GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De actie van de jonggereformeerden in Zwitserland.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De actie van de jonggereformeerden in Zwitserland.

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

I.

De generale synode van Arnhem droeg aan de door haar te benoemen deputaten onder meer ook op „zooveel mogelijk contact te zoeken on te onderhouden met vertegenwoordigers van het gerefomieerd kerkelijk leven in het buitenland, v'oorzoover nog geen „correspondentie" met bepaalde kerken kan worden 'aangegaan" (Acta, art. 5o).

Op hun eerste vergadering. Donderdag 27 November 1930, werden vier hunner aangewezen om in het bizonder deze aangelegenheid te behartigen. Dit viertal kwam direct voor de eerste maal saain bij één hunner, die tot secretaris uit hun midden werd benoemd. Het was op deze vergadering, dat aan mij werd verzocht me op de hoogte te stellen onitrent wat ik hier boven aaïigaf als titel van een reeks artikelen die daaromtrent, zoo God vvil, nader zullen inlichten. Immers ik had medegedeeld van voornemen te zijn rnijn zomervacantie door te brengen op den Hasliberg boven Meiringen in liet Bemer Oberland. Dat er zulk een actie was kon ons niet onbekend zijn. Meer dan één onder de onzen had óf hier in ons land, óf ook in Zwitserland zelf reeds kennis gemaakt met Zwitsers die vooraanstonden in deze beweging. Worden; niet in de lijst van „medewerkers in het buitenland" aan het driemaandelijksch orgaan „Antirevolutionaire Staatkimde" genoemd ds Rudolf Grob, Sudstrasse .120, Zurich en dr Oh ar les Schüle, Erlenbach (Zurich)? Verder had prof. dr H. Bouwman in „De B-azuin" reeds een en andermaal iets medegedeeld inzake eene beweging waarvan Zurich het middelpunt vormt, die veler belangstelling heeft gewekt. Toen ik dan ook eenigen tijd vertoefd had in het Evangelisches Erholungsheim te Hasliberg en den hausfather dr Rudolf Burckhardt had leeren kennen als een dichter en schiijver, heel goed bekend in Duitschland en Zwitserland,

vroeg ik hem of hij ds R. Grob van Zurich kende en mij zijn adres kon geven, daar ik dit toen niet bij me had. Dr R. Burckhardt kende hem wel, want hij voegde er onmiddellijk aan toe: die behoort tot de jonggereformeerden; doch ik merkte tevens, dat onze hausfather niet sympathiek stond tegenover hun actie, en zoo geschiedde het, dat ik verder geen navraag bij hem deed naar pfr Grob, hoewel hij bij eenige welwillendheid diens adres mij wel had kunnen geven, daar pfr Grob, ook als director van „Die Schweizerische Anstalt für Epileptische" een bekende persoonlijkheid is. Zoo informeerde ik dan niet verder hij onzen liausfather. Deze ondervinding leidde tot een voor de hand liggende conclusie: Tout comme c'hez nous. De aan mij persoonlijk nog onbekende director Grob werd me er te liever om, en de Züricher beweging bood mij reeds eenig aspect. Ik dacht: goed zoo vrienden! Wij-hebben dat ook gekend en kennen dat nog wel en pfr R. Grob had toen zelf al van de zijde van eenige Nederlanders eene voor hem zeer ontnuchterende ervaring opgedaan op „die Ausschusz-Sitzung des Internationalen Verbandes für' Innere Mission und Diakonie vom 15—19 .luni 1928 in Zurich", waarop ik later nog terug denk te komen. Er waren evenwel in Hasliberghaus gasten gelogeerd uit de stad Zurich. Dezen had ik leeren kennen als menschen die niet ganscli vreemd stonden tegenover kerkelijke en godsdienstige aangelegenheden en derhalve informeerde ik bij hen naar pfr Grob en diens juist adres. Ja, dien'naam kenden zij er wel als den naam van een degelijken predikant, doch verder konden ze me niet inlichten en zijn adres had ik nog niet. In ons heerlijk vacantieoord had ik ook kennis gemaakt met eene familie uit Lausamie. Zij zocht met ons in aanraking te komen, toen zij vernomen had, d.'at wij Nederlanders waren, en dat wel in het bizonder daar één harer intiemste kennissen en nauwe geestverwanten een Nederlander was, met wien zij veel omgang had gehad toen zij in Zurich woonde. Dankbaar dat ik in kennis kwam met een gewezen Zürichsche familie, die bizonder veel belang stelde in de dingen van Gods koninkrijk, informeerde ik direct naar pfr Grob. Ja, die kenden zij heel goed.

