GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1973 - pagina 532

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1973 - pagina 532

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

zijn vrouw hersteld. Weliswaar werd de boerenafkomst van de President zelf niet verzwegen, integendeel, daarmee werd juist bekwaam propaganda gevoerd, maar daar staat dan ook weer tegenover dat de Sultan van Jokja tot vice-president is benoemd. Een ander teken van deze feodale opbloei is het bericht dat het kantoor in Jokja dat de aanvragen behandelt van diegenen die menen recht te hebben op een adellijke titel de laatste jaren het overstelpend druk heeft gekregen. Voordat men echter tot de uitvoering van het plan tot depolitisering kon overgaan moest de verkiezing eerst nog plaatsvinden. Niet alleen tegenover de buitenwereld wilde de regering Suharto de indruk wekken de rechtmatige, volgens democratische regels gekozen regering te zijn, ook intern voelde het de noodzaak om een legitieme basis te geven aan het presidentschap. De Sukarno afgedwongen machtiging van 1966 aan Suharto, die met een geniale verwijzing naar de Javaanse wayang cultuur, doorgaans Super Semar (sural perintah Sebelas maret - de machtigingsbrief van 11 maart; Semar is een godheid in het wayang verhaal) genoemd wordt, was duidelijk onvoldoende om het presidentschap alle gezag te geven.

'Zekeringen' Om nu verzekerd te zijn van de verkiezings-

nu in de boekhandel

MENSEN WINNEN de overdracht van de boodschap door dr. Anne v. d. Meiden vereenvoudigde editie van zijn veelbesproken proefschrift 172 biz. - paperback - f 12,90 uitgave van Ten Have

LUDEN het nieuwe boel< van Dorothee Sölle Oekumene-paperback - f 8,90 uitgave van Bosch & Keuning

8

uitslag bouwde de overheid enkele 'zekeringen' in. Eén ervan was dat bij algemene maatregel van bestuur de lurah, dessahoofd, opeens tot het ambtenarencorps van het ministerie van binnenlandse zaken behoorde en met hem alle andere dorpsfunctionarissen. Alle ambtenaren in overheidsdienst werden verplicht gesteld loyaal te zijn tegenover de overheid en zich te organiseren in de zgn. Sekber Golkar - een unie van functionele groeperingen die als organisatie de verkiezing inging als 'regeringspartij' en het opnam tegen 9 toegelaten politieke partijen. Via bovenvermelde maatregel had de overheid dus in één greep het hele dorpsbestuur in de macht, want op grond van het loyaliteitsbeginsel kon het ook de functionarissen die lid bleven van een politieke partij met ontslag bedreigen. In een aantal gevallen is dat inderdaad gebeurd, maar meestal kozen de dorpsbestuurders voor hun baan en verloren de politieke partijen daarmee hun kader binnen de dorpsgemeenschap.

Strategie De strategie die gevolgd werd, was vrij eenvoudig en kan aan het volgende voorbeeld worden geïllustreerd. In een Javaans dorp zijn gemiddeld zo'n 15 personen, die tot de dorpsfunctionarissen gerekend kunnen worden. De gemiddelde bevolking ligt rondom 2500 zielen per dorp voor Midden-Java; daarvan is bijna 45% beneden de leeftijd van 15 jaar. De kiesgerechtigde leeftijd was 17, dus iets meer dan de helft van de bevolking was gerechtigd te stemmen, mits ze niet behoord hebben tot een verboden politieke partij. In dit voorbeeld een 1250 mensen. Nu werd iedere functionaris geacht door persoonlijke campagne 50 stemmen voor de Golkar te winnen en daarmee was men dus verzekerd van de absolute meerderheid. Het streefgetal was 55% van de stemmen. Doordat de 'bulldozer' te gesmeerd liep werd er in totaal rond de 65% van de stemmen verkregen. De gangbare redenering die bij de persoonlijke overredingscampagne door de dorpsfunctionaris werd gebruikt, was als volgt: goed of kwaad, diegene wint die de macht heeft, het is dus verstandig om op het winnende paard te wedden. Een redenering die geheel aansluit bij de hierboven beschreven ik-wij relatie die zo kenmerkend is voor de Indonesische samenleving. Toen dat verkiezingsresultaat veilig gesteld was, kwam vlak daarop de bepaling dat de politieke partijen alleen op regentschapsniveau activiteiten mochten ontplooien, hiermee voorkomend dat eventueel nog bestaand kader gevoelens van frustratie en onvrede zou kunnen gaan mobiliseren. De houding van de bevolking is over het algemeen apatisch, hoewel via religieuze organisaties, die nog wel op dorpsniveau werkzaam mogen zijn, vooral

magazine

Islamietische en Boeddhistische, maar ook wel Christelijke, oppositionele gevoelens gemobiliseerd kunnen worden. Over het algemeen wordt echter de bloei van de mystieke bewegingen, die in allerlei vorm onder de plattelandsbevolking een grote vlucht nemen, gekenschetst als een zich afkeren van deze werkelijkheid en daarmee van elke vorm van participatie in de nationale ontwikkeling. In ander verband zal hier later nog op worden ingegaan als het economische hoofddoel van deze eerste fase wordt geëvalueerd.

Concentratie Het tweede punt, de concentratie van het overheidsbeleid op de stedelijke centra om via doelmatige ontwikkeling gevoelens van onrust onder deze, veel moeilijker manipuleerbare, bevolkingsgroep te voorkomen, is complexer van aard. Grofweg gaat het hierbij om de grote groep van ambtenaren, de intellectuelen, de studenten en, vooral voor Jakarta, de pers. In de tijd van de onvoorstelbaar grote inflatie van het midden der zestiger jaren, was de stedelijke bevolking en met name de ambtenarengroep het meest gedupeerd. Op het platteland, althans voor degenen die grond had of kon bewerken, was de, aan de inflatie parallel lopende prijsstijging voor rijst vrij lucratief geweest. Voor de ambtenaren daarentegen betekende het dat van het salaris slechts enkele dagen van de maand geleefd kon worden. Door een strak beleid te voeren ten aanzien van de rijstprijs, hetgeen alleen kan wanneer de overheid zelf over voldoende voorraad beschikt om de speculatie te kunnen afremmen, trachtte men in eerste instantie orde op zaken te zetten. Vervolgens werden vanaf april 1971 (precies drie maanden voor de algemene verkiezingen in dat jaar!) de salarissen, voor wat betreft een bepaald basisgedeelte jaarlijks met 100% opgetrokken. Hierdoor werd inderdaad een betere positie geschapen voor dit deel van de bevolking al is nu het grootste deel van dit gunstig effect, sinds september 1972, toen de rijstprijzen toch weer sterk opliepen (waarover later meer), vrijwel geheel tenietgedaan. Desondanks blijft deze groep nog redelijk te controleren omdat het merendeel van de ambtenaren in overheidsdienst is en daarmee eveneens valt onder het loyaliteitsbeginsel.

Kwetsbaar Voor de intellectuelen geldt, voorzover zij in overheidsdienst zijn als docent aan één van de staatsuniversiteiten bijvoorbeeld, eveneens dat hun positie kwetsbaar is. Aanvankelijk was er onder deze groep een grote welwillendheid te onderkennen ten aanzien van het ontwikkelingsbeleid van de regering Suharto.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1973

VU-Magazine | 574 Pagina's

VU Magazine 1973 - pagina 532

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1973

VU-Magazine | 574 Pagina's