GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Studentenalmanak 1914 - pagina 209

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Studentenalmanak 1914 - pagina 209

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

FARRAGO 199

die Poesie ihren goldigstrahlenden Glorienschein", dan beant-

woordt Ibsen dit met zijn loflied op de vrouwen van het heden,

die in de vernieuwende en bezielende kracht der echte liefde

gelooven, die op wonderen der liefde hopen, die liefhebben als

Solvejg tot den dood toe. Haar verschijning is een aureool van

licht en vreugde, van reinheid en kracht om het donkere aan-

gezicht der menschheid, dat zijn drama's ons teekenen. In de

vrouwen is de kracht en de adel van den nieuwen mensch. Haar

liefde is de daad in Ibsens drama's, de vrouwen drijven de

handeling, haar invloedssfeer is onbegrensd, omdat ze liefhebben.

Wat Julianus mist, is „das reine Weib" om met haar verheffende

liefdeskracht hem te geleiden op zijn onbegaanbaar pad der roe-

ping — in Helena beloofd, doch niet gevonden; in Makrina

zich openbarend, als ze troostend deze dwalende keizerziel het

„Requiescat in pace" toeroept. Vooral zij op wier levenspad

wreede teleurstelling van verloren liefde kwam, wier levensgeluk

werd gebroken, wier liefdestempel, voor dien éénen gebouwd,

ledig bleef, wijl die ééne voorbijging, ze bouwen nu steeds nieuwe

woningen der liefde voor anderen, en ze bezitten nog de kracht

om haar in puin gestörten tempel voor dien éénen wederom op

te bouwen. Welke vrouwen, Skule's vrouw Ragnhild, Agnes,

Solvejg, Martha Bernick, Lona Hessel, de kleine Hedwig, Tante

Julie Tesman, Asta AUmers, Ella Rentheim en Irene. De tragedie

van zoo menig leven is dit: in de jeugd terwille van geld, macht,

kunst, de echte, ware, hooge liefde verworpen; dan een voort-

leven in een verhouding, waarin de een den ander een onbegrepen

raadsel is, zoodat men elkaar niet kan steunen en bijstaan, en

eikaars leven niet vullen kan; om dan als het leven voorbijge-

gaan is de geliefde weer te vinden, en te beseffen dat het leven

zonder haar een verloren leven is geweest. Bij de vrouwen is de moed

der daad, als in Nora, vrouw Alving, Rebekka West, Hilde Wangel;

in haar leven de eischen van het door Ibsen verwachte derde

rijk. De toekomst ligt in handen der vrouw. De taak der menschen-

adeling en verheffing zal van haar uitgaan. Niet in den weg van

suffragetterij zullen de vrouwen deze taak vervullen, doch als

vrouw en als moeder. Want als Ibsen bij een feest van de Noorsche

„Verein für die Sache der Frau" in 1898 spreekj: Die Frauen sind

es, die die Frage des Menschen lösen werden", dan voegt hij er

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1914

Studentenalmanak | 236 Pagina's

Studentenalmanak 1914 - pagina 209

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1914

Studentenalmanak | 236 Pagina's