GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1974 - pagina 304

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1974 - pagina 304

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Onbezorgd 'Positief waardeer ik natuurlijk de sterk.toegenomen politieke en maatschappelijke geëngageerdheid van de studenten. Ik heb grote bewondering voor de ijver waarmee ze zich voor alle mogelijke zaken inzetten, zich er in verdiepen. Wel denk ik soms: jullie missen toch een stukje onbezorgdheid dat wij vroeger wel hadden. Dat zal zeker samenhangen met het feit dat geen mens mee/ de onbezorgdheid heeft, die je vroeger had. De betrokkenheid bij alles dat er in de wereld aan de hand is, is veel groter; er is zoveel dat je beklemt en jonge mensen zijn daarvoor veel gevoeliger dan de ouderen. Ik ben bijvoorbeeld student geweest in de periode tussen de twee wereldoorlogen en dan nog in een tijd dat het niet benauwd was: tussen 1926 en '30. Pas gedurende mijn eerste jaren in de pastorie werden we met werkloosheid en opkomend nationaal-socialisme geconfronteerd. Als student was je toen wel een beetje bij de maatschappij betrokken, maar dan ook een beetje. Men liet zich meer informeren, dan dat men zelf aan bepaalde activiteiten deelnam. De politieke interesse ontwaakte vooral als er verkiezingen waren en uitte zich in actie voor de anti-revolutionaire partij. Dat lag simpel en duidelijk'.

Studenten wilden in '69 nog meepraten over VU Tijdens de roemruchte jaan-ergadering van de VU-verenlging die in '69 te Assen werd gehouden, wilde een aantal in allerijl lid geworden studenten uitvoeriger over het jaarverslag delibereren, dan het bestuur der vereniging had voorzien. De bijeenkomst verliep stormachtig. Ds. Hessels Mulder deed het voorstel een aparte vergadering te wyden aan de behandeling van het jaarverslag. Die kwam er in Utrecht. Het ging ds. Hessels Mulder er in Assen niet om, de party van de studenten te kiezen, maar hij was van oordeel dat het honoreren van de studentenverlangens in het belang der vereniging was. Ziet hij de gemeenschappelijke belangen van studenten en vereniging nu ook nog? Zo luidde een van de vragen die hieronder aan de orde komen. Verdere vragen hadden betrekking op de 1000-gulden-boycot, op het neo-marxisme en op bezettingen. 'Toen het contact met de studentenwereld via organisaties als het corps minder werd, heb ik getracht de bakens te verzetten en contact te houden met de SR VU en wat zich daaromheen bewoog. In het begin, toen alles nog niet zo ideologisch was bepaald (wat ik vind dat het nu wel is) had dat m'n hele hart. Dat die jongens wilden meepraten over wat de VU is en zou moeten zijn, vond ik alleen maar geweldig toe te juichen. Ik heb op een bijeenkomst van studenten in het Woest6

duincentrum spijt tot uitdrukking gebracht over het feit dat daar zo weinig VU-autoriteiten bij waren. Die hadden daar allerlei dingen kunnen horen. Later, toen er steeds vaker conflicten ontstonden, heb ik me altijd als bemiddelaar beschikbaar gesteld. Bij de laatste grote bezetting van het hoofdgebouw, ben ik, hoewel ik toen al geen studentenpredikant meer was, tot laat in de avond gebleven samen met prof. Augustijn om te bemiddelen en om te voorkomen dat de politie zou ingrijpen. De studenten waren trouwens bij die gelegenheid zelf al van plan te vertrekken voordat er politie zou gaan optreden'. 'Je moet zo'n studentenbezetting ook wel een beetje kunnen relativeren. De ernst die de studenten aan de dag leggen, wanneer ze een gebouw bezetten en het verantwoordelijkheidsbesef dat dan op de leiding drukt heeft eigenlijk ook wel iets ontroerends. De technische staf die aanwezig bleef, werd door de studenten bijna vertroeteld; ze waren dankbaar dat deze mensen er waren om andere 'onheilen' te verhoeden. Mensen van buiten verkijken zich vaak op de proporties van zulke bezettingen. Wij in het hoofdgebouw weten lang niet altijd of de gebouwen en De Lairessestraat of de Van Eeghenstraat nu wel of niet bezet zijn. Dat komt natuurlijk ook doordat het bezetten zo langzamerhand een routinezaak geworden is. Bezetten is een middel dat je alleen in uiterste noodzaak moet toepassen. De bezetting waarbij het al dan niet onderschrijven van de doelstelling door leden van de universiteitsraad inzet was, was eigenlijk de enige waarvan ik me kan herinneren dat ik het conflictpunt de moeite waard vond'. Zakelijk gelijk 'Met hun optreden in Assen (jaarvergadering VU-vereniging '69) hadden de studenten zakelijk gezien volkomen gelijk. Al jarenlang was de behandeling van het jaarverslag een hamerstuk in plaats van het serieus behandelen van een verslag van een vereniging. Ik vond dus, dat ze daarin gelijk hadden. Een stuk of 20-25 jongens waren lid geworden van de vereniging en hadden daardoor spreekrecht (ik vind het jammer, maar wel begrijpelijk, dat achteraf maar een paar hun contributie hebben betaald). Een ontwikkeling die men aan de VU moet zien, is de volgende: toen, in Assen, wilden ze, als dat kon, echt nog wel iets binnen die vereniging uitrichten. Dat bleek ook wel op de tweede VU-dag in Utrecht. Men was toen niet alleen maar negatief; men wilde er wat mee. Dat heb ik toen gesteund. In Assen was men nog bereid vragen te stellen over de doelstelling, maar ik geloof dat dat sindsdien enorm is veranderd. Ik vind het jammer, dat veel studenten zoals ze zich op het ogenblik ook aan de VU uiten, zich veel losser van de bedoeling van de VU bewegen, dan vroeger het geval was. In het evangelie ziet men beduidend minder.

