Het fysiologisch labaratorium VU/VUmc - pagina 29
Feiten en gebeurtenissen 1950-2005
Wisseling van de wacht en nieuwe structuren
Wisseling van de wacht en nieuwe structuren
Prof. Hoitink komt niet meer terug en neemt in mei 1969 officieel afscheid met een
lunch en receptie op de afdeling. Het is de eerste en tegelijk de laatste keer dat hij
het nieuwe gebouw betreedt. De hoogleraarskamer met het palissander meubilair zal
leeg blijven tot een nieuwe hoogleraar is benoemd. Knoop heeft zich - gezellig - in de
kamer naast die van Brosky geïnstalleerd aan het andere eind van de gang.
Er moet een opvolger gevonden worden. In eerste instantie zoekt het faculteits-
bestuur m het land naar een fysioloog die ook op het terrein van de neurofysiologie
thuis IS, maar een geschikte kandidaat wordt met gevonden. Uiteindelijk wordt toch
A.A. Knoop benoemd, op dat moment, net 40, de jongste hoogleraar in de Faculteit. Hij
houdt zijn oratie in oktober 1969: Wat is normaaP
Hoewel Knoop over andere kwaliteiten dan Hoitink beschikt, weet hij wel wat hij
wil met het Fysiologisch Laboratorium en hij gaat voortvarend te werk m het voet-
spoor van zijn voorganger. Net als Hoitink stoort hij zich vaak aan de houding van de
centrale universitaire diensten en schrijft hij graag brieven. Daarmee treedt hij bijna
naadloos in de sporen van zijn voorganger want al vanaf eind 1964 - als hij conser-
vator IS geworden - was hij verantwoordelijk voor de interne begrotings- en perso-
neelszaken en de brieven die daarmee gepaard gingen. Wel drukt hij zich bij voorkeur
minder subtiel uit dan zijn voorganger, waarmee hij nogal eens de meningsverschillen
eerder accentueert dan oplost. Die geschillen liggen vaak, zoals bij Hoitink, op het ter-
rein van de personele zaken betreffende inpassing en bevorderingen. Als m 1965 de
door Hoitink gevraagde herbenoemingen en bevorderingen van assistenten door het
hoofd Personeelszaken aan het Faculteitsbestuur geweigerd worden, reageert Hoitink
met ingehouden woede aan het College van Directeuren t.a.v. ir CA. Doets (dd 16
sept. 1965; 3 pagina's) "Mij gewerd een afschrift van een brief....." En hij vervolgt:
"Het IS toch zo, dat de personeelsdienst (evenals andere administratieve afdelin-
gen) óók een dienende functie heeft ten aanzien van de instituten en laboratoria. De
taak van de hoofden dezer werkplaatsen, waar de eigenlijke arbeid van de universiteit
op het gebied van onderwijs en onderzoek plaats heeft, dient in de bedrijfstechnische
sfeer zoveel mogelijk te worden vergemakkelijkt, en van de personeelsdienst mag alle
medewerking worden verwacht bij opbouw en instandhouden van een behoorlijke staf.
Gaarne zouden wij zelfs initiatieven daarvoor van die zijde ontplooid zien."
Het IS deze herkenbare situatie en de hier uitgesproken irritatie daarover die ook
de volgende jaren bij Knoop steeds in soortgelijke bewoordingen zal terugkeren en die
in feite tot de dag van vandaag onveranderd is blijven voortbestaan. Ook wat Knoop
betreft zijn vele voorbeelden in de loop der jaren te noemen. Uit de begintijd van het
gebouw Van der Boechorststraat het volgende: bij de aanstelling van de eerste portiers
voor het gebouw staat Knoop erop kandidaten met goede kwaliteiten te benoemen m
schaal 3 m plaats van m de laagste rang schaal 1 zoals Personeelszaken voorschrijft.
Knoop krijgt uiteindelijk zijn zin en de faculteit krijgt uitstekende portiers. Zo laat hij
zich ook m vele andere personele zaken met door de Personeelsdienst de les lezen.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 2007
Publicaties VU-geschiedenis | 52 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 2007
Publicaties VU-geschiedenis | 52 Pagina's