GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

GRONINGER Brieven

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

GRONINGER Brieven

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Amice frater, neven

Wij zouden nog wat met elkander praten over de wereldpolitiek, en hoezeer het heden ons dan bezig moge houden, het is toch niet kwaad, ook aan verleden dagen te denken.

Ik heb daarom een dezer dagen gebruikt om de kamerdebatten nog eens na te gaan, die gehouden werden na de eerste wereldoorlog en in het bijzonder die omtrent onze aansluiting bij de volkenbond van (3enève. Zij zijn zeer leerzaam, niet het minst ook, omdat zij ons doen zien, hoever de antirevolutionaire partij in parlement en pers van de goede weg is afgedwaald.

Het meegaan met de Volkenbond was ook al een gevaarlijk compromis inzake stellingen, die niet deugden, maar men bleek de oude beproefde beginselen toen nog te kennen en bracht er een eresaluut aan, eer men er een weinig van begon af te wijken.

Thans is het hek helemaal, van de dam.

Bij deze studie nu werd ik getroffen door een voorspelling, die, toen zij werd uitgesproken, niet het minst de aandacJit trok.

Zij kwam trouwens uit de mond van een heel uitzonderlijke en ietwat malle politicus, nl. dr Van de Laar, een scribent, die een tijdschrift, de , , Klaroen", tot zijn beschikking had, en daarin van. allerlei beweerde, waarop, om een uitroep van prof. Visscher — die ook steeds een rare schaats reed — te gebruiken: Ome Jan geen cent crediet geven zou. Als prof. Visscher voor Ome Jan wou gaan spelen, dan was de belegging trouwens niet veilig, al bleek hij nog zo royaal in het begin.

Die dr Van de Laar gelukte het, door de eerste toepassing van het evenredig kiesstelsel, in de TiArcede kamer te komen.

Het was toen mogehjk, zelfs voor een heel klein groepje, een zetel te bemachtigen. En dat was stellig vrij wat „democratischer" dan de grote partijen nadien handelden, die in steeds sterkere mate trachtten de invloed van 'n opkomende kleine partij te keren. De koe vergat, dat zij kalf was geweest. Men zat er eenmaal goed en wilde er goed bhjven.

En dat zal nu nog erger worden, nu men het voor een kleine partij haast onmogelijk wil maken, haar stem in het parlement te doen horen. Dit alles onder het vertoon van de afkeer voor „versnippering van krachten", wijl thans in de politiek en ook elders de eenheid gaat vóór de waarheid.

Toen wij het districtenstelsel nog hadden en de liberalen naachtig waren, verknipte men het land zó, dat de liberalen de sterkste kansen behielden.

Thans verhoogt men de waarborgsom, wil> bepalen, dat de volle kiesdeler moet worden behaald, die allicht wel een vijftigduizend stemmen zal betekenen; en, als besloten wordt, dat het aantal kamerleden van honderd tot honderdvijftig zal klimmen, daji zullen de grote partijen deze winst geheel naar zich toe trachten te halen. De vijftig nieuwe zetels zullen dan allicht worden verdeeld onder de partijen, die reeds vertegenwoordigd zijn en dan weer naar verhouding van haar sterkte.

Voor het G.P.V. zal de strijd bij de stembus dan heel moeilijk worden, iets wat de A.R., die vergeten, dat zij eens door de overmacht en de overmoed van de liberalen uit zo goed als alle bestuurs-en vertegenwoordigende colleges zoveel mogelijk werden uitgesloten, wel aangenaam zullen vinden.

Maar hoe dit ook moge zijn, toen kon een heel klein groepje nog een stem in het kapittel verkrijgen en was het dr Van de Laar gelukt in de Tweede kamer te verschijnen. Hij verraste de nieuwe kamer reeds op de eerste of tweede dag, dat zij vergaderde, met de gloed ener grote welsprekendheid, of, wil men, woordenrijkdom. Het was als het Franse versje zegt: on entre, on crie, et c' est la vie, d.w.z.: men komt binnen en schreeuwt, ziedaar het leven. Maar het vervolg was ook zo: on crie, on sort, et c'est Ia mort: men schreeuwt, gaat heen, ziedaar de dood.

Maar dat heengaan bij de volgende stembus lag niet aan de kleine politieke partijtjes, maar aan het feit, dat men het kiesstelsel wat wijzigde, om de versnippering te keren.

Maar nu de voorspelling.

Historiei en politici en economen wagen zich nog al eens aan dat vooruitzien van hetgeen gebeuren zal.

