GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1959 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 175

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

140

J. P. VAN ROOIJEN

houdt niet in, dat het in elk van deze gevallen even urgent zou zijn. In het agrarische Ierland is het reeds tot een radicale oplossing gebracht door een drastische expatriëring, waardoor men zelfs met een lichte daling van het inwonertal in de loop van deze eeuw rekening houdt. Portugal en Griekenland zijn in verhouding met Nederland nog dun bevolkt; drukt men de densiteit van een bevolking uit in het aantal inwoners per vierkante kilometer landoppervlakte, dan komt men voor Portugal en Griekenland tot een dichtheid van 98 resp. 62, terwijl Nederland als het dichtst bevolkte land ter wereld in 1959 een densiteit van niet minder dan 348 heeft bereikt. Het is van groot belang om na te gaan, welke feitelijke omstandigheden in Nederland tot zulk een spectaculaire en exceptionele ontwikkeling van de bevolking hebben geleid. Teneinde hieromtrent zekerheid te verkrijgen, moeten wij de processen van geboorte en sterfte hier te lande met die in enkele naburige landen vergelijken. Wat de mortaliteit betreft is er weinig verschil te constateren, omdat overal in de westerse wereld bijna gelijktijdig, en wel omstreeks 1870, een typische daling van de sterftekansen inzette; aanvankelijk vooral op de jongere en middelbare leeftijden en naderhand ook op de hogere leeftijden. In ons land was deze teruggang wel bijzonder sterk; terwijl het sterfteniveau te onzent in het midden van de vorige eeuw nagenoeg het hoogste was, is het thans (met Noorwegen) het allerlaagste. Intussen is ook de geboortefrequentie teruggelopen, maar ten deze was er van gelijktijdigheid geen sprake. In Frankrijk is de nataliteitsdaling eigenlijk al in de tweede helft van de 18de eeuw begonnen, zodat de teruggang van de mortaliteit voor de bevolkingsontwikkeling weinig stimulansen kon geven; de bevolking van dit land is dan ook tussen 1851 en 1951 slechts met 16 % toegenomen. Met Engeland en Wales was het beter gesteld; aldaar begon het geboortecijfer pas in het midden van de vorige eeuw te verminderen, dus ongeveer gelijk met de daling van de sterfte; aldus kon de teruggang van de mortaliteit een veel duidelijker effect sorteren en wij zien dan ook, dat het inwonertal van Engeland en Wales tussen 1851 en 1951 met 144 % is gestegen. Tenslotte Nederland, alwaar de teruggang van de geboortefrequentie eigenlijk pas omstreeks 1900 merkbaar werd, terwijl de daling bovendien in verhouding met het buitenland beperkt bleef. De buitengewone daling van de sterfte hier te lande kon deswege het inwonertal met een verrassende snelheid opvoeren en het is tussen 1851 en 1951

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1959

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 295 Pagina's

1959 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 175

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1959

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 295 Pagina's