GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1963 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 119

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

HET „KWAAD" IN DE SCHEPPING *) door P. G. Smelik Limericks plegen doorgaans enigszins luchtig van aard te zijn. Ik wil U een limerick voordragen die echter nogal serieus bedoeld is: God's plan made a hopeful beginning, But Man spoiled his chances by sinning. We trust that the story Will end in God's glory. But, at present, the other side's winning. The other side is vanning, dat is wat het oog op het ogenblik ziet. Een wereld die zucht en als in barensnood is. En hoe was het begin? In het eerste hoofdstuk van het eerste Bijbelboek wordt ons geopenbaard dat God een goede wereld schiep: „En God zag alles wat Hij gemaakt had, en zie, het was zeer goed'. Wat is goed, en wat is kwaad? Wat kan een bioloog, als bioloog, zeggen over goed en kwaad? Bitter weinig, om niet te zeggen: niets. Maar de bioloog, evenals de theoloog, is allereerst en ook tenslotte mens. En als mens tegenover zijn God onderworpen aan datgene wat als gezaghebbende openbaring Gods tot hem komt. De wetenschapsbeoefenaar komt pas tot zijn wetenschap van uit zijn totale mens-zijn, en God openbaart hem de horizon, de kaders waarbinnen zijn denken behoort geplaatst te zijn. „Behoort" - dat wijst naar een norm. Wanneer ons gemeenschappelijk geloofsvooroordeel is dat Gods Woord van begin tot eind normatief is voor ons gehele leven, dan geldt dat ook voor de uitspraak: „en zie, het was zeer goed". Dat betekent dat wij dus die schepping voor goed hebben te houden, dat we hebben uit te gaan van het feit van de goede schepping. Een bitter raadsel? Misschien. Of is niet veeleer de zonde het bittere raadsel? Maar wat betekent dit „goed"? Geeft de verkondiging van de goede schepping ons niet primair de troostende zekerheid dat wij leven in het huis dat onze hemelse Vader voor ons leefbaar heeft ingericht, waarin wij eerst Zijn Hefde en *) Voordracht gehouden op de landdag vEin de Christelijke Vereniging van Natuur- en Geneeskundigen op 20 april 1963. Dr. H. M. Kuitert behandelde daarna hetzelfde onderwerp van theologische zijde.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1963

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 322 Pagina's

1963 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 119

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1963

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 322 Pagina's