Zij spraken van d r Grob. Mij bleek al spoedig, dat deze dr Grob niet director R. Grob kon zijn, want deze familie behoorde niet tot de Landsiker.k, maar tot eene Vrije evangelische gemeente, welke in nauw contact staat met C h r i s! j o n a, waartoe ook de bewuste dr Grob behoorde; deze familie kende pfr R. Grob niet verder, hoewel diens naam aan haar niet geheel onbekend was. Ik had derhalve het gevraagde adres nog niet, doch had • een dubbele ervaring opgedaan, en wel deze, welke van week tot week werd versterkt, dat vele van

onze mède-gasten christenen waren, die echter de een na den ander, onverschillig of ze uit Zweden dan wel uit Zwitserland, uit Duitschland dan. wel uit Nederland kwamen, öf niet meer tot de landskerlc behoorden, óf ook geteld moesten worden onder de malcontenten die elders kerkten. De andere ervaring was even treffend en wel, dat men in Zwitserland tegenover de jonggereformeerde beweging staat zoo-als wij dat ook in ons land vooral ia vroegere jaren'bij den aanvang en het groeien onzer beweging hadden ondervonden. Daarbij kwam een derde niet minder leerrijke ondervinding. Al'heel spoedig knoopte ik eenige vriendschap aan met een schoenmaker, een interessante man, een echte dorpeling. Die man moest mij van het een en ander óp de hoogte helpen! Hij woont te Reuti, in de onmiddellijke nabijheid van twee hotels waarin zeer voel Nederlanders logeerden; het eene hotel schafte wekelijks voor een kort oponthoud op de doorreis aan talrijke groepen van leden der' Nederlandsche reisvereeniging (niet de •christelijke) logies. Mijn schoenmaker, von Wieisz en f lull, door mij steeds als graaf of als heer van Weiszenfluh, een do^rpje in de buurt, aangesproken, had nog al eens werk van deze doortrekkenden en zoo raakteii wij reeds bij een eerste bezoek aan de praat.

Hij ontving van mij de gelezen „Standaards" met de aanbeveling, daarin de gerepareerde schoenen van en aan mogelijke Nederlanders terug te bezorgen. Deze aangename man was geen Christen in den engeren zin van het woord. Hij verheelde dit ook niet. Fijnen, hadden ze achter, de elleboog, zoo beduidde liij mij met een bekende handbeweging, [k vertelde hem, dat ik er ook een van dat soort was en nog wel een fijne dominee. Dat was de aanleiding dat hij mij mededeelde zijn huis voor Augustus verhuurd te hebben, ook aan een predikant, en wel aan een der Zürichsche predikanten. Er waren wel een stuk of drie vier van de Züricher predikanten, die zornerwoningen hadden gehuurd in Reuti. Kom, daar was ik blij mee! Van één hunner zou ik het adres van pfr R. G-rob wel kunnen krijgen. Bij dezen gullen' man iaformeerde ik nu naar het een en ander op kerkelijk gebied. In de nabijheid van ons logies was des Zondagsmorgens in het schoolgebouw eène prediking geweest, wij waren onder de hoorders; het vertrek was stampvol. Hoe jammer dat de prediking niet beantwoordde aan wat mocht worden verwacht van 'n bedienaar des Woords. De predikant was een van de beide pfarrer van Meiringen. Mijn schoenmaker moest mij des Maandagsmorgens inlichten. Immers dr Rudolf Burcldiardt hield des morgens huisgodsdienstoefening; in één woord uitnemend. Naast het ...stamhuis" had hij kort geleden een tweede huis laten bouwen: het Turmhaus, daarin was de groote eetzaal. In het Turmhaus, waarvan de toren den bouwtrant droeg van den alleenstaanden toren naast het kerkgebouw van de landskerk in Meiringen, hing een klok. Die werd des Zaterdagavonds geluid als er des Zondagmorgens godsdienstoefening was in het Turmhaus, waarbij dr Burckhardt in toga den dienst leidde. Dit was alleen het geval wanneer er in het schoolhuis geen godsdienstoefening werd gehouden. Uit het feit dat officieel aan alle postkantoren en haltes van de rijkspostbussen de kerkedienst in de landskerk en in het schoolgebouw staat aangekondigd en ook hieruit, dat deze in het s t a a t s schoolhuis gehouden wordt, kan men afleiden lioe nauw de band in het kanton Bern is tusschen den staat en de kerk.