Erg gelukkig zijn zij daarbij gemeenlijk niet.

Er is een tijd geweest, dat de historici bezig warende wetten voor de gang der geschiedenis te ontdekken.. Als zij zulke wetten hadden ontdekt, zouden zij, gelovend in de wet van oorzaak en gevolg, ook kunnen zeggen, hoe de dingen 'in de toekomst zouden lopen.

Er zijn echter voorbeelden van een wonderlijk vooruitzien.

Zo bijv. bij een Tocqueville, die, een honderd jaar geleden, zijn geweldige werk over de democratie in. Amerika schreef, en daarin voorspelde, dat in de toekomst de grote strijd der machten zou gaan tussen Rusland en de Verenigde staten.

Ook politici willen wel eens proberen vooruit te zien.. Zelfs onze Colijn onthield er zich niet altijd van in zijn menigmaal zo boeiende spontaneïteit, die ook haar bedenkelijke kant had. Maar men had bij hem voor^

dat de avond de morgen wel eens weersprak. En hij erkende ook graag zijn ongelijk, als men er hem ietwat ondeugend aan herinnerde.

Maar nu dr Van de Laar.

Het ging in de nieuwe kamer over de aansluiting bij de Volkenbond. De geestdrift was ten onzent niet groot en de debatten waren wel wat droog en zelfs, wat thans meer voorkomt, vervelend. Men durfde hier echter niet te weigeren, hoezeer toen Amerika niet meedeed. Want de Amerikaanse dollar speelde toen nog niet de rol van vandaag.

Dr van de Laar moest van de Volkenbond niet veel hebben, omdat hij van veel meer gewicht achtte, dat de West-Europese staten zich bijeen gingen voegen in krachtige federatie tegen het gevaar, dat van uit Rusland dreigde.

Daar zou, zo zei hij, het toch toe moeten komen.

Misschien was het een meer of min los daarheen geworpen gedachte, zoals die politicus er meer had, maar het is toch een feit, dat men na de mislukking van de nieuwe Volkenbond, die van San Fransisco, met nog meer hoogmoedig gepraat ontvangen dan de oude, het nu druk heeft over die West-Europese federatie, terwijl de vrees voor Rusland, of het communisme, aller hart beklemt.

Het is ook mogelijk dat dr Van de Laar, die geen kwajongen was, Tocqueville gelezen had, hoewel hij daar niet van gewaagde.

Maar nu de discussie over de Volkenbond, die door Wilson was aangeprezen, en een deel uitmaakte van het dwaze verdrag van Versailles.

Deze Volkenbond wilde de vereniging der verschillende staten tot kering van een nieuwe oorlog.

Dat men toen zei: geen oorlog meer, dit is nu de laatste geweest in de historie, was waarlijk niet nieuw.

Precies hetzelfde verzekerden de overwinnaars na de Napoleontische ellende. De Heilige Alliantie zou toen het middel zijn voor een altijd durende vrede.

En zo zou het ook zijn met de Volkenbond. Als er in later dag weer eens een misdadiger onder de volken zou opstaan, zoals Duitsland dit was in de eerste wereldkrijg, dan zouden de andere volken met gezameUjke kracht die aanvaller weerstaan.

En daartoe moesten de verschillende volken zich in het nieuwe verdrag, enigermate tenminste, verbinden. Van neutraliteit zou dan geen sprake meer zijn. En een bepaalde staat zou, als dit nodig was, bijv. ook moeten toestaan, dat een vreemd leger door zijn land doortrok, waarmee was gezegd, dat hij ook dadelijk in het geval zou zijn betrokken. De grote wereldpolitiemacht was er nog niet, maar lag toch in de toekomst.

En nu kwam de vraag: wordt zo de souvereiniteit van elke overheid, die zich aansluit, niet ernstig geraakt?

Het was toen nog zo, dat de antirevolutionaire partij dit een vraag van grote betekenis vond.

En als vnj nu zien, dat deze zaak voor die partij van weinig betekenis meer is, dan wordt het Wel duideUjk, dat men wel kan jubelen over „de Ujn van Groen", maar dat die Ujn nu helemaal werd verlaten. Maar daarover D.V. in een volgende brief.

Met hartehjke groeten en heilbede, uw toegenegen

MARNIX.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 15 september 1951

De Reformatie | 8 Pagina's

GRONINGER Brieven

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 15 september 1951

De Reformatie | 8 Pagina's