Pionieren toen en nu. De geschiedenis van het Paedologische Institutuut in Amsterdam 1931-1989. - pagina 63
De geschiedenis van het Paedologische Instituut in Amsterdam 1931-1989
Nu de kliniek binnen de geestelijke gezondheidszorg een
duidelijke plaats had gekregen, bleef er voor het p.i. nog
een wens over. Het Ambulatorium werd nog altijd via de
bijdrage van de v.u. betaald en had nog geen functie bin-
nen de geestelijke gezondheidszorg. Na veel overleg met
het Ministerie van w . v . c . lukte het het P.i. ook dit laatste
hulpverleningsonderdeel erkend te krijgen en wel als poli-
kliniek (I-I-I985). Tegelijkertijd werd de relatie met de
v.u. herzien. De bijdrage voor de hulpverlening wordt ge-
leidelijk afgebouwd en hiervoor in de plaats worden de on-
derzoeksactiviteiten van het instituut structureel onder-
bouwd. Met deze erkenning vielen de financieringsstructu-
ren uiteindelijk op hun plaats: de hulpverleningsactiviteiten
betaald door de ziektekostenverzekeraars, het universitair
onderwijs en de onderzoeksactiviteiten door de v.u.
Eén van de tot nu toe nog niet besproken zaken zijn de
internationale contacten van het instituut. Zoals reeds eer-
der vermeld ondervond het instituut in de beginjaren grote
internationale belangstelling. Maar ook Waterink, als hoog-
leraar aan de v.u. en als directeur van het p.i. trok de we-
reld in. Door het bestuur in staat gesteld maakte Waterink
ini932 een studiereis naar Hongarije, Oostenrijk, Zwitser-
land en Duitsland en vertrok hij met de voorzitter van het
bestuur naar Denemarken en Duitsland. Op deze reizen
komt hij tot de conclusie dat 'het Paedologisch Instituut de
best geoutilleerde aan een Universiteit verbonden instelling
in West-Europa is voor het bestuderen van de ontwikkeling
van het normale en afwijkende kind'. Dat hij niet alleen
stond in deze bewees de opmerking van Mej. Dr. N. Hoel
in het gastenboek van het P.i. bij haar bezoek in opdracht
van de Noorse regering. Zij schreef hierin: 'lm vergleich
mit England und Deutschland ist mir die Gründlichkeit
und systematisierte Arbeit aufgefallen. Bis jetzt habe ich in
Wirklichkeit in den vielen Landern wo ich gewesen bin so-
was nicht gesehen'. Daarna wordt het in de jaarverslagen
stil wat betreft de internationale contacten, wat zeker niet
uitsluit dat deze er niet waren. Zo is bekend dat Waterink
op kosten van de u. N. E. s. c. o. nog enkele studiereizen
naar de v.s. ondernam. In 1958 wordt er weer melding
gemaakt van internationaal bezoek. In dat jaar namelijk be-
61
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1989
Publicaties VU-geschiedenis | 72 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1989
Publicaties VU-geschiedenis | 72 Pagina's