GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Vrije Universiteitsblad 1947 - pagina 9

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vrije Universiteitsblad 1947 - pagina 9

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

r. Nummer 122 - Februari ig4y VRIJE UNIVERSITEITSBLAD MAANDELIJKSCHE MEDEDEELINGEN O r g a a n van de Vereeniging voor Hoogcr Onderwijs Amsterdam / Keizersgracht 166

op G e r e f o r m e e r d e n

grondslag

Redaclie-commissie: Prof. Dr F. W. Grosheide / Mr G. H. A. Grosheide / B. Fatér" Stukken voor de redactie Ie zenden aan: B. Faber / Keizersgracht 166 / Amsterdam

DE VOORUITZICHTEN We hebben eenige maanden geschreven over beoefening der wetenschap en opleiding, we hebben gezien, dat de Universiteit, ook de Vrije Universiteit, in beide heeft te voorzien. De vraag is nu, kan van de Vrije Universiteit gezegd worden, dat ze dit op behoorlijke wijze doet. Men kan die vraag op verschillende manieren stellen en ook op verschillende manieren beantwoorden. We hebben over het voorbereidend universitair onderwijs gesproken en gezien, dat het door allerlei bezwaren vpordt gedrukt. Inmiddels is het plan Bolkestein gekomen, dat, naar men zegt, door onzen tegenwoordigen minister van onderwijs, kimsten en wetenschappen is of zal worden overgenomen, en dat met name m t den kring der hoogleeraren bestrijding heeft ondervonden. Het is hier niet de plaats om op deze dingen nader in te gaan. W e herinneren er slechts aan, omdat het de bezwaren, waarover we spraken, te zwaarder maakt. In de praktijk komt dat hierop neer, dat zeker voor de theologische en litterarische faculteit, misschien ook voor de juridische, de taak der Universiteit wordt verzwaard, dat voor alle faculteiten de kennis van het verleden in het algemeen en ook van bijzonderheden uit het verleden minder zal worden. Dat is een groot bezwaar voor de beoefening der wetenschap, die daardoor zeker schade zal lijden. En het kan ook een bezwaar zijn voor de opleiding, in zooverre kennis van het verleden, vergelijking _van het heden met net verleden, steeds ruimte van blik geeft, die aan het optreden in de praktijk ten goede komt. Evenwel, wat we hier schreven, betreft niet bepaald de Vrije Universiteit, het raakt alle Universiteiten. Wel mogen we zeggen, dat^de Vrije Universiteit er in zooverre bijzonder door getroffen wordt, als onze Universiteit een principieele is en er behoefte aan heeft zich van het verleden, waarin de beginselen, waarvan ze uitgaat, zijn gevormd en naar voren gekomen — ik denk hierbij Bepaald aan den reformatietijd — op de hoogte te stellen. Doch er zijn andere dingen, die ook van beteekenis

zijn en die bepaald ook de toekomst betreffen, waarom we boven ons artikel van heden schreven: de vooruitzichten. Toen de Vrije Universiteit werd opgericht, begon ze met drie faculteiten, waarvan er twee ternauwernood waren ingericht, en koesterde men de verwachting, dat er allengs twee andere faculteiten — de twee, die destijds nog bestonden, d i e ' d e r geneeskunde en die der wis- en natuurkunde — aan'de bestaande zouden worden toegevoegd. Van die gedachte ging nog de door Dr Kuyper in zijn wetsvoorstel belichaamde opzet uit. Kuyper meende principieel de noodzakelijkheid der vijf faculteiten ekunn«i bewijzen. Maar wat is er sinds geschied ? De veet artsenijkunde werd als eigen faculteit aan de Universiteit te Utrecht ingericht. Er kwam een economische faculteit. Er kwam gelegenheid om zich aan de Universiteit voor te bereiden voor arbeid in Indië Te Amsterdam zal een faculteit van journalistiek of hoe men het noemen wil, worden ingericht. Er zijn vereenigde faculteiten en zoo gaat het voort. Zal de Vrije Universiteit moeten vathouden aan het ideaal, dat zij op den langen duur alles moet hebben, wat de openbare universiteiten bezitten? Ik geloof het niet. En dat niet, omdat het wel -nooit zoo ver zal komen, maar omdat het niet noodzakelijk ifr. Voor eerst niet, omdat men met goed recht van de bovengenoemde nieuwe faculteiten beweren kan, dat het eigenlijk terwille van de praktijk zelfstandig geworden afdeelingen van bestaande faculteiten zijn. Ik zou durven beweren, dat men uit de wis- en natuurkundige faculteit evengoed^ de planten dierkunde los kan maken, of ook de pharmaceuce tot zelfstandige faculteit verheffen, als men thans naast de juridische faculteit een zelfstandige economische heeft geplaatst. In de tweede plaats, de differentieering der wetenschap gaat steeds verder en ook onze. openbare universiteiten zullen niet langer leerstoelen voor alles kunnen hebben. Daar volgt voor de Vrije Universiteit uit, dat zij haar uitbreiding vooral zal moeten zoeken in die richting, *

y

1777

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1947

VU-Blad | 105 Pagina's

Vrije Universiteitsblad 1947 - pagina 9

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1947

VU-Blad | 105 Pagina's