Des Maandags derhalve ging ik naar mijn vriend, eerstens om te vragen of en waar hij des Zondags gekerld; had. Zijn antwoord was teleurstellend en den waren toestand teekenend, echter wederom: als op zeer vele dorpen in ons eigen vaderland! Hij was den eenen Zondag op de Alp geweest, naar zijn vee kijken eu den anderen, den ganschen Zondag, uitgezonderd onder de maaltijden, op bed. En toch leefde ook hij op eenigen afstand met de kerk mee; en toch was ook hij een aanhanger en verdediger van de landskerk en moest niets van de fijnen hebben. Dat bleek nuj toen ik informeerde naar twee vergaderplaatsen. Eén toch passeerden wij als we gingen in de lichting van Brünig; de andere als wij naa, r Meiringen afdaalden. Die aan den weg naar Brünig in een familiehotel, dat een bescheiden en netten indruk maakte, diende den Darbisten en de andere was in een zeer bescheiden pension Daheim geheeten. Bij informatie vernam ik, dat in Daheim in de week en des Zondags samenkomsten werden gehouden in den traat van het evangelisatiewerk in ons land daar gedaan waar in de Hervormde Kerk predikanten zijn van eene richting door een deel der leden van genoemde kerkgemeenschap niet begeerd. Wij woonden zulk een samenkomst bij met geringe voldoening. Mijn schoemnaker moest niets hebben van die godsdienstoefeningen van dr BurCkhardt in het Turmhaus en al evemnin van die samenkomsten in Daheim, waarnaast zijn woning was. De dominees van Meiringen waren goede predikanten en wat moest dat fijn gedoe nu! Ik Vernam' verder, alweer net als bij ons, dat er vroeger maar één predikant in Meiringen was; — de^ menscheni van Hasliberg ressorteeren kerkelijk onder Meiringen. De afstand is heen, dat is dalend, ruim één uur; weerom, dat is klimmend langs een steil pad, door een onzer gasten genoemd „der Todtesweg", twee uur; — dat er sinds men hier op den Hasliberg die samenkomsten van verschillend karakter hield, een tweeden predikant aan Meiringen was gegeven door de landskerk. Sterk trof mij hoe we in dit bergdorp toestanden op kerkelijk gebied vinden, die zoozeer overeenkomen met hetgeen men hier en elders in ons land ontmoet. Alleen gereformeerden en vrije gereformeerde kerken treft men er niet aan, doch ik voeg er aan toe nog niet, want hetgeen in vervolgartikelen door mij' zal worden medegedeeld wijst op eene ontwaking van gereformeerd leven in het land van Bullinger, Calvijn's vriend, in het land van de eerste en tweede Helvetische Confessie, in het land van de Formula ConsënsTis, " het laatste gereformeerde belijdenisschrift in dit schoone land der Zwitsersche reformatoren.

Nu ik wist dat mijn vriend zijn woning had verhuurd aan een predikant van Zurich, ging ik op een Zaterdagavond bij dezen collega op een kort bezoek, vroeg en verkreeg van hem het adres van pfr R. Grob zonder commentaar.

Bij het afscheidnemen van den schoenmaker heb ik hem beloofd aan onze menschen mede te deelen, hoe goedkoop en hoe gaarne hij zijn woning wil verhuren aan eene Nederlandsche familie voor de zomermaanden. Ik kwijt mij hierbij van mijn belofte met eene hartelijke aanbeveling van zijn huis. Het biedt in zijn malsche Zwitsersche weide met boomen en in „lauben" 'n buitengewoon uitzicht, in ozonrijke berglucht, in één van de mooiste 'dorpen, in onmiddellijke nabijheid van het centrum van verkeer, in het Berner Oberland een haast niet te overschatten „Erholuiigsort". Wie weet of zulk eene Nederlandsche familie dezen man en zijn gezin niet ten zegen zoude kunnen wezen. De ronde, franke ferme kerel luisterde niet zonder beweging van zijn gemoed als ik hem ernstig vermaande toch eerst Gods koninkrijk te zoeken en hij zoude ervaren, dat de Heere hem verder zoude schenken wat hij en de zijnen behoeven.

» Met pfr Grob's adres in mijn zak ging ik blij naar ons heerlijk logies en den volgenden dag schreef ik een brief aan den director van de Inrichting voor vallende ziekten te Zurich^ waarin ik hem vroeg om een onderhoud, na rnij aan hem bekend gemaakt te hebben. Uit zijn prompt ingekomen antwoord bleek, dat hij mij kende; ten bewijze strekke dat hij op het station Zurich als herkenningsteeken in zijn rechterhand omhoog zou houden: „De Reformatie"! Zoo ontmoette ik hem, die de leider kan worden genoemd van de jonggereformeerde

beweging in Zwitserland. Een volgende maal vang ik bij welzijn aan met mij over den titel dezer artikelenreeks nader te

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 november 1931

De Reformatie | 8 Pagina's

De actie van de jonggereformeerden in Zwitserland.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 november 1931

De Reformatie | 8 Pagina's