Dat is een ontwikkeling die ons waakzaam moet maken. Want je kunt natuurlijk wel heel voorzichtig zijn met het benoemen van hoogleraren en docenten én je kunt een vereniging hebben, dat wil zeggen: mensen die zich^op één of andere wijze verbonden voelen met de doelstelling. Maar de studentenbevolking van tien- tot elfduizend man en vrouw, bepaalt ook het karakter van een universiteit. Van hen gaat ook een invloed uit, want uit hun kring moeten, hoe dan ook, de studenten-assistenten en de wetenschappelijke medewerkers komen. En dan komt altijd de vraag: mogen we iemand die we hier wel laten studeren en die begaafd is, in z'n carrière hinderen?' Prioriteiten 'Ik vraag me af, of het waar is, dat naar altijd wordt beweerd, de meerderheid van de studenten neo-marxist zou zijn maar de neiging van het marxistisch denken om de geschiedenis te zien van klassenstrijd, om een onverzoenbare tegenstelling te zien tussen autoriteiten en studenten zaait wel een wederzijds wantrouwen, waardoor de vertrouwensbasis die nodig is wanneer je samen iets wilt doen, gevaar loopt. Soms komt daarvan iets naar voren in de universiteitsraad. Daar blijkt meer dan eens, dat de studentenfractie en die van de wetenschappelijke staf optreden alsof het twee elkaar bedreigende instituten waren. Ik wil niet zeggen, dat dat bewust zo gebeurt, of dat er geen andere relaties ook zouden bestaan. Het kan echter wel verhinderen datje werkelijk democratiseert en samen de universiteit bestuurt. Het gevaar is, dat wanneer een universiteitsraad uitdrukkelijk wordt gepolitiseerd, de strijd gaat om de vraag welk inzicht het wint en dat de belangen van de universiteit op de achtergrond raken'. 'Hoeveel slechte woorden je ook zou kunnen overhebben voor de 1000-gulden-wet, ik vind het jammer dat er zoveel energie gestoken is, in de boycot van die wet. Er zijn zoveel problemen die het meer waard zijn er hard voor te vechten. Bijvoorbeeld de vraag hoe de prioriteiten moeten worden gesteld, wanneer je de maatschappij - die natuurlijk moét veranderen - wilt veranderen, zonder daarbij er eenzijdig vanuit te gaan dat natuurlijk de prioriteit bij het wetenschappelijk onderwijs hoort te liggen en dat daar natuurlijk meer geld voor moet wezen. Velen komen aan een onbevangen analyse van de maatschappijproblemen niet meer toe'.

Ondertekening van doelstelling allèèn niet voldoende Ondanks het feit dat er een VU-vereniging functioneert, die nog ouder is dan de VU zelf, heeft ds. Hessels Mulder niet het idee dat er 'in het land', dat wil zeggen by de verenigings-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's

VU Magazine 1974 - pagina 304

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's