Revue 2001 - pagina 49

Faculteit der Psychologie en Pedagogiek Vernieuwingsimpuls: sociaalpsychologisch onderzoek naar internalisering Enige tijd geleden besloot minister Hermans dat de Nederlandse wetenschap dringend behoefte heeft aan jonge onderzoekers met verfrissende ideeën. In het Wetenschapsbudget 2000 kondigde hij daarom de vernieuwingsimpuls aan. Tijdens de eerste ronde van deze vernieuwingsimpuls verstrekte de onderzoeksorganisatie NWÓ persoonsgerichte subsidies aan jonge onderzoekers. In totaal kregen 43 onderzoekers een vernieuwingsimpulspremie toegekend, die bestaat uit een subsidie van anderhalf miljoen gulden per onderzoeker. Op de VU vielen zes onderzoekers in de prijzen, waaronder dr. Sander Koole die sinds september 1999 bij de afdeling Sociale Psychologie werkt. Met behulp van de premie gaat Koole de komende vijfjaar onderzoek doen naar de sociaal-cognitieve aspecten van internalisering. Internalisering omvat het geheel van processen waardoor mensen zich de normen en waarden uit hun omgeving eigen maken. De meeste mensen zien bijvoorbeeld hun naam als iets dat van henzelf is, terwijl zij deze naam hebben gekregen van anderen, meestal hun ouders. Internalisering zorgt er daarnaast voor dat mensen vrijwillig naar school gaan, hun werk behoorlijk uitvoeren en hun belas-

tingen betalen. Het is dus een belangrijke vorm van sociale controle, die ervoor zorgt dat mensen zelf hun gedrag afstemmen op een heersende sociale norm; het stelt mensen in staat zichzelf optimaal aan te passen aan hun omgeving. Sociaal-psychologen zijn het over het algemeen met elkaar eens dat internalisering een erg belangrijk onderwerp is. Toch is het nog niet goed gelukt om een duidelijk beeld te krijgen van de sociaalpsychologische processen die de basis vormen voor internalisering. Dit komt waarschijnlijk doordat het een nogal ongrijpbaar proces lijkt, dat daardoor ogenschijnlijk niet experimenteel te onderzoeken valt. Met zijn onderzoek wil Koole aantonen dat dit proces wel degelijk goed onderzoekbaar is. Enerzijds wil hij dit bereiken door preciezer te gaan kijken naar de cognitieve aspecten. Op een cognitief niveau gaat het hierbij om het vermogen om een onderscheid te maken tussen normen die van anderen afkomstig zijn en je eigen normen. Het is handig om dit vermogen te zien als een bronherkenningsprobleem, want er bestaat een uitgebreide onderzoeksliteratuur over bronherkenning binnen de cognitieve psychologie. Door gebruik te maken van recente inzichten over bronherkenning, hoopt Koole meer te weten te komen over de cognitieve processen die ten grondslag liggen aan dit fenomeen. Internalisering is natuurlijk niet iets watje puur in je eentje doet. Ons begrip van internalisering zou dus niet compleet zijn zonder de rol van anderen te bekijken. Binnen het project wordt daarom uitgebreid aandacht besteed aan de rol van anderen en eerdere internaliseringservaringen met specifieke anderen. Het is bijvoorbeeld aannemelijk dat mensen eerder normen zullen internaliseren van anderen met wie ze zich kunnen identificeren. Koole gaat de invloed van anderen systematisch betrekken in het onderzoek waardoor meer duidelijk moet worden over de interpersoonlijke processen die internalisering bepalen. Uiteindelijk is het

vrije Universiteit

amsterdam

De faculteiten

47

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen