Jaarboek 1974-1975 - pagina 49

op sommige punten sterker naar voren gehaald, dit alles vanuit de gedachte der universitaire gemeenschap waarin ook nadrukkelijk het technisch en administratief personeel begrepen was. Anderzijds slaagde de wet er niet in een bevredigende regeling te scheppen, eerder in onmacht dan krachtens het besef dat het universitaire organisme samengesteld en gevoelig als het was, om een gelede structuur vroeg die hier veel ginds weinig belasting verdroeg, die vrije doorstroming van levenssappen veroorloofde; met loslating van dit beeld, zij gaf vooral na amendering te sterk aan de gedachte uitdrukking als zou de voor vele staten - let op de beperking - bij uitstek gunstige democratische bestuursvorm nu ook voor universiteiten en hogescholen ideaal wezen. De democratie kent de gelijkheid van de burgers, die nagenoeg allen het kiesrecht bezitten, maar zoekt tegelijk voor een veelheid van inzichten, belangen en krachten evenwicht door bevoegdheden en taken te spreiden over tal van met wetgeving, rechtspraak, uitvoering en advies belaste instanties, en stelt tegelijk vaak bijzondere eisen van rijpheid en deskundigheid: men kan niet op zijn 18e jaar burgemeester, niet zonder behoorlijke opleiding rechter worden. Daarnaast is de openbaarheid alles behalve onbeperkt: waar zij de publieke zaak schaadt, wordt zij uitgesloten. Aan de universiteit de gelijkheid met enige achteruitzetting van de deskundigheid zwaar accent te verlenen, de inspraak-gedachte ver door te voeren, de studenten en wetenschappelijke medewerkers in vakgroepen, vakgroepsbesturen, faculteitsraden en faculteitsbesturen zo goed als in universiteitsraad en Academische Raad sterk naar voren te halen, behoeft bij de aanwezigheid van onderling vertrouwen en wil tot samenwerking nog niet zo verkeerd te werken, maar geeft niettemin soms recht tot medebeslissen aan hen wien de benodigde kennis hiertoe ontbreekt, en is in wezen niet verantwoord, daar het stemgedrag vaak met dat van een rouletteballetje vergelijkbaar is. Al heel weinig geslaagd doet aan de volledig ondemocratisch volgens de meest reactionaire ruggespraak welke zich denken laat stemmende Academische Raad. Slechts volledigheidshalve vermeld ik de omslachtigheid van het gehele systeem mede een gevolg van de commissieoverwoekering, het bedenkelijke van het hardop denken alvorens nagedacht te hebben, de kostbaarheid der te grote bestuursformaties, de kansen aan bureaucratische centrale diensten geboden. Er is nog meer reden tot klacht. Een wet kan niet alles regelen en vaak is zij te beter naar mate zij algemener is, maar juist omdat men op haar teruggrijpt om er uit te peuren aan zetels, zeggenschap en beraad zoveel als mogelijk is, moeten voor tekortkomingen worden gehouden een onvoldoende uitbouw van het beroepsrecht tegen besluiten op middenniveau, een magere regeling van de taak 47

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen