderwerp uit de algemeene taalwetenschap behandelde en Mr. A. J. L. van Beeck Galkoen, als oud-leerling der Universiteit, eenige gedachten over armenzorg in het debat bracht. Tenslotte nog de p'ublieke senaatsvergadering op den stiohtingsdag onzer Universiteit, waar een oratie over de Idee van den vooruitgang, een verklaring trachtte te geven van de ongegrondheid zoowel als van de onuitroeibaarheid dezer idee. Ik keer tot onze interne aangelegenheden terug. Laat het zijn via een instituut, dat min of meer een halfslachtig karakter draagt. Ik meen het instituut van den Indisohen Dag, het overblijfsel van de Indische week, die voor tal van jaren een paar keer trachtte de 'Nederlandscbe studentenwereld wat dichter bij' Indië te brengen. Uitgaand van een gemengde commissie van hoogleeraren der beide Amsterdamsche Universiteiten, heeft deze dag, idank .zij de krachtige medewerking van het Koloniaal Instituut aan de Mauritskade, zeker heel wat studenten bereikt. Naar ik hoop (zullen die biji deze gelegenheid dan ook eenigen indruk gekregen bebben van het werk der Zending en der Missie in ons tropisch Nederland.' Zooveel is zeker, dat de gelegenheid daartoe ruimschoots bestaan heeft; want ik heb danikbaar te vermelden, dat ik van mijn medeleden der 'Indische Commissie volle vrijheid kreeg, om naar mijn wensch — met hulp van eenige Protestantsohe en Roomsch-Katholieke voormannen der Zending, een paar belangwekkende uitstallia.gen te deze op touw te zetten, zooals ook in de afdeeling voor tropische geneeskunde door (Collega van Loghem een medische Zendingsfilm werd vertoond, die naar bijl miji verzekerde gelukkig ook de belangstelling, die ziji waard was, werkelijk beeft verkregen. 'Hoezeer betreurt men bijl zod'n .gelegenheid toch, dat onze Series I.ectionum nog maar altoos '— behalve een uur Elenchtiek — geen enkel college in zendingswetenscbap kan vermelden. Een voordracht van Dr. van Andel, missionair predikant te Solo op Java, met 'n kort verlof 'hier te lande, over de Conferentie te Jeruzalem, waartoe Collega Hepp het initiatief heeft genomen; en eenige zendingsactie onder de studenten, om onze bibliotheek — onder de kraichtige leiding van colle'ga Wille beizig om zich al beter van haar taak te kwijten — behoorlijk van zendingslitteratuur te voorzien: dat was alles wat in het afgeloopen jaar aan onze Hoogeschool van 'dit groote 'belang was te merken. Feitelijk voor een Universiteit als de onze een onhoudbare toestand. Mogen wij hem dan ook inderdaad niet lang meer behouden! Alvorens van de beschrijving van het academische leven af te stappen, nog een mededeeling over de vdjlze van inschrijving aan onze Universiteit, teneinde bekend te maken, 'dat daarin een belangrijke vrijiziging is aangebracht. Tot nog toe was zij op de volgende manier geregeld, 'dat slechts de namen van 'hen in het album academicum mochten worden opgenomen, die een diploma eind-examen gym'uasium

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen